Integratie
Het was in de jaren tachtig, toen ik in de zorgsector werkte, dat ik er achter kwam dat zich in die sector een aparte taal ontwikkeld had, een abstracte taal waarvan de gebruikers net deden alsof die concreet was. Het was een anonieme, bureaucratische groepering die deze taal gebruikte. Van die groepering maakte ik toen ook deel uit.
Integratie was een van de woorden. Voor mij was integratie een theoretisch begrip uit mijn studie sociologie dat ik vooral associeerde met de systeemtheorie van Talcott Parsons. In die theorie vervulde het woord de functie van een begrip. Dat begreep ik.
Wat ik niet begreep kwam toen ik mezelf de vraag stelde of ik geïntegreerd was. Wat een rare vraag, het was een nonsensicale vraag, een betekenisloze vraag. Dat kwam omdat ik een abstract begrip op concreet niveau, mezelf, toepaste. En ik realiseerde me langzaam maar zeker dat abstracte taal leidraad geworden was voor concrete actie, iets dat niet kan maar toch tot beleid was verheven, bijvoorbeeld bij allochtonen die geïntegreerd moesten worden.
Abstracties vormen een apart onderwerp in de fantasy die doorgaans gaat over zeer concrete personages die een kwade macht willen bestrijden die hun gemeenschap (en niet te vergeten hun landschap!, zie Tolkien) ten gronde wil richten. Waar ik iedere keer weer verheugd over ben is dat nadat ik enkele duizenden pagina’s gelezen heb (een beetje fantasy roman bestaat vandaag de dag zeker uit zes delen van duizend pagina’s) en het laatste deel dichtgeslagen heb, de goede personages gewonnen hebben. Dat zijn meestal gewone jongens zoals Garion van David Eddings die nadat hij het kwade overwonnen heeft zichzelf terugziet als Belgarion, de goede Garion. Zulke jongens moesten eigenlijk meer in de politiek gaan.
Ik kan je eerste twee alineas
Lid sinds
11 jaar 1 maandRol
Waarom staat dit onder 'taal
Lid sinds
6 jaarRol