#177 Bezoek

Wat? Huh, wie is daar? Ik zit rechtop. Is het al licht? Dat kan niet het is pas 3:00 uur. Ik loop naar het raam. De lucht is oranjerood. Bizar dit. Ik sluit mijn ogen en probeer de slaap weer te vatten als er op mijn deur wordt geklopt. Mijn haren staan recht overeind. Wie staat er nu midden in de nacht voor de deur. Dit is niet pluis. Wat moet ik doen? Er wordt opnieuw geklopt maar nu harder. Ik sluip naar de monitor en slaak een kreet. Nee, dit kan niet. Ze bestaan echt. Wat willen ze van me? Komen ze me halen? Het ziet er precies uit zoals in de film. Alleen haren op het hoofd, maar twee ogen en één neus. Hun mond zo klein en dan die armen, heel kort en wel vijf vingers aan iedere hand. Ik ben zo bang, wat moet ik doen? Kneisja heeft ons gewaarschuwd voor dit enge ras. Zodra ze hun eigen planeet om zeep hebben geholpen komen ze voor de onze. Ik schud het angstzweet uit mijn vacht en open mijn overige acht ogen. Voordat ik de deur open, grijp ik nog snel mijn zespuntslaserzwaard met mijn linkertentakel. Ik ben er klaar voor. Laat dat menstuig maar komen. ‘Sjnak, wakker worden.’ ‘Huh, wat?’ ‘Ach lieve Sjnak heb je weer naar gedroomd?’ ‘Ja, moemski, de mensen kwamen me halen. Het was zo echt.’ ‘ Ach Sjnak, hoe vaak moet ik het nog zeggen. Buitenmarse wezens bestaan niet.’