Ik zou vooraal aanraden: ga je niet op zinsniveau in vreemde bochten werken om het te voorkomen. Daar krijg je alleen maar kromme, onlogische zinnen van. Om het gebruik hij/zij hem/haar te minderen, kun je beter kijken naar wat je beschrijft en hoe je het beschrijft. Vergelijk de eerste en tweede versie van: "Hij liep naar huis. Langs het pad zag hij koeien in de wei." "De weg naar huis was een lang pad door de koeienweides." Ook vaak gaat het een beetje mis bij handelingen. Daar is de verleiding natuurlijk heel groot om gewoon te schrijven hij deed dit en hij deed dat. Dat is de makkelijkste weg, maar als je iets langer nadenkt, kan het ook anders": "Karel nam de grote theekop aan. Hij nam een slok en brandde zijn tong." "De theekop verwarmde zijn handen. De eerste slok was bijna te heet om weg te krijgen." Het klopt dat het veel lezers niet zal opvallen dat je vaak hij of hem gebruikt. Maar het is wel heel goed dat het jezelf opvalt en dat je er iets aan wil gaan doen, omdat het vinden van alternatieven een heel erg goede oefening is. Daar wordt je tekst vaak in zijn geheel veel origineler en sprekender van. En om dingen op verschillende manieren te beschrijven, helpt ook erg om flexibeler te leren schrijven. Tenminste, dat deed het voor mij :)