Lid sinds

8 jaar 8 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Interview met Dr. L.L. Zamenhof

25 februari 2016 - 10:51
Ik : Goedemorgen Dr. Zamenhof, fijn dat u bereid bent om u door mij laten interviewen. Dr.. Zamenhof: Vanzelfsprekend geachte dame, ik wil graag iets vertellen over de taal die ik heb bedacht. Ik: Zoals ik heb gelezen was u al jong bezig iets te verzinnen om de communicatie tussen de verschillende bevolkingsgroepen in uw woonplaats Bialistok meer samen te kunnen brengen? Dr. Zamenhof: Dat klopt. Als jongeling zat het me dwars dat de mensen elkaar niet verstonden omdat ze allemaal uit verschillende landen kwamen en hun eigen landstaal gebruikten en dus de leden van andere bevolkingsgroepen niet verstonden. Ik: Ik begrijp dat u daar over in zat, want er braken regelmatig gevechten uit tussen de verschillende mensen. Die natuurlijk allemaal hun eigen cultuur en taal spraken. Bovendien was men niet in staat om de taal van de ander te leren, of wilde men dit niet? Dr. Zamenhof: U moet begrijpen dat dit in de hoofdzaak mensen uit het arbeidersmilieu waren. Zij hadden nauwelijuks scholing en konden in de meeste gevallen zelfs niet eens lezen of schrijven. Ik: Waarom kwam u op de gedachte dat een universele taal misschien wel een oplossing voor dit probleem zou kunnen zijn? Dr. Zamenhof: Nu, dat was eigenlijk heel eenvoudig. Ik dacht dat wanneer ze allemaal dezelfde taal zouden spreken, ze hun ontevredenheid en hun woordenwisselingen met elkaar in een dergelijke universele taal gemakkelijker zouden kunnen overbrengen. Ik: Dat is een heel goed uitgangspunt, maar als jongeling had u niet kunnen bedenken waarom een taal nu uitgerekend de verbindende factor zou kunnen zijn? Dr. Zamenhof: Het duurde ook een behoorlijke tijd eer ik me daar echt van bewust werd.Pas toen, ik las over de verschillende personen uit de geschiedenis, die ook al eens hadden nagedacht over een universele taal, ging ik begrijpen dat dit wellicht een oplossing kon zijn. Het duurde echter nog jaren eer ik die taal echt tot rijping had gebracht. Ik: Ik heb gelezen dat uw vader het er helemaal niet mee eens was, dat u uw tijd verdeed met het bedenken van een in zijn ogen onzinnige bezigheid? Dr. Zamenhof: Ja, hij was boos, dat zijn zoon hier aandacht aan wilde besteden. Ik heb meerdere malen nogal boze gesprekken met hem gevoerd. Maar ik was overtuigd van mijn standpunt. Ik: In feit moest u het allemaal in het geheim doen, want als uw vader er achter zou komen dan zou er wat gezwaaid kunnen hebben? Dr. Zamenhof: Ja, dat klopt, hij was van mening dat ik me beter aan mijn medische studie kon wijden. Ik: Toch heeft u doorgezet, ondanks alle tegenstand. En deze universele taal is nu bekend als het Esperanto. Dr. Zamenhof: Ja, maar het was moeilijk, heel moeilijk. Ik: Ik weet het, ik heb gelezen dat uw vader, terwijl u in Wenen voor arts studeerde al uw aantekeningen heeft verbrand. Dat moet afschuwelijk zijn geweest toen u daar achter kwam? Dr. Zamenhof: Ik was heel verdrietig en boos op mijn vader. Maar achteraf gezien was het een uitkomst want ik heb het niet opgegeven. Ik ben doorgegaan met het ontwikkelen van de taal Esperanto. Ik: Ik ben blij dat u heeft doorgezet, en ik denk dat alle nu levende Esperantisten het ook zijn. Want hoewel uw visie dat het een grote universele wereldtaal zou worden niet helemaal is uitgekomen, wordt het toch door heel veel mensen wereldwijd gesproken. Dr. Zamenhof: Het was mijn bedoeling om een taal te scheppen die iedereen, ongeacht leeftijd of scholing gemakkelijk kon leren. En daar ben ik nog steeds heel erg blij mee. Ik: Dank u wel, Dr. Zamenhof voor dit interview. Dr. Zamenhof: Mag ik u tevens bedanken voor dit vriendelijke gesprek.

Lid sinds

19 jaar 4 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
26 februari 2016 - 16:48
Hallo Joke, Ik lees hier een wat formeel gesprek tussen de schepper van het Esperanto en een vrouw. Er staan leerzame feiten in over het leven en werk van deze Zamenhof. Het is wel wat droog geschreven, waarschijnlijk omdat het personage in de 19e eeuw leefde. Je kunt ervoor kiezen om steeds te noteren wie er aan het woord is, alsof het om een uitgeschreven toneelstuk gaat, maar je kunt de sprekers op den duur ook weglaten. In het begin schrijf je dan: '...,' zegt hij (resp. Zamenhof) of: Zij zegt:'...' Er staan wat slordigheden in: 'nauwelijuks scholing' en 'Die natuurlijk allemaal hun eigen cultuur en taal spraken.' Een cultuur kun je niet spreken, een taal wel. Probeer of je de droge tekst hier en daar wat levendiger kunt maken, zodat het minder 'boekentaal' wordt. Succes!