Lid sinds

15 jaar 3 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
  • Pluslid
  • Moderator

de vanzelfschrijver

20 december 2011 - 10:00
Op de Home- / startpagina van SO lees ik een citaat van Harry Mulisch:
Het schrijven bespreekt niet iets, dat gebeurd is, schrijven is iets dat gebeurt: op het papier, in het schrijven. Het is werkelijkheid.
Een vraag: hoe wil je iets beschrijven dat à la minute gebeurt - weliswaar op het papier? Het moet zijn alsof het nu gebeurt, prangend, koket of urgent, whatever. Maar hoe je het wendt of keert: eerst moet er iets gebeuren voor je erover schrijven kunt - al was het enkel in het hoofd van de schrijver. Of ja, misschien heeft de oude meester tóch gelijk: wanneer het gaat om het schrijven pur sang wanneer het in één beweging samenvalt met het denken. Dan heb je een atlas van de mens - je personage(s) - én diens wereld in je hoofd nodig, teken- en kalkeerpapier, inkt en pen en penseel - en het vermogen om alles wat je ziet en beleeft in één moment helder, volledig en adequaat te vertalen naar woord en verhaal. Dan ben je een vanzelfschrijver - iemand die schrijft zoals een ander ademt, zich aankleedt, scheert, telefoneert en met zijn vrouw een discussie houdt over de afwaskwast die sinds de vorige avond verdwenen is - dit alles in hetzelfde moment. Misschien heeft hij ook nog de stofzuigersteel in de hand en zuigt ondertussen de overloop omdat hij toch onderweg is naar de babykamer om het kindje te verschonen. Is dit mogelijk? Zó'n vanzelfschrijver te zijn? By the way: waar vinden we de context van dit citaat?

Lid sinds

18 jaar 7 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
20 december 2011 - 10:41
Een heel oud raadsel is: wat is sneller dan de wind? Antwoordt: de gedachte. En toch moet de gedachte er natuurlijk eerder zijn dan het moment dat je het opschrijft. Van mezelf zou ik toch wel voorzichtig beweren een vanzelfschrijver te zijn, met de afwasborstel tussen de tanden bij wijze van spreken. Het enige dat ik nodig heb is een pen en papier, en ik denk sneller dan ik het kan opschrijven, tot 10 bladzijden per dag. Mijn record tot nu toe is een kort verhaal van 15 bladzijden, niet om mezelf op de borst te kloppen, het ging gewoon toevallig snel. Als een verhaal zich niet vanzelf schrijft word ik bloednerveus, dan ben ik al bang dat ik 'het' kwijt ben, dat ik niet meer kan schrijven. Tegelijkertijd kan ik ook nog een film kijken. Verklaren kan ik dat niet, het is gewoon zo, en gelukkig maar :) .

Lid sinds

12 jaar 11 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
20 december 2011 - 10:40
Ik zie altijd eerst een levendige, bewegende film voor mijn geestesoog, en wat ik daar zie/hoor/ruik, schrijf ik allemaal op, als een soort verslaglegging. Het grappige is dat de 'gewone' werkelijkheid om mij heen op datzelfde moment soms attributen levert. Een woord dat ik ergens hoor of lees, een beeld dat ik zie als ik uit het raam kijk, past dan naadloos in dat 'film'verslag. Dan valt alles met alles samen. Ik kan nooit 'bedenken' wat ik zal schrijven. Alleen als ik op een driewegsplitsing van het verhaal aankom, waarbij drie (of meer) vervolgfilms tegelijkertijd worden afgespeeld, is het even zoeken welke kant het opgaat. Welke van die routes dat wordt, is nooit mijn bedachte keuze, maar wordt steeds bepaald door de intensiteit van de film. Dat luistert heel nauw. Ik heb soms een woord of een persoon in een verhaal ingevoegd waar ik steeds wel een beetje aan twijfelde, maar die 'moesten' van die film. Die bleken achteraf juist een cruciale rol te spelen bij de veel latere plotontwikkeling. Alsof alle tijden door elkaar lopen en je het alleen maar in de juiste volgorde moest opschrijven. Groet, Wirrewapper

Lid sinds

15 jaar 3 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
  • Pluslid
  • Moderator
20 december 2011 - 10:58
Ik moet zeggen dat ikzelf het gemakkelijker vind om een bedachte wereld te beschrijven dan de reële. Vreemd genoeg omdat je - in creatief schrijven zeker - de reële aannemelijk moet maken, terwijl hij dat in feite is. De bedachte wereld komt uit jezelf. Die ken je beter dan de reële. Daar doe je op jouw manier verslag van, zodat een en ander met elkaar samenvallen (jouw gedachte, bedachte wereld en jouw woorden, beelden). Dan creëer je iets 'waars'.

Lid sinds

12 jaar 11 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
20 december 2011 - 17:16
In een zeer lezenswaardig interview met Stephen King las ik eens dat hij als vanzelfschrijver beschouwd wordt omdat men anders niet kan verklaren hoe hij zulke enorme hoeveelheden goed geschreven boeken kan produceren. Hij lichtte toe dat hij helemaal geen vanzelfschrijver is, integendeel: hij ligt vele uren per nacht - zin voor zin - een boek te schrijven. In zijn bed, in zijn hoofd! Als hij dan 's morgens opstaat, gooit hij het er in één keer uit. Van Mulisch weet ik dat hij heel uitgebreide schema's op papier zette voordat hij ook maar één letter op papier had.

Lid sinds

13 jaar 7 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
21 december 2011 - 11:38
Een vanzelfschrijver; wat een mooie term. Al heb ik het idee dat het eerder wishful thinking is dan werkelijkheid. Wat Déesse-en-France schreef over Stephen King, dáár herken ik mijzelf in. Mijn personages leven de hele dag met mij mee, net als het verhaal van hun levens. En als ik éénmaal voor de computer ga zitten, dan stroomt het er uit, kom ik in de bekende flow terecht. Al wil die flow tegelijkertijd niet zeggen dat het allemaal als vanzelf gaat...

Lid sinds

18 jaar 3 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
21 december 2011 - 14:56
Zoals ik het citaat van Mulisch lees is schrijven een daad zoals een stelling nemen in een debat. Dat je het ene schrijft en niet het ander is een keuze. Het is niet vrijblijvend, schrijven over anderen, het is niet in een hoekje van de wereld je eigen ding doen. Jouw woorden gaan iets doen, ze gaan een eigen leven leiden. Terugkomend op de vanzelfschrijver, wat ik dus niet in het citaat lees maar dat maakt voor de discussie over vanzelfschrijven verder niet uit, ik zie iets in de visie dat intuitie de resultante is van alle voorgaande indrukken, innerlijk en van buiten af. De boventoon ervan. Als je stil bent en naar je intuitie luistert komen er verhalen, gedachten, gevoelens naar boven drijven. Schrijven is een keuze maken hieruit, het is echter niet passief want ik zie denken als stuurbaar zoals varen met een schip in een verhalenzee. Ieder moment kun je beslissen naar welk landschap je vaart, welke verhalenlijn je volgt. Ideeën komen vanzelf, maar je bent kapitein op je schip.

Lid sinds

15 jaar 3 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
  • Pluslid
  • Moderator
21 december 2011 - 15:50
Jouw woorden gaan iets doen, ze gaan een eigen leven leiden.
Ja, dan heb je het al over een verhaal, toch? Niet over het schrijven?
Een vanzelfschrijver; wat een mooie term.
:)
(...) hij ligt vele uren per nacht - zin voor zin - een boek te schrijven. In zijn bed, in zijn hoofd! Als hij dan 's morgens opstaat, gooit hij het er in één keer uit.
Ikzelf ben het dan meestal alweer vergeten. Behalve één keer. Het was een gedachte over de waarheid; en ik dacht: als ik me dit morgenochtend nog herinner, dan is het waar. En ik herinnerde het me, dus nu heb ik iets van de waarheid in pacht! :) Dat is iets anders dan in bezit, hè.

Lid sinds

14 jaar 9 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
21 december 2011 - 16:40
Ik las het citaat in eerste instantie alsof de schrijver zich in zijn eigen wereld bevindt en dat alles wat daar gebeurt, net zo echt is als de echte wereld. Toen zag ik dat het een citaat van Harry Mulisch was en heb ik het geïnterpreteerd zoals Odile het ook interpreteert. Grappig hoe twee zinnen zulke verschillende interpretaties kunnen oproepen. Een echte vanzelfschrijver ben ik niet, maar zodra ik een idee heb, heb ik het meestal redelijk snel op papier staan. De Stephen King methode herken ik ook. Inmiddels ben ik zo getraind dat ik het nog onthoud ook.

Lid sinds

14 jaar 5 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
21 december 2011 - 23:31
Ik zag het verband ook niet meteen tussen het citaat en de vanzelfschrijverij, blij dat dat niet aan mij ligt. Is "het komt als vanzelf" niet eerder een mythe om niet-schrijvers te imponeren? Ik kan soms een heel kort verhaal schrijven zonder planning, maar dat is dan meestal een moeizame eerste bladzijde waar achteraf veel van geschrapt wordt, en van zodra ik een richting in het verhaal krijg begin ik vooruit te denken, en komt het verhaal er inderdaad een beetje "als vanzelf" uit maar dat is dan eerder omdat je twee dingen (plotten en schrijven) tegelijkertijd doet die je bij een langer verhaal beter splitst. Wat Stephen King zegt, herken ik ook wel. Niet noodzakelijk 's nachts in bed, het kan ook op de fiets, tijdens het afwassen of onder de douche. Op zo'n momenten stel ik een plot samen uit diverse ideeën die door mijn hoofd spoken en tegen elkaar opbotsen, en naarmate het idee vaster vorm aanneemt, schrijf ik heelder scenes in mijn hoofd, vaak dialogen of monologen. Al is het niet zo dat ik ze dan altijd meteen vlot kan neerschrijven, want in gedachten sla ik onbewust toch stappen over die nodig zijn voor de samenhang, of het blijkt zoals ik het in mijn hoofd had toch niet helemaal te werken. Maar het loont sowieso om niet meteen aan een verhaal te beginnen schrijven van zodra er een onrijp idee bij je opkomt, maar om het tijd te geven om te rijpen. Dan lijkt het of het verhaal al bestaat, en je het alleen nog maar hoeft neer te schrijven.

29 december 2011 - 8:10
Op de Home- / startpagina van SO lees ik een citaat van Harry Mulisch:
Het schrijven bespreekt niet iets, dat gebeurd is, schrijven is iets dat gebeurt: op het papier, in het schrijven. Het is werkelijkheid.
Een vraag: hoe wil je iets beschrijven dat à la minute gebeurt - weliswaar op het papier?
Ik snap niet hoe je van het citaat op je vraag komt. Ik interpreteer de tekst van Mulisch als een wat omslachtige manier om "show, don't tell" te zeggen. Bespreek (tell) niet wat er gebeurt, maar laat het op papier gebeuren, dan schep je de werkelijkheid (show). Aangezien we beiden de context missen lijkt mijn interpretatie niet slechter dan de jouwe. Denk daarbij ook aan de verschillende betekenissen van "schrijven". De rest van je gedachtengang naar de vanzelfschrijver kan ik niet volgen. Ik begrijp ook niet wat je daarmee bedoelt, of anders gezegd: waarin verschilt de vanzelfschrijver met willekeurig welke andere schrijver?

Lid sinds

15 jaar 3 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
  • Pluslid
  • Moderator
29 december 2011 - 9:16
Goedemorgen Schlimazlnik, ik kom op de vraag doordat schrijven niet iets kan zijn dat op papier gebeurt - tenzij iemand bedoelt het letterlijke contact van iets als inkt, lood of een ander materiaal op papier (hetzij via pen, polood, typemachine, of zetapparaat, noem het maar). Ik veronderstel dat Mulisch bedoeld zou kunnen hebben dat een schrijver zijn belevenissen / ervaringen / gedachten / ideeën / alles wat in hem opkomt, zodanig op schrift weet te stellen dat het een eigen leven krijgt. Dat hij dat bedoelt met: werkelijkheid. Maar het is natuurlijk geen werkelijkheid. Het is een beschrijving ervan, een interpretatie, een vorm. Wanneer je zodanig kunt formuleren (omdat je gedachten / geest et cetera zus of zo zijn, en omdat je over een zo groot arsenaal aan woord-, structuur-, compositiemogelijkheden beschikt dat je alles zó op papier weet te zetten dat het een eigen leven krijgt), wanneer je dus zodanig kunt formuleren dat het geschrevene een eigen leven heeft, kun je stellen dat het 'werkelijkheid' is. Indien schrijven echter werkelijk iets is dat 'gebeurt', dat wil zeggen: wanneer denken, beleven, handelen (lees dit als: de werkelijkheid) samenvallen met de finale: het noteren ervan, het schrijven, heb je het over de vanzelfschrijver. Zo kan het zijn (geweest) bij Mulisch. Het kan zijn dat zijn denken, leven en schrijven één waren - ademen op papier, met de pen. Zonder adem, zonder pen en papier geen leven, geen werkelijkheid.

29 december 2011 - 9:37
schrijven niet iets kan zijn dat op papier gebeurt
Hèt schrijven, het geschrevene kan dat wel. Dat is in veel gevallen iets dat op papier gebeurt: in uw schrijven van 3 maart jl wandelt een kabouter door het woud. Dat gebeurt. Die kabouter. Dat is een (literaire) werkelijkheid. Wat 'de werkelijkheid' voor Mulisch is in het aangehaalde, weet ik niet. De schrijver schept ook een werkelijkheid, een omgeving waarin dingen gebeuren, werken, de interactie met de logisch beredenerende lezer aangaan. Iets dat vertelt wordt, werkt niet. Het doet niets, het is passief, het is geen werkelijkheid. Ik vind mijn interpretatie overigens minder vergezocht dan de jouwe. De vanzelfschrijver: Ik zie niet hoe je denken, leven en schrijven kunt splitsen. Schrijven kan niet zonder denken, denken kan niet zonder leven, schrijven kan niet zonder leven. Voor veel creatieve mensen, waaronder schrijvers, kunnen ze niet leven zonder te denken. Ik kan me niet voorstellen hoe iemand wil schrijven zonder te "ademen op papier". Hoe wilde je het anders doen? Of je kunt leven zonder schrijven, ja, dat kon ook Mulisch. Er zijn talloze gelegenheden vastgelegd waarbij hij niet schrijft.

Lid sinds

15 jaar 3 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
  • Pluslid
  • Moderator
29 december 2011 - 9:44
Ja, ik zou je graag willen volgen, Schlimazlnik, als je dat op prijs zou stellen, maar ik geloof dat ik in een ander topic heb gelezen dat het bij jou niet om de mens gaat, maar om de schrijver - niet om het wezen, maar om het product, het geschrevene. Dus nu weet ik niet waarop en hoe ik zal reageren omdat ik je spoor niet meer helder zie. Voor mezelf weet ik wel dat een en een en een drie is: dat denken, (be)leven en schrijven (niet altijd in die volgorde) drie en dezelfde zijn - maar niet alledrie tegelijk. Als jij echter nu gaat zeggen: dat is allemaal romantiek, het gaat niet om de schrijver - dan weet ik niet hoe je er werkelijk over denkt. In elk geval weet je wel hoe ik erover denk.
Of je kunt leven zonder schrijven, ja, dat kon ook Mulisch. Er zijn talloze gelegenheden vastgelegd waarbij hij niet schrijft.
Sja. Er zijn talloze gelegenheden waarbij iemand niet etend of drinkend wordt gesignaleeerd - toch kan niemand zonder.

29 december 2011 - 11:43
Ik heb het gevoel dat ik wel eens wat opschrijf en daarna pas nadenk wat ik heb opgeschreven. Ik kan zonder schrijven. Ik kan niet zonder eten en drinken. Eigenlijk zou je voor je schrijven ook een soort toilet nodig moeten hebben. Dan kun je ook niet meer zonder het schrijven. Want als je eet en drinkt moet je even later naar de wc. Als je schrijft moet je verder niets. Kan wel, maar hoeft niet.

Lid sinds

15 jaar 3 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
  • Pluslid
  • Moderator
29 december 2011 - 12:07
Ik heb het gevoel dat ik wel eens wat opschrijf en daarna pas nadenk wat ik heb opgeschreven. Ik kan zonder schrijven. Ik kan niet zonder eten en drinken. Eigenlijk zou je voor je schrijven ook een soort toilet nodig moeten hebben. Dan kun je ook niet meer zonder het schrijven. Want als je eet en drinkt moet je even later naar de wc. Als je schrijft moet je verder niets. Kan wel, maar hoeft niet.
Je eerste zin lijkt me erg van toepssing op de rest van je betoog! :D

Lid sinds

17 jaar 2 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
29 december 2011 - 12:39
Nieuwe Mülish onder ons? Dat zou zomaar eens kunnen. Maar, eigenisaardig, jij hebt toch al talloze boeken gepubliceerd? Dat heb je dan keurig gedaan, beter dan menigeen hier, geloof ik zonder na te denken.

29 december 2011 - 13:07
Wat me in dit onderwerp opvalt: het gaat om Harry Mulisch. Volgens velen een van de grootste schrijvers die Nederland ooit heeft gekend. Om wie tranen met tuiten werd gehuild bij zijn overlijden, die toen ook de hemel werd ingeprezen (ik laat in het midden of dat nodig was), maar over wie nu niemand een zinnig woord weet te zeggen: waar komt de tekst vandaan? Hoe ziet het wereldbeeld van Mulisch eruit, waarin dit citaat geplaatst kan worden? Nu blijkt dat het uit Voer voor psychologen komt, niet het onbekendste werk van Mulisch. Ik heb dit gevonden daarover:
Dat niet alle schrijvers en dichters hun geliefde om zeep helpen, en Achterberg wel, kan misschien het beste worden verklaard uit verwarring over wat Harry Mulisch het verschil tussen historie en anti-historie heeft genoemd. In zijn eerste 'Manifest' uit Voer voor psychologen schrijft hij: 'Het schrijven bespreekt niet iets dat gebeurd is, schrijven is iets dat gebeurt: op het papier, in het schrijven. Het is werkelijkheid. Ik heb geen geheugen, fantasie nog minder. De meeste boeken: reportage (van gebeurtenissen, gedachten, fantasie, enz.)'. De werkelijkheid vindt voor Mulisch dus plaats in het geschrevene, dat, anders dan de handelingen die wij verrichten, vanzelf al geschiedenis is, omdat het optekent wat niet in de werkelijkheid heeft plaatsgevonden ('het niets dat gebeurt'). Voor Mulisch is daarom de geschreven werkelijkheid werkelijker dan de werkelijkheid, en dat is meer dan een filosofische uitspatting: het stelt eisen aan zowel het leven als aan de literatuur. Tussen iets schrijven en iets doen bestaat alle verschil van de wereld.
Bron: Rutger H. Cornets de Groot. Ik ben van mening dat het citaat van toepassing is om het eerdere citaat toe te lichten en de discussie te splitsen tussen een discussie over de betekenis van het citaat zelf, en de discussie over de vanzelfschrijver (waar Mulisch het duidelijk niet over heeft). Zie, van dezelfde auteur, ook een reactie op deze site en commentaar hier. Uit een andere bron kun je hier een uiteenzetting over het citaat lezen (paragraaf 3.1), waarbij het op een van Mulisch' bekendste werken, Het stenen bruidsbed wordt betrokken door Eric Bor. Een iets andere insteek van de eerder genoemde Rutger H. Cornets de Groot, er rekening mee houdend dat Mulisch het blijkbaar over poëzie had:
Er bestaat tussen poëzie en de werkelijkheid geen afhankelijkheidsrelatie. Of, om het met Mulisch te zeggen: 'Het schrijven bespreekt niet iets, dat gebeurd is, schrijven is iets dat gebeurt'. (1) Poëzie ontstaat wanneer ze wordt opgeschreven, maar zodra ze op het papier staat, is ze er altijd geweest, omdat de tijd, die onze werkelijkheid regeert, erdoor buiten spel wordt gezet.
Bron: Meander. Van Lucille Brink is een tekst te downloaden die hetzelfde thema behandelt, met het citaat. Het is helaas in et Suid-Afrikaans, waarbij mij op academisch niveau de nuance ontgaat. Als verklaard Mulisch-hater moet ik toch toegeven dat ik hem helemaal gelijk geef over de strekking van het citaat zoals dat in de bovengenoemde artikelen wordt uitgelegd.

Lid sinds

15 jaar 3 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
  • Pluslid
  • Moderator
29 december 2011 - 13:18
Ja, nu zal ik Voer voor psychologen uit de kast moeten halen voor de volledige omkadering van het citaat. Kan even duren voor ik een en ander heb gedestilleerd en gereflecteerd. Dank voor de research, Schlimazlnik.

Lid sinds

15 jaar 3 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
  • Pluslid
  • Moderator
30 december 2011 - 11:44
Vierentwintig uur later heb ik het gevonden; het is een op zichzelfstaand citaat, zonder omringende tekst en ziet er daarom uit alsof het uit de notitieboekjes van de jonge Mulisch komt. Waarom zou je er dan niet op los mogen interpreteren? Misschien zou hij dat wel leuk gevonden hebben, ook, kan ik me indenken. Een omkadering is mogelijk te zien in Het verleden en de geschiedenis waarin Mulisch verklaart hoe belevingsprocessen door de tijd werken; hij noemt het de vandagen (in klein kapitaal). In dat hoofdstuk schrijft hij overigens iets behartigenswaardigs voor mensen die het serieus menen met schrijven, bladzij 193 - 195; Voer voor psychologen - zelfportret, 1961, De Bezige Bij. Het is te lang om te citeren, de kernzin kan ik denk ik wel overnemen:
Aan het feit, dat een een schrijver nog een baan heeft naast zijn schrijverij, kun je geloof ik zien, dat hij als schrijver niet serieus is.
Ik weet niet meer in welk topic dit even zijdelings aan de orde kwam (schrijven en een baan erbij); misschien dan daarheen verplaatsen.

MvM

Lid sinds

12 jaar 10 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
30 december 2011 - 11:52
Een iets andere insteek van de eerder genoemde Rutger H. Cornets de Groot, er rekening mee houdend dat Mulisch het blijkbaar over poëzie had:
Er bestaat tussen poëzie en de werkelijkheid geen afhankelijkheidsrelatie. Of, om het met Mulisch te zeggen: 'Het schrijven bespreekt niet iets, dat gebeurd is, schrijven is iets dat gebeurt'. (1) Poëzie ontstaat wanneer ze wordt opgeschreven, maar zodra ze op het papier staat, is ze er altijd geweest, omdat de tijd, die onze werkelijkheid regeert, erdoor buiten spel wordt gezet.
Je zou dat ook nog een stap verder kunnen doorvoeren en het citaat niet bekijken vanuit de schrijver, maar vanuit de lezer: dat wat beschreven wordt is geen dood ding voor de lezer, een reeks 'feiten' waar hij van een afstandje kennis van neemt, maar iets wat zodra de lezer begint te lezen in zijn hoofd begint te leven. Een tekst/het schrijven van een tekst bespreekt dus niet iets wat in het verleden ligt, maar iets wat elke keer weer opnieuw in het hoofd van de lezer gebeurt waarop die er steeds weer een eigen verhaal van maakt. Misschien een beetje vergezocht, maar zoiets lees ik er op de een of andere manier ook in.

Lid sinds

15 jaar 3 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
  • Pluslid
  • Moderator
30 december 2011 - 13:08
@ MvM: Misschien minder vergezocht dan je dacht. Mulisch schrijft in Manifesten II: Niet de schrijver, de lezer moet fantasie hebben (...) De schrijver levert tekst - maar een artistiek werkstuk wordt het pas door het talent van de lezer. Ook bij dit citaat moet ik denken aan een discussie die we hier - ooit, ergens - voerden over het belang van de lezer; of je die onderschatten of overschatten kon. Mulisch laat hem - charismatisch - zelf creëren. Mij spreekt dat erg aan.

Lid sinds

18 jaar 3 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
2 januari 2012 - 1:30
Ik lees hem zo: wat je schrijft wordt werkelijkheid, het wordt een invloed op de lezer, op de maatschappij, op de tijdsgeest. Het beinvloedt misschien meer de mens dan de gebeurtenis waarover geschreven wordt doet. Daarom is de schrijver verantwoordelijk en dient na te denken over ieder woord. Hij / Zij vormt immers gedachten (bij een ander). Legt gedachten in diens hoofd.

2 januari 2012 - 7:59
Misschien een beetje vergezocht, maar zoiets lees ik er op de een of andere manier ook in.
Zie mijn eerdere opmerking over "show don't tell": dat is hetzelfde: zorgen dat de lezer het kan zien gebeuren, en niet dat het hem verteld wordt.

Lid sinds

15 jaar 3 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
  • Pluslid
  • Moderator
2 januari 2012 - 11:45
Show don't tell is in het geval van Mulisch een understatement. Sinds ik het citaat uit de beginpost heb gelezen, en me erin heb verdiept, ben ik nog extra gaan letten op wat Mulisch - naar mijn idee - bedoelt te zeggen, en dat is dit: zijn manier van schrijven is zeer actueel. Inderdaad gebeurt dat wat hij overbrengt op dit moment. Op papier. Het is fascinerend om te observeren hóe hij dat doet. Hoe hij een beleving - al dan niet gebeurd of verzonnen - vanuit zijn geest vertaalt naar woorden, zodat het een (mee)beleving van de lezer wordt. Voer voor psychologen levert overigens óók een inkijk in zijn eigen worsteling hiermee. Niet dat het zijn voornaamste doel is om de lezer te behagen / deelgenoot te maken van zijn verhaal, het is eerder een één-op-éénrelatie van hem zelf met wat hij doet (hij schrijft). En wie schrijft, heeft publiek. Dat is punt twee. Wel een leuk punt. Vaak is het tweede punt zelfs leuker dan het eerste. Het publiek krijgt door Mulisch een realiteit aangeboden die hijzelf meteen weer inneemt - omdat hij al wat hij schrijft, relativeert, en over al wat hij relativeert, schrijft. In personificatie. In heden. In schromelijke overdrijving. Of in volstrekte minimalisering. In ... et cetera. 'Leven alsof het gedrukt staat. Hoe doet men dat?' Zijn eigen citaat. En zijn werk is er een constant voorbeeld van. Zijn werk is zijn leven, zijn leven is hij. Hij is Mulisch.

Lid sinds

18 jaar 3 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
2 januari 2012 - 13:29
Thérèse schreef: 'Leven alsof het gedrukt staat. Hoe doet men dat?' Zijn eigen citaat. En zijn werk is er een constant voorbeeld van. Zijn werk is zijn leven, zijn leven is hij. Hij is Mulisch. Leeft een schrijver meer in zijn oeuvre dan in zijn herinnering? Soms heb ik het gevoel dat wat ik schrijf werkelijkheid wordt. Dat ik geleefd heb in wat ik schrijf, dat ik mij er meer in ontwikkelen kan dan elders. Zoekt een schrijver niet de zone van naaste ontwikkeling in zijn schrijven op? Groeit een schrijver op papier? Of gaat er juist in ten onder?

Lid sinds

15 jaar 3 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
  • Pluslid
  • Moderator
3 januari 2012 - 14:30
Leeft een schrijver meer in zijn oeuvre dan in zijn herinnering? Soms heb ik het gevoel dat wat ik schrijf werkelijkheid wordt. Dat ik geleefd heb in wat ik schrijf, dat ik mij er meer in ontwikkelen kan dan elders.
Nu ik me de laatste dagen verder verdiep in Mulisch, denk ik dat dat voor hem wel zou kunnen hebben gegolden (ik formuleer het voorzichtig). Ik krijg de indruk dat zijn leven voornamelijk bestond uit schrijven, waarmee hij zijn eigen werkelijkheid creëerde: net zo werkelijk als de werkelijkheid voor een ander die (bijvoorbeeld) naar kantoor gaat, de fabriek of naar school. Waarom zou de ene werkelijkheid (de bedachte c.q. geschrevene) minder werkelijk zijn dan de andere (de reëele)? Uiteindelijk zijn ze allemaal bedacht - ook het kantoor, de fabriek en de school.
Zoekt een schrijver niet de zone van naaste ontwikkeling in zijn schrijven op?
Wat bedoel je met de zone van naaste ontwikkeling?
Groeit een schrijver op papier? Of gaat er juist in ten onder?
Moeilijke vraag. Heb je er gedachten / een visie over?

Lid sinds

18 jaar 3 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
3 januari 2012 - 16:39
Met zone van naaste ontwikkelen bedoel ik bij een volwassen schrijver de rand van zijn kunnen, weten, fantasie. http://nl.wikipedia.org/wiki/Zone_van_de_naaste_o… Ik kan niet zo een voorbeeld geven van een schrijver die ten onder gaat tijdens het schrijven, misschien omdat ik zelf zoek naar schrijvers die groeien om te lezen. Ik stel mij dan voor een boek over doodgaan, over moreel verval, waarin de schrijver de personage steeds dieper doet zinken. Zinkt de schrijver dan mee? Een schrijver moet dan wel bereid zijn zich in deze gevoelens te wentelen, deze te beleven. Zou het een goede voorbereiding zijn tegen doodgaan, een waarschuwing tegen verval? Een personage groeit regelmatig op papier, maakt een ontwikkeling door, bijvoorbeeld wordt moediger, wijzer, open naar een ander. Groeit de schrijver dan mee door zich bewust in de rol te leven waarin zijn personage is opgesloten en problemen op te lossen als ware het zijn eigen rol, zijn eigen probleem? Of groeit de schrijver als hij zich koel afstandelijk beschouwend langs de zijlijn, als een chirurg de operatie boek uitvoert? Wellicht bevindt hij zich ergens tussen helemaal betrokken en helemaal afstandelijk.
Thérèse schreef: Waarom zou de ene werkelijkheid (de bedachte c.q. geschrevene) minder werkelijk zijn dan de andere (de reëele)? Uiteindelijk zijn ze allemaal bedacht - ook het kantoor, de fabriek en de school.
De overeenkomsten tussen beide typen werkelijkheid zijn er, het is zelfs de vraag of een verhaal minder dwingend is dan de werkelijkheid van kantoor, etc. - immers het verhaal verlangt haar drama en wil niet dat eromheen wordt gelopen. Wel kun je de werkelijkheid van het boek even neerleggen. Ook als er tijdsdruk is. Hoewel ik mij kan herinneren de scène in Amadeus waarin Mozart onder druk gezet wordt om een doodslied voor zijn vader te schrijven en hier letterlijk ziek van wordt. Ik weet niet of dit conform de werkelijkheid is, maar belicht wel hoe werkelijk schrijven kan zijn, hier een muziekstuk.