Afbeelding
© Cliff de Rouw
© Cliff de Rouw
Afgelopen maand ben ik met mijn schrijversopleiding begonnen. Voorafgaand aan de eerste fysieke bijeenkomst deed ik netjes mijn huiswerk. Ondanks dat ik de verplichte literatuur het liefst lees vlak voor het slapen gaan, moet ik erkennen dat ik er veel nuttige en vooral pijnlijke lering uit haal. Sinds 2015 loop ik bijvoorbeeld met het manuscript van mijn kinderboek Tussen droom en daad onder de arm. En na het een poosje opzij te hebben gelegd, sjouw ik er nu weer mee rond. Nadat ik de eerste twee hoofdstukken had herschreven, las ik vorige week in De wil en de weg van Jan Brokken dat hij iedere droom per definitie uit een manuscript streept. Voor mij een nachtmerrie, want minimaal de helft van het verhaal speelt zich af in de droomwereld van mijn hoofdpersonage. Tja, en nu? Wat moet ik ermee?
Nog een voorbeeldje, omdat pijn en conflict nou eenmaal lekker weglezen ;) Momenteel ben ik bezig met de module ‘het verhaal vormgeven’. In de literatuur wordt gesteld dat een langdradige openingsscène het gehele verhaal verknoeit. Niets nieuws natuurlijk. Alles wat langdradig is, is tijdsverspilling. Toch is het lastig om een scène soms kort te houden, omdat ook gesteld wordt dat het belangrijk is meerdere zintuigen aan te spreken om zo een levendige wereld voor de lezer te scheppen.
Voor een beoordelingsopdracht was het de bedoeling om de openingsscène van een verhaal te schrijven van maximaal 350 woorden waarbij de emotionele toestand van het personage naar voren moest komen. Makkelijk zat, dacht ik, ik gebruik gewoon het begin van het eerste hoofdstuk van Wegrukken en verzuipen. Dit stuk heb ik al zo vaak herschreven, dat moet goed zijn. Toch zette een paar woorden in de eerste zin mijn nekharen meteen al overeind en voor ik het wist zat ik uren te schaven aan een stuk dat allang in het bakje ‘af’ lag. Of de opdracht gelukt is, mag je hier beoordelen. Maar goed, wat doe ik nu met de rest van het manuscript? Ja, ik weet het. Helemaal opnieuw herschrijven.
Gelukkig heb ik meerdere keren gelezen dat de groten der aarde de schrijfregels regelmatig aan hun laars lappen. Zij mogen dat, en weet je wat? Ik ga dat ook lekker doen.
Door al dat geëmmer over literatuur en schrijfregels raakte ik tijdens mijn schrijfreis het spoor bijster en verloor ik bijna mijn visie uit het oog. Het is namelijk nooit mijn bedoeling geweest om literair uit te blinken. Ik ben mezelf gaan verdiepen in het schrijversvak om te leren wat er allemaal mogelijk is, zodat ik de scènes, die in mijn hoofd zitten, zo goed mogelijk kan overdragen. Taal is hierbij het middel, het verhaal is de kunst. Daarom wil ik van alles wat er wordt gezegd en geschreven alleen meenemen wat bruikbaar is. Schrijven betekent voor mij: het zo simpel mogelijk houden. Het gerijm in deze inleiding vind ik dan ook, waarschijnlijk net als jij, volstrekt onzinnig. Mijn boeken moeten juist makkelijk leesbaar, pakkend en rauw zijn. En dat was ik even helemaal vergeten.
Lees ook:
Mijn manuscript is klaar: en nu? De moeizame weg naar publicatie
Reizen en schrijven: de vrijheid om de sleur te doorbreken
Reizen en schrijven: het klinkt fijn, maar of het ook rijmt…
Cliff de Rouw; een dertigjarige, reislustige creatieveling. Stiekem droomde hij er altijd al van om zijn verhalen te delen, daarom focust hij zich momenteel volledig op het schrijven. De afgelopen jaren is hij werkzaam geweest als Learning specialist en heeft hij lesgegeven op Oost-Timor. Mocht je meer over hem willen zien of lezen dan kun je kijken op zijn website.
Abonnees profiteren van extra voordelen.
Meld je aan voor de Schrijven Nieuwsbrief.
Door ervaren, professionele redacteuren. Goed én betaalbaar!
Elk nummer een nieuw schrijfthema.
55% korting voor abonnees van Schrijven Magazine!
Comments
Leuk stuk, maar het is: Hoe
Leuk stuk, maar het is: Hoe