Afbeelding

Foto: Pixabay
Foto: Pixabay
Fanfictie (waarover ik in een eerdere blog schreef) is een genre dat door de meeste auteurs van de oorspronkelijke werken wordt getolereerd. Sommige schrijvers menen daarom dat het niet uitmaakt of ze fanfictie plaatsen over bijvoorbeeld Harry Potter of dat ze een boek publiceren met karakters die lijken op die uit Harry’s wereld. Maar hiermee begeven ze zich op glad ijs.
Want natuurlijk maakt het wel uit! Dat schrijvers doorgaans geen bezwaar maken tegen fanfictie over hun werk hangt samen met het feit dat de schrijvers van fanfictie geen geld verdienen met hun verhalen. Gaan ze dat wel doen, dan trekken de rechthebbenden aan de bel en hangt de nieuwe auteurs een rechtszaak wegens plagiaat boven het hoofd.
Auteurs hebben er niet altijd erg in dat zij sterk leunen op bestaand werk: het plezier van het zelf schrijven staat dat in de weg en overeenkomsten worden niet herkend. Stel dat iemand schrijft over de tienjarige wees Karel die naar een heksenkostschool in Hoogkarspel gaat. Hij raakt bevriend met de slimme Louise en haar aardige achterneef Tom en hij blijkt heel goed te zijn in onderwaterpolo op otters. Karel krijgt een hekel aan de leraar brouwsels, en hij weet te voorkomen dat een genezende saffier in handen valt van een bezeten heks.
Deze auteur erkent wel dat hij is geïnspireerd door de boeken van Rowling, maar hij vindt dat hij een nieuw verhaal heeft geschapen: Hoogkarspel ligt niet in Schotland, Karels vrienden zijn familie van elkaar, een otter is geen bezemsteel en de edelsteen verlengt iemands leven niet, zoals de steen der wijzen dat wel doet. De gelijkenissen tussen Harry en Karel zijn echter duidelijk. Ook de avonturen van een door Dmitri Jemets geschapen jonge heks leken op die van Harry Potter. De Nederlandse rechter ontdekte de nodige overeenkomsten tussen de verhalen en oordeelde dat Jemets plagiaat had gepleegd.[1]
Het is niet zo dat een onderwerp – ‘jongen blijkt tovenaar te zijn en bestrijdt boosaardige magiër’ – niet door andere schrijvers mag worden opgepakt. Wil je een bekend onderwerp verkennen, dan moet je, zeker wanneer er nog auteursrecht op het oorspronkelijke verhaal rust, goed nadenken over jouw plot. Je zult een eigen invalshoek moeten bedenken, waarbij weinig ruimte is voor overeenkomsten met het verhaal waardoor je werd beïnvloed. Doe je dat goed, dan kun je op jouw beurt andere schrijvers inspireren.
Sandra Broertjes schrijft naast blogs ook fanfiction (onder andere voor The Walking Dead en Princess Diaries). Wat haar in haar werk als zelfstandig redacteur met name aanspreekt is dat zij mag helpen bij het verbeteren van door auteurs gekoesterde teksten. Meer weten? Zie www.tekstbureaubroertjes.nl.
[1] Het betreft de zaak over Tanja Grotter en de magische contrabas. Zie https://nl.wikipedia.org/wiki/Tanja_Grotter voor verhelderende voorbeelden van door de rechter geconstateerde overeenkomsten tussen Tanja Grotter en Harry Potter.
Wanneer moet je een actiescène inzetten en hoe doe je dat? Martijn Lindenboom geeft een spoedcursus in het komende nummer van Schrijven Magazine!
In deze serie geven we je aan de hand van schrijfadviezen van ervaren auteurs en heel veel oefeningen een goede basis. Meld je nu aan om alle afleveringen in deze serie te lezen!
Veel aspirant-schrijvers vergeten het: de enter-toets. Redacteur Rob Steijger legt het belang van juist alineagebruik uit.
Vorig jaar verscheen haar eerste dichtbundel, en nu schrijft ze dit jaar het Boekenweekgedicht. Ze vertelt meer over haar poëtische stijl en de plek van poëzie in Nederland.
Wil je je eigen verhaal op papier zetten? Dan kan je deze workshop niet missen! Kathy Mathys deelt veel tip + oefeningen.