Afbeelding

Typmachine op tafel

Dom J via Pexels

Leidt meedoen aan schrijfwedstrijden tot een grotere kans op publicatie? Een experiment!

Ik wil je meenemen in een experiment dat ik vorig jaar ben aangegaan. Ik las namelijk eerder een artikel van een schrijfster die ieder jaar aan meer schrijfwedstrijden meedeed en op die manier haar kansen om gepubliceerd te worden steeds vergrootte. Uiteindelijk resulteerde dat in het tekenen van een boekcontract en was haar kostje, bij wijze van, gekocht. Daar had ik wel oren naar. Ik wilde bewijzen dat ik dat ook kon.


Een schrijfexperiment 

Vol goede moed, enthousiasme en met gruwelijk veel toewijding en passie begon ik te schrijven. Ik schreef alsof mijn leven ervan hing (en stiekem voelde dat ook een beetje zo). De eerste inzendingen blaakte ik van het zelfvertrouwen. In de jaren daarvoor was het me namelijk al een aantal keren gelukt om tot de long- en zelfs shortlist van een wedstrijd door te dringen en gepubliceerd te worden. Het stapeltje boeken op mijn nachtkastje is daar de stille getuige van.

Eerste afwijzing

Groot was mijn verbazing en teleurstelling toen ik de eerste afwijzing kreeg. Ik las het mailtje drie keer aandachtig door om te kijken of ik soms iets (mijn naam) over het hoofd had gezien. Dit zou vast niet kloppen. Mijn verhaal was echt goed, het kon niet anders dan dat het goed genoeg zou zijn voor publicatie. Toen duidelijk was dat het echt zo was, voelde ik na teleurstelling ook een beetje bitterheid. Their loss, ze weten niet wat ze missen. Zelf was ik ervan overtuigd dat het kwalitatief goed (genoeg) in elkaar stak. Een jury had wellicht andere normen waarop gelet werd en bovendien heeft ieder jurylid zijn/haar eigen voorkeuren, toch?

Hoe meer verhalen ik instuurde, hoe meer afwijzingen ik kreeg. Mijn zelfvertrouwen, dat in het begin nog erg groot was, werd kleiner en kleiner, tot ik me net Pinkeltje voelde. Kon ik dan helemaal niet schrijven, waren al die andere successen dan niets waard? Of de positieve meningen van mensen die mijn verhalen gelezen hadden en me dat middels een berichtje hadden laten weten?

Kwaliteit in plaats van kwantiteit

Langzaam maar zeker daalde het besef in dat ik me te veel had gefocust op het aantal verhalen en steeds minder op de kwaliteit ervan. Dit kon niet de bedoeling zijn. Ik wilde toch juist goede verhalen afleveren, verhalen waar ik zelf trots op was en die anderen graag wilden lezen? Op deze manier ging me dat niet lukken. Daar was dat verraderlijke stemmetje dat me influisterde: ‘Zeg watje, je wilde toch aan zoveel mogelijk schrijfwedstrijden meedoen? Jij dacht toch dat je net als die auteur succes op succes zou behalen? Waar blijft dat succes? Nou…?’

Omdat ik mezelf niet wilde laten kennen, ging ik stug door. Dan kwam er weer een schrijfwedstrijd voorbij en voelde ik opnieuw druk. Druk die ik mezelf oplegde. Ik bedoel, ik hoefde van niemand aan zoveel wedstrijden deel te nemen, ik deed het toch echt mezelf aan. De verhalen werden ook steeds langer. Soms moest ik binnen een maand tijd een verhaal schrijven van ruim 10.000 woorden. Het liefst ook nog in een keer foutloos en perfect. Dat was gedoemd te mislukken, zie ik achteraf. Ik zat toen zo vast in mijn hoofd en hield me zodanig aan mijn eigen challenge vast, dat ik niet anders kon.

Zeer magere opbrengst

Na een jaar was de opbrengst zeer mager. Ik was misschien bij een wedstrijd tot de longlist doorgedrongen, maar daar hield het dan ook mee op. Zelfs bij wedstrijden van uitgevers waar ik al vaker iets gepresteerd had, lukte het me dit keer niet. Ik voelde me een mislukte schrijver, een loser.

Toen was het jaar (en dus de challenge) voorbij en maakte ik de balans op, zoals altijd aan het eind van een jaar. Ik kon misschien niet juichend en jubelend verkondigen dat ik de gelukkige winnaar was, maar het leerde me wel heel veel over mezelf.

Leerpunten na een bevlogen schrijfjaar

Zo ontdekte ik dat ik bepaalde genres best leuk vond om in te schrijven, waar ik daarvoor helemaal niet aan zou hebben gedacht. Ook had ik het lef gehad om mijn verhalen in te sturen, om mee te doen. Ik heb ongelofelijk veel schrijfkilometers gemaakt en mijn schrijfvaardigheden getraind. Bovendien kreeg ik met veel afwijzing en teleurstellingen te maken. Omgaan met kritiek en tegenslag was iets waar ik niet bepaald goed in was. Eerlijkheidshalve moet ik bekennen dat het nooit mijn grootste hobby zal worden, maar ik besef meer dan ooit dat je het niet altijd goed kunt doen. Dat er soms gewoon schrijvers (en dus verhalen) zijn die beter zijn. Zo simpel is het. You can’t win them all!

Het was een mooi schrijfjaar, een jaar waarin ik keihard mijn best heb gedaan om aan mezelf te bewijzen dat ik dat ook zou kunnen. Dat het me zou lukken om het percentage gewonnen wedstrijden te vergroten. Hoewel ik hierin jammerlijk gefaald heb, zie ik mezelf uiteindelijk toch als winnaar. Hoe gaaf is het om iedere dag bezig te zijn met datgene wat je het liefst doet en waar je zoveel andere mensen mee kunt verblijden? Zou je dat niet als het grootste succes mogen zien?

Over de auteur

Ellen Kusters (1976) werkte bijna 20 jaar in het onderwijs, stopte na een burn-out met  haar werk als juf en gooide het roer volledig om. Ze volgde een (bijna) 3 jaar durende opleiding aan de Schrijversacademie, lanceerde begin dit jaar haar eerste e-book bij HIP Publishing (en in november verschijnt het tweede) schreef enkele verhalen  die in bundels gepubliceerd werden, gaf met een collega schrijfster een boek uit en schreef een autobiografie die dit jaar opnieuw zal verschijnen bij Droomvallei Uitgeverij.

Ook blogt ze wekelijks op haar website www.ellensschrijfavonturen.nl en neemt wekelijks een podcastaflevering op over alles wat met burn-out en persoonlijke ontwikkeling te maken heeft (Life's better after your burn-out).