Lees Schrijven Magazine al voor € 21,50.
Zeven tips om een verdraaid goede openingszin te schrijven
Elke schrijver kent het: het obstakel van de eerste zin. Iedereen droomt ervan om een binnenkomer als ‘Noem me Ismaël’ van Melville’s Moby Dick te schrijven, maar hoe doe je dat? Schrijven Online biedt zeven tips om die eerste indruk van jouw verhaal van het papier te laten spatten.
Amerikaans auteur en toneelschrijver Jacob M. Appel vergelijkt het beginnen van een verhaal met het werpen van een steen: ‘Om een meeslepend verhaal te maken, moet je die eerst in de juiste richting werpen. Vergeet nooit dat de gehele koers van een verhaal of roman binnen de eerste paar seconden wordt bepaald.’
1. Begin niet voor de sprong
Om maar even verder te gaan met Appels advies: begin met het opwerpen van de steen, niet in de aanloop ernaartoe. Veel schrijvers hebben de neiging hun verhaal te beginnen met een uitleg, een narratief dat een deel van de achtergrond introduceert. Het cliché van een ontwakend persoon is talloze keren gebruikt en zal niemand meer overtuigen verder te lezen (tenzij het natuurlijk op een originele manier wordt gebracht).
Begin in plaats daarvan met een actie, een gebeurtenis die zich ontpopt zodra je verder leest. Beschrijvingen kunnen altijd later nog. Het doel van de eerste zin is om de lezer te verbazen, intrigeren of op welke manier dan ook te ‘triggeren’ om verder te lezen. Hoe je begint hangt natuurlijk af van het verhaal, het genre en hoe je het als schrijver wil brengen. Onthoud echter dat wat je ook doet, de lezer het langste stil zal staan bij de eerste zin.
2. Houd de vaart erin
Zodra de toon is gezet met de eerste zin, is het zaak dat je de vaart erin houdt. Een eerste zin staat niet op zichzelf, maar wordt ondersteund door zijn fundamenten; de daaropvolgende paragraaf en uiteindelijk het hele verhaal. De lezer zal zich bedrogen voelen als de rest van de tekst niet op kan tegen de eerste zin.
De openingszin ‘Ik ben makelaar in koffie en woon op de Lauriergracht no. 37’ van Max Havelaars Multatuli zet de lezer gelijk aan het denken. Wie zegt dit? Waarom wordt de Lauriergracht zo nadrukkelijk genoemd? Als schrijver kun je doorbouwen op dergelijke vragen of juist de antwoorden stukje bij beetje onthullen.
3. Zoom in
Films kunnen op twee manieren beginnen: de camera toont een groot geheel en zoomt vervolgens in op een belangrijk element (bij American Beauty krijg je een overzicht van de buurt, waarna de camera inzoomt op één specifiek huis), of de camera is al ingezoomd op een voorwerp, persoon of situatie en zoomt later uit om de context te onthullen. Deze technieken kunnen ook in proza werken.
Beslis echter eerst of zo’n openingstechniek werkt voor jouw verhaal en binnen het gekozen genre. Met een uitgezoomd perspectief beginnen in een horrorverhaal kan, maar zal over het algemeen niet het gewenste gevoel van angst en sensatie teweeg brengen bij de lezer. Dat kan een bewuste keuze zijn van de schrijver, maar zal pas werken als de lezer op een andere manier wordt gegrepen.
4. Houd het simpel
Maak de openingszin niet te ingewikkeld. Hoewel het belangrijk is dat de lezer aan het denken wordt gezet, werkt het averechts als de lezer zijn of haar brein moet gaan kraken. Het excuus ‘Maar dat wordt later in het verhaal duidelijk’ werkt niet als de lezer nooit zo ver komt. Probeer een zin neer te zetten die helder is als je hem zonder voorkennis leest en meer betekenis krijgt zodra je het verhaal eromheen leest.
De openingszin van Nescio’s De Uitvreter is zo’n zin: ‘Behalve de man die de Sarphatistraat de mooiste straat van Europa vond, heb ik nooit een wonderlijker kerel gekend dan de uitvreter’. Hoewel deze zin veel vragen oproept, is hij in beginsel duidelijk. Zodra de lezer echter meer informatie krijgt naarmate het verhaal verloopt, snapt hij de eerste zin steeds beter.
Lees de volgende zin van Rodney Reed en zie wat het effect is als de lezer wordt overweldigd door teveel informatie: ‘As I stood among the ransacked ruin that had been my home, surveying the aftermath of the senseless horrors and atrocities that had been perpetrated on my family and everything I hold dear, I swore to myself that no matter where I had to go, no matter what I had to do or endure, I would find the man who did this… and when I did, when I did, oh, there would be words.’
Schrijver worden? Lees Schrijven Magazine!
Nog geen abonnee? Profiteer van de introductiekorting: 1 jaar Schrijven Magazine voor slechts € 27,50 (i.p.v. € 38,50) + 2 cadeaus!
Profiteer nu
5. Schep een persoonlijke band
Als je kiest voor een personaal- of ik-perspectief, kan het handig werken om een verbintenis te creëren tussen de lezer en de verteller. Een voorbeeld is de openingszin van Willem Elsschot in zijn boek Tsjip: ‘Ik herinner mij niet precies meer hoe en wanneer de vreemdeling in huis gekomen is, maar hij loopt hier nu voortdurend rond.’
Deze zin roept een vraag op waar de verteller ook geen antwoord op weet te geven. Dat creëert direct een band tussen de verteller en de lezer. In feite gaan ze samen op zoek om het mysterie te ontrafelen, hoe groot of klein dat ook is.
6. Pas op met dialogen
Vaak wordt ook geadviseerd een verhaal niet te openen met een gesprek. Het haalt vaart uit het verhaal en oogt over het algemeen niet mooi door de overvloed aan aanhalingstekens. Bovendien loop je het risico dat de lezer verdrinkt in een heleboel vragen.
Als je het verhaal toch wil beginnen met een gesprek, kun je ervoor kiezen om na één zin van de dialoog een klein overzicht van de situatie te geven. Zoom uit om de lezers op weg te helpen voordat je ze in het diepe gooit.
7. Blijf experimenteren
Als schrijver kun je bezig blijven met het zoeken naar de perfecte formulering. Perfectie is in dit geval niet de beste zin aller tijden verzinnen, maar de beste opening voor jouw specifieke verhaal. Doe onderzoek naar goede openingszinnen van succesvolle schrijvers, of houd een brainstormsessie met vrienden. Over het algemeen zul je eindigen met meerdere potentiële openingszinnen. Zodra het verhaal afgerond is, kun je kiezen welke het beste past.
Soms wordt een openingszin overbodig of verwarrend in vergelijking met de rest van het verhaal. Dit gebeurt ook vaak met een (hoofdstuk)titel. Het voelt als een steek in het hart om die zin te schrappen. Bedenk in dat geval of de zin misschien kan worden aangepast, of bewaar hem voor een ander verhaal. Bedenk dat hoe prachtig een openingszin ook is, hij nooit het hele verhaal in zijn eentje zal kunnen dragen. Wel is die zin iets waar lezers en redacteuren je aan zullen herinneren, en dat is net zo belangrijk.
Door: Reinoud Schaatsbergen
Meld je aan voor de Schrijven Nieuwsbrief.
Elk nummer een nieuw schrijfthema.
55% korting voor abonnees van Schrijven Magazine!
Abonnees profiteren van extra voordelen.