Afbeelding

Stapel pannenkoeken met fruit

Ash via Pexels

Je personage: het lievelingskostje

Als je een personage gaat schrijven, biedt een personagebiografie een handig overzicht van diens doen en laten en geschiedenis. Wat moet je in dat document toevoegen en wat is optioneel?
Deze week een toelichting over het lievelingskostje. Als je wat met taal en associaties durft te spelen, kan dat een schat van informatie opleveren.

Wanneer kan dit relevant zijn?

Laten we eerst eens kijken wat een lievelingskostje over je personage kan zeggen. Het kan een show, don’t tell zijn van een bepaalde levenswijze. Neem kaviaar. Dat is niet het lievelingskostje van iemand die dat nooit geproefd heeft als diegene dat domweg niet kan betalen. Iemand die dol is op maaltijdshakes, zal met waarschijnlijk veel met (gezond) gewicht en beweging bezig zijn.
Je kan ook spelen met symboliek. Zo is het suikerzoete meisje dol op pannenkoeken met een lading stroop en schrikt de pittige tante niet van sterk gekruide curry, integendeel zelfs.

Soms kan iets tussen de regels door veel over je personage zeggen. Nu gaan we echt spelen met taal! ‘Wat de boer niet kent, dat vreet hij niet.’  Boer Piet is daarom niet alleen dol op aardappels met vlees en groenten, maar gaat ook van zijn lang zal ze leven Nederland niet verlaten. Dat ‘gekke buitenland’, met andere talen, gewoontes en – jawel – eten, dat hoeft van hem allemaal niet zo.

Je hoeft niet per se zaken over je personage te kennen die je tussen de regels door iets meer vertellen, maar als je dit soort dingen opmerkt, doe er dan vooral je voordeel mee. Wie weet waar je nog meer achter komt…

Staat dit gegeven vast?

Natuurlijk kan je lievelingskostje veranderen, anders waren we met zijn allen nog net zo dol op frietjes als toen we kleuters waren. Hoewel je favoriete eten an sich weinig zegt, kan het feit dat je smaak letterlijk verandert, wel een mooie manier zijn om de groei of verandering van je personage aan te duiden.
Ammenooitniet zou jouw personage in hoofdstuk 1 slijmerige, glibberige, zoute oesters eten. Maar in hoofdstuk 4 is er wel een overwinning als die bij het proeven best lekker blijken. Het personage is de comfortzone uitgegaan en daarmee gegroeid. Speel op zo’n zelfde manier ook met symbolieken. Het eten van de oesters kan dan een aanleiding zijn om symbolisch aan te geven dat ook de smaak van je personage vanaf nu ook in andere opzichten  gaat veranderen. Een paar hoofdstukken later is de kledingstijl van je personage veranderd. Misschien kan je ook wel te weten komen of daar – los van eten of de symboliek van smaak-  een expliciete reden voor is.
Gaat je personage zich bijvoorbeeld stijlvoller kleden nu het meer zelfvertrouwen heeft gekregen?

Wanneer is dit belangrijk genoeg om uit te schrijven?

Het lievelingskostje wordt pas belangrijk in de zuivere zin van dat woord wanneer je het gebruikt zoals in dit artikel: als symboliek, of een  waardevolle informatie die je tussen de regels door oppikt. Natuurlijk kan het lievelingskostje ook gewoon een grappig, onbelangrijk detail blijven wat grappig is voor jou als schrijver, maar om verder niets mee te doen.

Over de auteur

Nadine van de Sande is freelance copywriter en schrijfster. Op verhaalentaal.blog post ze wekelijks een uitgebreide tip voor creatief schrijven. Daarnaast doceert ze een cursus autobiografisch schrijven bij de Ondernemersschool. Als manuscriptredactrice en schrijfcoach helpt ze schrijvers het beste uit hun werk te halen.

Techniek