De belangrijkste elementen van een schrijverssite

Welke schrijver heeft nog geen website? Als je de overzichten bekijkt op overzichtssites als schrijvers-startpagina, schrijvers-zappsite en schrijvers-webring dan zou je denken dat elke schrijver uit de lage landen een eigen site, weblog of pagina heeft. Toch valt dat bij nader inzien wel mee: zelfs sommige gerenommeerde auteurs hebben nog geen eigen webplek. Welke onderdelen moet een schrijverssite bevatten?

Actualiteit is een van de belangrijke kenmerken van het web. Als je je site niet bijhoudt, kun je hem beter verwijderen. ‘Op het web pas je je aan, of ben je weg,’ zei Steve Jobs van Apple ooit kernachtig. Er zijn hele sites gewijd aan de zogenaamde ghostsites waar al jaren geen levende ziel meer valt te bekennen. Maar zelfs als je je site regelmatig onderhoudt, is het makkelijk om de onverbiddelijkheid van de tijd toe te laten slaan.

Tachtig procent van het weblezen is snellezen, flitsende oogbewegingen, zo blijkt uit onderzoeken. Slechts in twintig procent van de gevallen wordt er ook daadwerkelijk gelezen, zin voor zin. Ofte wel: een moment van onbedachtzaamheid, en de lezer is weg. In de halve seconde dat de weblezer de pagina overziet en merkt dat ‘dit niet klopt’ of ‘niet meer bijgehouden wordt’, neemt hij een beslissing. Verder klikken bijvoorbeeld, of weggaan. Hoe minder struikelblokken je op je website, -log of -pagina aanbrengt, hoe langer je lezers zullen blijven hangen en hun vragen beantwoord zien.

Waarom wil je een site, waar is hij goed voor? Natuurlijk om lezers te informeren, om hen over te halen je boeken aan te schaffen en te lezen, maar waarom wil je dat, hoe wil je dat bereiken, wat ligt er precies voor vraag achter je site? Wat was het probleem dat je tot nu toe ervoer? Misschien wel dat je veel te veel dezelfde vragen krijgt van leerlingen en studenten die een scriptie moeten schrijven. Richt dan een ‘meestgestelde vragen’-hoekje in, en zet deze centraal op je website, terzijde gestaan door uitgebreide bio- en bibliografieën.

Maar er zijn zoveel meer problemen, oplossingen, ideeën, problemen en doelen. Als je nog maar net begint als schrijver, is een van je belangrijkste problemen dat je nog geen publiek hebt, en nog geen zichtbaarheid in de pers. Om te voorkomen dat je bij het minste of geringste over het hoofd wordt gezien, kun je een stevige site, vol literair werk, achtergronden en ideeën neerzetten. Een heel ander probleem is dat er wel erg veel gebeurd in je schrijversleven (optredens, nieuwe uitgaven).

Hier een overzicht van de onderdelen die je op een schrijverssite kwijt kunt:

  • Biografie. Vergeet niet ook een kort overzicht over je levensloop te publiceren: niet iedereen wil vijf pagina’s levensloop doorworstelen. Maak er geen cv van: het is geen sollicitatiegesprek.
  • Bibliografie. Ook wel ‘publicaties’ genoemd. Als het kan, link dan door naar verkooppunten en recensies. En wat doe je met je artikelen, essays en ongeschreven werk? Als je het goed doet, maak je ook deze juweeltjes zichtbaar.
  • Contact. Hoe wil je benaderd worden? Zet er geen telefoonnummer op, als je niet gebeld wil worden. Pas ook op voor spammers: voor je het weet sta je op 1000 spamlijsten. (Ga bijv. naar www.mways.co.uk/prog/hidemail.php om dit te voorkomen). Grote vraag: is het nodig hier een compleet menu-item aan te wijden? Een mailsymbooltje op je homepage is vaak al voldoende. Bedrijven met routebeschrijvingen en openbaar vervoerinformatie hebben natuurlijk een echte contactpagina nodig.
  • Nieuws/actueel. Doe het alleen als je echt regelmatig nieuws toevoegt. Als er te weinig zijn, plaats dan je nieuwtjes gewoon op je homepage, desnoods met een doorverwijzing.
  • Weblog. Kan veel toevoegen, maar begin er niet aan als je niet minstens een paar keer per week iets kunt toevoegen – en dat maanden- of jarenlang. Zie het als een schrijversdagboek en doe er je voordeel mee.
  • Pers. Het kán wel, maar het is een beetje raar, zo’n apart hoekje voor journalisten. Op zich heeft het wel zin om officiële persberichten, auteursrechtvrije foto’s en omslagen op je site te zetten, maar vergeet niet dat iedereen deze bestanden kan downloaden. Als je het echt goed wil doen, stel dan je speciale pershoekje alleen open voor journalisten met een password (of een verborgen map), nadat ze bijvoorbeeld een mailtje hebben gestuurd. Dan kun je het een beetje in de gaten houden, en weet je ook wie op je site afkomen.
  • Interviews. Als je ze kunt krijgen (altijd toestemming vragen aan de journalist), dan is het een mooie aanvulling op je site.
  • Recensies. Doorverwijzen mag altijd, zonder toestemming overnemen niet. Misschien te combineren met je bibliografie.
  • Bestellen. Van je commerciële activiteiten kun je een apart hoekje van maken, maar je kunt het ook integreren in de andere pagina’s, zoals je bibliografie.
  • Fragmenten/teksten. Computerschermen lenen zich nog steeds niet voor het lezen van lange teksten, dus vraag je af wát je wil laten lezen, en in welke vorm. Een PDF (Adobe Acrobat) is veel beter leesbaar, kan afgedrukt worden én kan door jouzelf beveiligd worden. Enige nadeel is dat je een zogenaamde PDF-schrijver nodig hebt: een stukje software waarmee je vanuit je tekstverwerker Acrobat-bestanden kunt maken.
  • Stel een vraag. Alleen doen als je werkelijk veel vragen denkt te krijgen. Anders staat het een beetje armoedig, 2 of 3 beantwoorde vragen in vier jaar.
  • Lezersreacties. Op heel wat internetsites (en weblogs) kun je een automatische reactiemogelijkheid invoegen. Doe het alleen als je echt zinvolle reacties verwacht, stel je regels, houd het in de eerste weken en maanden goed bij en houdt er mee op als het niets wordt.
  • Links. Verwijzingen naar andere sites. Vergeet niet te schrijven waaróm je deze sites zo boeiend vindt.
  • Colofon. Een woord uit de wereld van papier. Wie de site gemaakt heeft, moet duidelijk zijn aan een kleine mededeling onderaan de homepage. Dat je ‘m zelf geschreven hebt is duidelijk.

Deze informatie komt uit het Handboek voor schrijvers waar het onderwerp nog gedetailleerder wordt behandeld. Zie http://www.schrijvenonline.org/schrijfbibliotheek/handboek-voor-schrijvers.