Afbeelding
Commentaar is altijd nodig - van jezelf, je beste vriend, je redacteur, je medecursisten of je schrijfgroepleden. Maar commentaar kan ook stimulerend, confronterend of vernietigend zijn. Hoe voorkom je dat? En hoe ga je om met zware kritiek? Schrijven roept controverses op. En dat is maar goed ook. Literatuur hoort de geesten te verdelen, zij een literair docent ooit. In recensies, bij cursussen, in de kroeg en bij de uitgeverij vinden er dan ook tal van heftige discussies plaats over de inhoudelijke kwaliteiten van ieders werk. Hoe kun je die het beste brengen? Wat mag wel, wat kan echt niet? Spreek in ieder geval iets af, als je met meerdere mensen bent. Waar let je op: ritme, structuur, spanningsopbouw, of ook op thema's en inhoud? Weet wat iedereen wil: de een hoeft niet voortdurend lastig te worden gevallen over zijn bloemrijke zinnen, de ander heeft juist geen enkele boodschap aan het quasi-hermetische gehalte van zijn poëzie. Steeds weer op dezelfde steen hameren heeft dus geen zin. Besef bij alles dat commentaar op je werk geen persoonlijke kritiek is. Als het goed is, kun je je werk ermee verbeteren. Daar moet je dan maar af en toe even wat voor wegslikken.
Niet veel romans gebruiken de jij-persoon, waarom zou je dat doen? Je leest het in het komende nummer!
Hoe kreeg Geus dit voor elkaar? Ze vertelt het in het komende nummer & geeft tips voor het schrijven van een serie.
Over het vinden van inspiratie, het ontwikkelen van je eigen schrijversstem, en over de ziel van het personage.
De eerste zin is de belangrijkste van je verhaal. Lees de tips + opdrachten in het komende nummer van Schrijven Magazine!
In het komende nummer duiken we in de wereld van de historische roman!