Afbeelding

Trouwringen

Megapixelstock (via Pexels)

UKV's van de week: Het huwelijk en Onwennig

Het huwelijk - Laura Wattel-de Vries

26 mei

‘Ik mis je,’ fluistert ze tegen de foto, terwijl ze staat te stoffen.
‘Sta je nou alweer te grienen bij die foto? Mens, werk eens door!’ snauwt haar man. Snel gaat ze verder. Als hij zo praat, kan ze maar beter geen weerwoord hebben, dat heeft ze wel geleerd. ‘Waar blijft mijn koffie?’ hoort ze hem weer. ‘Komt eraan, het koffiezetapparaat loopt.’ Hoewel hij om niks kan ontploffen, waarbij zij het moet ontgelden, probeert ze hem steeds zo gunstig mogelijk te stemmen. Ze kijkt nog één keer naar de foto: ‘de dementie heeft je van me afgepakt, lieve man.’
 

Onwennig - Erik Uniken

25 mei

We zitten bij het Cruijffcourt. Op dat bankje met schunnige graffiti. Hij zit gespannen, benen gekruist. De bovenste Nike tikt een driftige maat. Ik kijk opzij. Zijn verhuilde kop maakt mij week. Hij zegt dat ‘ie een binnenvreter is. Ik houd mij maar even in. De spaarzame woorden die hij vindt om te zeggen wat hem overkwam, zijn nu allemaal prima.
Hij mummelt iets, zijn stem schiet omhoog. Een bibberige zucht. Ik kan niets anders bedenken dan m’n bek houden en hem omhelzen. Dus verzamel ik alle moed en… geef een klopje op zijn schouder. Hij pakt de bal.

Mariakaakje - Robert van der Meulen

29 mei

De drie gebroeders bewoonden bijna zeventig jaar een wederopbouwflat in een wederopbouwwijk. Ik kwam er als kind weleens. Vooral vanwege het mariakaakje uit een intrigerend vooroorlogs koekblik. Alle drie bleven ze trouw aan vooroorlogse routines: om zes uur opstaan, een snee roggebrood met kaas en dan naar de volkstuin. Stipt om 12 uur naar huis, waar de oudste broer de warme prak had klaarstaan. Voor vrouwen of overige luxe was geen plaats. Laatst reed ik er om nostalgische redenen langs. Geen gebroeders meer. En ook geen volkstuin. Waar het flatgebouw stond staan nu luxewoningen. Even miste ik het mariakaakje.
 

Kranig - Jorre Verbaelen

29 mei

'Auw!'
'Wat scheelt er, opa?'
'Ik denk dat ik even een hartaanval heb, jongen. Auw, auw!'
'Een hartaanval, opa!?'
'Yep, pijn in de linkerarm, steken in de hartstreek, dat -AUW- is een aanval, jongen, maar geen zorgen. Ik ben morbide obees en tweeënzeventig jaar, dat heb je -AUW- dan wel.'
'Opa, ik bel een ziekenwagen!'
'AUW, nee, nee jongen, dit is volledig normaal! Mijn lichaam moet gewoon even wennen aan deze hartaanval.'
'Ben je zeker, opa?'
'Ja, jongen, ik heb er al vijf gehad ...'
'Ok, dan ben ik terug weg. Zie ik je volgende week?'
'Zeker, AUWAWAUHAUH. AAAAAAAAHAAAAAAAAUW!'

Vliegstress - Bob Faber

24 mei

Verslapen, de trein gemist, maar hopelijk toch op tijd op Schiphol. Ik zeul met twee veel te zware koffers. De vrouw die mij liefheeft ijlt vooruit. Reispapieren in haar ene, haar mobieltje in de andere hand. ‘Ik ga vast naar de incheckbalie,’ roept ze nog. Ik worstel me door de menigte, struikel over een verloren sjaal en buiten adem vind ik haar bij balie tweeëndertig terug. ‘Het spijt me,’ zegt de baliedame en wijst naar het informatiescherm. “Gate closed.” Als ze onze tickets bekijkt, verschijnt er een brede glimlach. Een roodgelakte nagel wijst op onze vertrekdatum. Morgen dus…