Studie naar dichtende jongeren: doorschrijven en durven ingrijpen

Flink doorschrijven in het begin van het dichtproces, en niet bang zijn om in te grijpen. Dat lijkt het recept voor een goed gedicht, zo stellen Talita Groenendijk, Tanja Janssen en Gert Rijlaarsdam in hun studie naar het schrijfproces van dichtende scholieren. In 'Hoe schrijven middelbare scholieren gedichten' (verschenen in het tijdschrift Levende Talen) lieten de onderzoekers 19 middelbare scholieren een vrij vers en een strak voorgeschreven dichtvorm, de cinquain, maken. Daarbij werden tekstproductie, pauzes, en het herschrijven op verschillende niveaus gemeten. Het resultaat was opmerkelijk. "Leerlingen die relatief veel produceerden aan het begin van hun schrijfproces en in hun tekst relatief veel grote revisies aanbrachten aan het einde, schreven betere gedichten. Pauzes en precontextuele revisies hadden een negatieve invloed op tekstkwaliteit, in bijna alle fases van het proces. Voor de kwaliteit van de tekst is het kennelijk belangrijk om vlot en vloeiend door te schrijven, zonder veel haperingen. De kleine contextuele revisies (op niveau van letter of woord) hadden een positieve invloed in het midden van het proces, maar een negatieve invloed aan het einde van het proces. Leerlingen die bij beide taken lineair schreven, hadden relatief minder goede gedichten geschreven." Hoe interessant de conclusie ook, zo haasten de auteurs zich te zeggen, een 'recept' voor gedichten schrijven kun je er niet uithalen. "De vraag rijst of het mogelijk is de creatieve processen van leerlingen te beïnvloeden, zodanig dat zij tot betere producten kunnen komen. Wij denken dat ‘observerend leren’ een goede methode zou kunnen zijn. In eerder onderzoek bleek deze methode effectief bij het schrijven van korte argumentatieve teksten (Braaksma, 2002). Leerlingen kunnen inzicht krijgen in het creatieve proces, door andere leerlingen te observeren die creatieve schrijf- en beeldende taken uitvoeren. In vervolgonderzoek zullen we ons daarom richten op de effecten van observerend leren op creatieve processen en producten van leerlingen. Het schrijven van een gedicht, zo beseffen de auteurs, is iets heel anders dan het maken van een rekensom. "Beide taken kunnen erg moeilijk zijn, maar wat artistieke, creatieve taken buitengewoon moeilijk maakt, is hun openheid."

Bron

www.ltprojecten.nl/node/13