#586 De beendermolen
De molen ligt ingebakerd in de oever van de Willbrook en zijn waterrad werkt onafgebroken. Een waterig zonnetje geeft de grijze ruwe muren aan het begin van de dag een onheilspellende uitstraling. Het modderige erf lijkt verlaten. Aan het eind van het terrein is een bemuurde binnenplaats die de lucht met een zure ammoniakachtige geur vult. Op een open vuur staat een grote ketel te dampen. In de koude ochtendlucht kringelt de stoom in sliertjes naar boven.
Een oudere vrouw, met een leren schort voor, roert hier met enige regelmaat in. Ze vist er schone botten uit die ze op een stellage gooit. Aan haar rechter kant staat een half verrotte kar vol botten. Een man gooit er een zak in leeg en verlaat dan met energieke passen het terrein.
Crowfort rijdt op zijn paard in zijn hemelsblauwe wapenrok met het witte embleem van de Orde van het Licht langs hem heen en gaat direct door naar de vrouw. Ze draait zich verschrikt om als het paard hinnikend naast haar stopt en er een paladijn naast haar landt.
‘Bent u de vrouw van de molenaar?’
‘Ja meester.’
‘Ik ben voor mijn heer op zoek naar een goede kwaliteit beendermeel.’
‘Waar wil uw heer het voor gebruiken?’
‘Hij wil er zwarte verf mee laten maken.’
‘Meestal kopen boeren het om hun land te bemesten.’
Crowfort kijkt van de berg dierenbotten op het plaatsje, via de kookketel, naar de stellage waar wat glimmende witte beenderen liggen te drogen. Twee diepzwarte kaarsen steken er glimmend bovenuit.
‘Wat doet u met zwarte kaarsen?’
De vrouw mompelt wat onverstaanbaars. De paladijn pakt een van de donkere staven en steekt hem aan. Hij niest als een stinkende zwarte walm zijn neus vult. Hij pakt de vrouw bij de arm en herhaalt zijn vraag.
‘Ik… heb … ze … gekregen… meester.’
‘Van wie?’
‘Van slager Blackburne uit Cringleton.’
‘Deze kaarsen zijn gemaakt met mensenvet. Is deze slager soms lid van de Orde van de Duisternis?’
‘Weet ik niet meester. Hij brengt de dag na volle maan altijd een zak speciale botten.’
De haartjes in Crowforts nek gaan recht overeind staan. De vele verdwijningen staan ineens in een ander daglicht. Bij volle maan worden tijdens de erediensten van de Duistere Orde mensen geofferd.
‘Wat doet u daarmee?’
‘Die worden op zijn verzoek als eerste verwerkt.’
Crowfort laat de vrouw los en is met een paar grote stappen bij de gammele wagen. Botten van allerlei maten met weinig of veel vlees liggen kriskras door elkaar. Hij laat zijn ogen over de penetrant ruikende inhoud gaan.
‘Heeft u ze vandaag al verwerkt?’
Hij ziet de vrouw ineenkrimpen terwijl ze haar hoofd stevig heen en weer schudt.
‘Waar heeft hij de zak geleegd?’
De perfide vrouw wijst naar de achterzijde van de kar. Hij loopt om het voertuig heen om de inhoud beter te kunnen controleren. Tussen de schapen- en varkensbotten liggen de kootjes van een hand. Voorzichtig schuift hij wat grote beenderen opzij en toont haar een schoongemaakte mensenschedel.

Wat een onheilspellend en…
Lid sinds
7 jaar 7 maandenRol
Wat een onheilspellend en duister verhaal, mooi passend bij de opdracht, en met precisie uitgewerkt. Weer een avontuur met Crowfort, het voelt misschien wel daardoor alsof het een verhaal is dat in een ander verhaal is ingebed, wat voor mij bijdraagt aan de geloofwaardigheid. Mooie opening, die watermolen, het waterige zonnetje en het modderige erf. Ook die dampende ketel waarin de vrouw roert, en waar de stoom in sliertjes naar boven kringelt, die witte botten en de zwarte kaarsen. Met de gebiedende toon en het gedrag van Crowfort schets je ook een duidelijk beeld van zijn persoon.
Let even op het perspectief. Ik heb het idee dat er een alwetende verteller is, maar daarna kijk ik vooral met Crowfort mee, waarna ik plotseling weer in het hoofd van de vrouw belandt in deze zin, ‘De molenaarsvrouw wil het liefst in de grond verdwijnen als haar hoofd stevig heen en weer gaat.’ Voor mij heeft dit iets storends. Let op actief en beeldend schrijven, bijvoorbeeld bij ‘de man die haastig het terrein verlaat.’ Hoe loopt die man? Strompelt hij, wandelt hij, hinkt hij misschien op een been, ruikt hij misschien aan zijn smoezelige mouwen? Dit kan je verhaal nog sterker maken. Ik heb het graag gelezen!
Lizette bedankt voor je…
Lid sinds
1 jaar 4 maandenRol
Lizette bedankt voor je positieve feedback. Ik heb de tekst op de door jou genoemde punten aangepast. Ik hoop dat het zo beter leest.
Met plezier gelezen, ik zag…
Lid sinds
8 maanden 2 wekenRol
Met plezier gelezen, ik zag de scene goed voor. Mooi en levendig beschreven!