#564 Tegen beter weten in.
Hij lag al klaar.
Zijn hand rustte op het laken, de schouder iets opgetrokken, als een pyjama die ooit comfortabel was, maar inmiddels vooral spande. De deken niet te zwaar, de kamer niet te koud. Alles klopte. Er hing iets in de lucht, een belofte misschien.
En toch.
Zij was nog onderweg. Iets met een mailtje dat onbeantwoord was gebleven. Een opmerking aan tafel. Een artikel over hoe vrouwen altijd de mentale agenda van het gezin beheren. Dat opeens persoonlijk werd.
Even bleef hij stil liggen, luisterend of hij al iets hoorde.
Helaas.
Hij zuchtte. Niet dramatisch. Meer uit ervaring.
Dit was niet de eerste keer. Zij hield zich aan geen enkele bedtijd.
Het was een ritueel dat niet op zichzelf stond. Eerder regelmaat dan uitzondering.
Hij, het lichaam, dat wanhopig naar stilte zocht.
Zij, de geest, die bleef spreken in een taal zonder woorden.
Er zat een soort weemoed in de ademhaling.
Hij herinnerde zich hoe slapen vroeger vanzelf ging.
Gewoon ogen dicht, zwart, dan ochtend.
Tegenwoordig moest zij “onderhandelingsgesprekken” voeren met zichzelf.
En het lichaam was er nu wel klaar mee.
Hij probeerde het hardhandig: draaien, dekbed af, dekbed op, een hand onder het kussen duwen alsof daar iets viel te winnen.
Zij bleef onverstoorbaar de mentale agenda doornemen.
Een nieuwe tactiek: staren naar het plafond.
Een wanhopige poging om het zo saai te maken dat de geest zich zou vervelen en afdruipen. Maar zelfs dat was ingewikkeld geworden. Er zat een schroef. Een overgeschilderd ding, net niet in het midden. Een detail dat het denken aanwakkerde in plaats van suste.
Wat bleek: er was een flinke conferentie gaande.
Een vergadering over alles wat had kunnen zijn.
Daarna meteen een spoedoverleg over morgen.
Híj gaf signalen.
Een trekkende kuit. Een rug die krampachtig leek te zeggen: ik ben nu echt klaar.
Zíj luisterde niet. De geest vond zichzelf belangrijker. Zoals vaak. Met de overtuiging dat piekeren een vorm van controle zou zijn.
Het lichaam vroeg zich af of dit huwelijk ooit geldig was geweest.
Er was geen trouwboekje, alleen een vage herinnering aan een jeugd waarin alles nog synchroon liep.
Geen notaris, alleen een stille overeenkomst: jij sleept mij door gedachten, ik jou door de dag.
En nu lagen ze hier.
Twee vreemden in één bed, verbonden door een gedeeld verleden en een ongelijk slaapschema.
De nacht vorderde, de onuitgesproken strijd ook.
Het lichaam draaide zijn hoofd een kwartslag.
De geest volgde.
03:17. Ze staarden allebei. Het soort kijken dat niets oplost, maar toch steeds gebeurt.
Zie je nou wel, leek de tijd te zeggen.
Niemand reageerde.
03:18. Het lichaam besloot te gaan plassen.
Niet omdat het moest, maar uit protest.
Een passief-agressieve actie waar beide partijen slechter van werden.
Terug in bed gaf de geest geen krimp.
Ze was inmiddels begonnen aan het herschrijven van een gesprek uit 2008.
Het lichaam hield zich stil.
Misschien sliep hij al.
Misschien deed hij alsof.
En de geest?
Die bleef waken. Omdat morgen was begonnen zonder dat iemand het doorhad.
___
24-06 Aanpassingen op de zinnen "Zijn hand rustte..", "Hij herinnerde zich...", "Hij probeeerde het.." op basis van feedback Tinus
De eerste helft vind ik heel…
Lid sinds
3 maanden 3 wekenRol
De eerste helft vind ik heel sterk. Al zijn er wel zinnen die wat gemakkelijk uit een trukendoos komen zonder heel krachtig te werken
De eerste en derde zijn een beetje cliché, de tweede en derde zijn wat vaag.
------
In de tweede helft wordt het lastig te volgen. Hij ligt in bed, en zij is bezig met haar werk. Maar waar gaat het dan verder nog om?
Dit zou kunnen gaan om iemand met slapeloosheid, maar waarom? Vanwege de vrouw? Hoe zit dat dan precies?
- Híj gaf signalen.
- De nacht vorderde, de onuitgesproken strijd ook.
Wat is hier gaande?
Fijne feedback weer, Tinus…
Lid sinds
1 week 3 dagenRol
Fijne feedback weer, Tinus. Dank voor het lezen!
Het huwelijk in deze tekst gaat tussen lichaam en geest: hij het lichaam, zij de geest. Hij wil slapen, zij niet.
Misschien dat dat door het snijwerk wat minder helder is geworden.
De tweede zin werd ook slachtoffer van de kniptang. En je hebt gelijk: de eerste en derde kunnen krachtiger.
Aha, nu ga ik het heel…
Lid sinds
3 maanden 3 wekenRol
Aha, nu ga ik het heel anders lezen. Ik las het heel erg met een standaard interpretatie van de opdracht (man en vrouw). En stukjes als 'Zij, de geest, die bleef spreken in een taal zonder woorden.' vind ik heel normaal passen in een huwelijk tussen man en vrouw, en deden me niet denken dat dit allemaal symboliek was.
'Met de overtuiging dat…
Lid sinds
1 jaar 10 maandenRol
'Met de overtuiging dat piekeren een vorm van controle zou zijn.' De kern van dit schijnbaar metaforisch stukje, waarbij de metaforen niet echt duidelijk uit de inkt komen. Daar zou ik ergens, liefst wat vooraan in het stukje, wat duidelijker gewag van maken. Maar wel de opdracht volbracht. Graag gelezen.
Wat een leuke invulling…
Lid sinds
2 maandenRol
Wat een leuke invulling. Soms kon het wat korter imo. Bijvoorbeeld hier:
Helaas - hij zuchtte - uit ervaring - niet de eerste keer - ze hield er zich nooit aan - het was een ritueel - eerder regelmaat dan uitzondering - hij zocht stilte, zij praatte
Daar zeg je vijf, zes, zeven keer hetzelfde. Terwijl misschien "hij zuchtte" op zich al genoeg zou kunnen zijn, of "hij zuchtte uit ervaring", of zo en daarmee heb je evenveel gezegd.
Er zitten veel mooie zinnen tussen, daar kan ik oprecht van genieten. Soms vond ik het moeilijk om mijn aandacht erbij te houden en ik had eerlijk gezegd lang niet door wat er gebeurde. Maar dat is misschien net de kracht van je tekst. Graag gelezen!