Lid sinds

9 jaar 11 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

#497 De geur van kokos

 

Op welk moment heb ik mijn jeugd verloren?

Was het toen mijn moeder zei, wat spullen bij elkaar te pakken - maar alleen het hoogstnodige? Omdat we op reis gingen, zei ze, al wist ze nog niet voor hoe lang of waar naartoe?
Was het toen ik mijn koffertje van onder mijn bed vandaan haalde en mijn beer erin stopte, mijn boek, een schrift en wat kleurpotloden en mijn moeder, met een traagheid die ik niet van haar kende, haar hoofd schudde?
Was het toen ze het koffertje in de hoek van mijn kamer zette, een kleine rugzak pakte en die aan me gaf met de woorden: ‘Alleen nuttige dingen,’ en ik niet snapte wat ze precies bedoelde?

Maar ineens begreep ik het toch. Ik rende naar de wastafel, pakte een kam, zeep en een tandenborstel. Een handdoek, ondergoed, sokken en een jas. Alles probeerde ik in de rugzak te proppen, maar het lukte niet. Hij was veel te klein.
Vragend keek ik haar aan. Er was strengheid in haar blik gekropen.
‘Je hebt gelijk,’ zei ze. ‘Je beer, je boek, je schrift en de potloden. Meer heb je niet nodig.’
Samen deden we de koffer open en verscheepten alles wat hoogstnodig was naar de rugzak. Ik wilde hem al op mijn rug sjorren, maar mijn moeder zei: ‘Wacht.’
Ze hield me het zwemvest voor dat we op het strand gevonden hadden en deed het me aan.
Wat mijn moeder aan hoogstnoodzakelijk meenam, paste in een heuptasje. Een zwemvest had ze niet nodig, zei ze. Ze kon immers zwemmen …
Ze sloot het huis af alsof we nooit terug zouden keren. De sleutel liet ze in haar tasje glijden. Hand in hand liepen we het stenen pad af naar de zee.

Op het strand heerste een nerveuze drukte. Mensen verdrongen zich rond een open boot die op het zand getrokken was. Twee mannen op de achterplecht maaiden in de omhoog gestoken armen en hesen willekeurig vastgegrepen mensen aan boord. Tussen de vele hoofden ontwaarde ik Joseph. Hij zat midden in de boot met net zo’n zwemvest aan als ik en zwaaide naar me met een brede lach op zijn gezicht.
De hand van mijn moeder stuwde me naar voren. Vlak voor ze me optilde om me in de handen van een van de bootsmannen te duwen, frommelde ze iets in mijn hand. Als vanzelf sloten mijn vingers zich eromheen.
‘Verlies hem niet!’ riep ze. ‘Hij zal je veilig terug brengen!’

Ruw werd ik op de schoot van een oma gekwakt. Ik keek naar waar mijn moeder bleef. Ik zag haar niet. De oude vrouw drukte me tegen zich aan en begon zachtjes over mijn haar te wrijven.
De boot kwam los van de bodem. Zout water spatte op mijn gezicht, mengde zich met het zilt van mijn tranen en verdreef de warme kokosgeur van mijn moeder.

 

Lid sinds

5 jaar 4 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Dag Annetteke

Mooi verhaal, maar hier en daar zou ik wat schrappen, zoals waar alles 'verscheept wordt van de koffer naar de rugzak, het brengt niet echt is bij aan het verhaal en doet het even haperen.

Het stukje over de zwemvest kan je beter integreren in een zin of twee later, als ze op het strand zijn. Iemand in een zwemvest wikkelen vind ik wat vreemd klinken.

Het ontwaren van Joseph (ik vind het werkwoord ontwaren niet echt passen in een niet formele tekst) : waarom moet ze hem zien? Het brengt geen extra in het verhaal.

Deze opmerkingen nemen echter niet weg dat de opbouw in het algemeen goed is, je een mijmerend verhaal neerzet dat nog vlot leest ook.

 

Johanna

 

 

   

Lid sinds

9 jaar 11 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Het is inderdaad een verdrietig verhaal, Zijvanhetkasteel!
Dank dat je dit hebt opgepikt.

De reactie van Johanna vind ik dan weer verrassend: mijmerend?

Dat is dit verhaal voor mij juist helemaal niet;
de twijfel over wat nuttig is op een vluchtroute overzee - de schaduw die het werkwoord 'verschepen' in dit verband vooruit werpt. Het vertrouwen dat de ik-figuur put uit de lach van een klasgenoot als betrof het een schoolreis. De al dan niet opzettelijke scheiding van moeder en kind ...
Voldoende elementen m.i. om er eerder verontrusting dan een mijmering te zien.

Mijn vraag aan Johanna is dus: lees je het verhaal anders met deze toelichting in gedachten? Wat kan ik er - in dit licht - aan verbeteren?

Wel is het zwemvest inmiddels 'aan gedaan' :-). Met dank!

Lid sinds

1 jaar 5 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Ik vind het een ontroerend verhaal Annetteke. Ik kan mij zo voorstellen dat, op een paar kleine zaken na, het tegenwoordig veel kinderen op deze manier hun huis moeten ontvluchten. 
Als lezer ben ik benieuwd wat de reden is dat zij moeten vluchten. Misschien dat er met een woord of een halve zin een hint gegeven kan worden? Hetzelfde heb ik ook met de moeder: ik wil graag iets van een hint waar ze is of wat haar overkomen is. 
Ik kan mij ook goed voorstellen dat dit verder in het verhaal aan bod gaat komen, mocht je verder schrijven.

Lid sinds

5 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker

Hoi Annetteke, het is een schrijnend verhaal. Ik sluit me wel aan bij de opmerking van Johanna dat de tekst strakker kan. Je wijdt voor mij in de eerste twee alinea's te veel uit over de hoogstnoodzakelijke dingen, ik begrijp je opmerking over de vraag wat nuttig is, maar naar mijn idee kun je dat in één alinea ook vertellen en dan iets meer vertellen over het (t)huis wat ze achter moet laten.
Wat werd er in de hand van het kind gedrukt? Het komt verder niet meer terug.

Was het toen mijn moeder zei, wat spullen bij elkaar te pakken - maar alleen het hoogst nodige. ---> volgens mij is dit een vragende zin en hoort er een vraagteken achter. 
hoogst nodige = hoogstnodige
hoogst noodzakelijk = hoogstnoodzakelijk
alles wat het hoogst nodig naar de rugzak. ---> hoogstnodig, daarachter mis ik nog het woordje "was"

Lid sinds

9 jaar 11 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

@Gertjanreus: dank! Het voelt voor mij inderdaad als het begin van een groter verhaal ...
Daarom ben ik blij met deze opdracht. Het heeft me aan het denken gezet!

@Fief: dank voor je waardevolle commentaar. Ik laat alles toch nog even zo staan. Schrappen kan altijd nog ...