#438 De winter en mijn lief zijn heen

(De winter en mijn lief zijn heen, M. Vasalis)

(Liefde, P.A. de Génestet)
(Aan de sonnetten, J. Perk)
(De nachtegalen, J.C. Bloem)
(Oudmodisch regenlied, J.G. Elburg)

(De laatste droom, J. van Nijlen)
(Het huwelijk, W. Elsschot)
(Aan eenen jongen visscher, J.I. de Haan)
(Bericht aan de reizigers, J. van Nijlen)

(Man en vrouw, A. Roland Holst)
(Eight days a week, C. Buddingh’)
(De wuivende, A. van Duinkerken)

(Ik ben een arme man, J. Arends)
(Iemand stelt de vraag, R. Campert)
(De sonnetten van de kleine waanzin, H. Andreus)

Mooi!!!
Die verantwoording maakt het nog indrukwekkender

Hoi Hadeke, in één woord BRILJANT!

Hoi Hadeke, indrukwekkend. 

Dankjulliewel. Het was best een klusje en met de laatste zin strofe 3 ben ik nog niet tevreden. Eigenlijk zou nog een 'dat' toe willen voegen, maar zo zijn de regels niet. Verder is het denk ik best kauwen om de echte logica te zien. Maar een leuke opdracht vind ik het wel.

Er zijn wel vaker gedichten waarin de logica mij ontgaat, maar desalniettemin een plezierige leeservaring opleveren. Dit valt in die categorie. Mooi!

Ik heb te weinig gelezen om te kunnen herkennen, ik snap te weinig van je tekst. Daarom lees ik het het keer op keer. Ik denk dat ik het heel mooi vind. 

M

Hadeke.

Dat zit mooi in elkaar. Leuk dat je voor de sonnetvorm kiest. Een paar verzen herkende ik meteen, een paar deden ergens heel in de verte een belletje rinkelen, een paar kon ik niet thuisbrengen. Het leest wat lastig, maar dat is ook veel poëzie eigen, dus daar struikel ik niet over. Ik bleef alleen haken bij in ’t licht langs het korenveld gaat, maar ik lees in de reacties dat je daar zelf ook niet tevreden over bent. Wellicht vind je nog een alternatief.
Erg mooi gedaan.

De dichtcoach