#385 - King Kong

‘Sonjaah!’ roept Jos naar het vergeelde gordijn achter hem dat de trap naar de slaapkamer scheidt van de winkel. ‘Hebben we nog een King Kong?’ Twee gerimpelde kaalkoppen die rekken met diverse modellen klemmen bestuderen, grijnzen.

Een lange tienergriet met blond, kortgeschoren legerkapsel bloost. Haar hand ligt parmantig op de toonbank als wil ze duidelijk maken dat ze niet weg gaat tot ze bediend is, tot Jos haar boodschappenlijst ingelost heeft. Haar vriend gniffelt. Altijd brengen ze een compagnon mee. Deze keer een jongenspecimen met een baseballpet scheef op de kop met puisten op de wangen, etterbollen op het voorhoofd en een beginnende pubersnor. Een gouden ketting stoer rond de nek. Dit duo is geen achttien plus, maar wat deert het Jos, hij is geen politieagent. 

Baseballpet had eerder een brede siliconen ring op de toonbank geflikkerd. Dubbel-extra-large! De opschepper. Als het niet spant, kan je evengoed een doos lucht kopen. Maar Jos had zijn bek gehouden.

‘Wat kost die ring?’ vraagt Blondie.
‘Zes euro vijfennegentig.'
‘Kunnen we het zelf niet voor maken,‘ giert de puistenkop. Jos draait met zijn ogen. Waar blijft Sonja?

Zijn winkel in een smalle zijstraat van de Meir stroomt sinds kort over van zelfvoldane rukkers uit Nijmegen, Rotterdam en Den Haag. Zijn boekhouder hoor je niet klagen. Of toch, dat Jos te veel winst zal maken en dat belastingen betalen voor losers is. Dat Jos dringend wat aftrekbare kosten moet verzinnen. Aftrekbaar. Had Jos om gelachen. Een Porsche voor Sonja? Had Jos nog harder om gelachen. In een deuk.

‘Erg populair, die dingen,’ zegt Jos tegen Blondje. Hij tikt op de toonbank en schuift een zaklamp met siliconen wat dichter bij Baseballpet. ‘Staat in promotie,’ zegt hij en staart uitdagend naar de jongen. ‘Twee kopen, ééntje betalen. Zelfs zonder haar, pret in bed.’ Baseballpet kijkt naar de doos met siliconen, likt zijn lippen en wenkt zijn vriendin, maar die trut schudt haar hoofd. De gierige pin.

‘Hoe zit het met die King Kong, Sonja?’ roept Jos naar het plafond. ’Allez vite. Voor die jongen zijn staart intrekt!’ Jos knipoogt samenzweerderig naar Blondje. De twee kaalkoppen die nog steeds aan het prullen zijn met de klemmen, lachen. Hollanders.

‘Wie de poes nie scheert, is de beurt nie weerd,’ zegt de grootste van de twee en steekt een van het schap gegraaide scheerschuimfles in de lucht alsof het een wereldbeker is. Als een trofee voor zijn amoureuze prestaties? De kale ouderling knipoogt naar Blondie, kijkt afkeurend naar Baseballpet, doet een spuitgebaar met de fles en knikt naar Jos. Natuurlijk weet die gozer dat Jos geen toys aan kids mag verpatsen. Een undercoverflik op rust met een opdracht minderjarige experimentelen te klissen? Of gewoon nog een verveelde Noorderbuur? Ze worden steeds brutaler, die lockdownvluchtelingen. 

‘Sonjaaaah?’ roept Jos geïrriteerd. Er komt geen antwoord.

‘Dude,’ zegt Blondie, ‘heb je spul of heb je geen spul? We staan hier voor lul.’

Plots beiert een kreet langs de trap door het gordijn en lijkt het alsof tien olifanten de trap afstormen. Het gordijn schuift wild open, een zwarte vamp met erg lange paarse wimpers verschijnt en houdt fier een grote doos in de lucht. Een currylucht verspreidt zich. King Kong’s Extreme Strap On is gevonden. 

Sonja hijgt. ‘Het is onze laatste.’ Een zweetdruppel rolt langs haar hals in haar lederen jumpsuit. Blondie knikt en vormt het ok-teken met haar linkerhand. De handelswaar is goedgekeurd. Jos rukt de doos uit Sonja’s handen, scant het etiket, steekt de doos in een plastic zak, pleurt ook de veel te grote ring in de zak, duwt de zak in de handen van Blondie, tikt op Baseballpet’s pet en wijst naar de betaalterminal.

‘Asjemenou!’ zegt Baseballpet. ‘Die King Kong is twintig euro duurder dan op Bol.’ Hij tikt op het scherm van de betaalterminal als ontdekte hij de grootste samenzwering. ‘Ik laat me niet in mijn reet naaien,’ zegt hij, gooit de plastic zak op de toog, grijpt naar Blondies hand en sleurt haar de winkel uit. De winkeldeur blijft wijd openstaan. 

‘Zeker in de kerk geboren,’ zegt de grootste kaalkop.

***
(geschrapte bijdragen door https://haags.nu )
Wie de poes nie scheâht, is de beuâht nie weâhd
Zeikâh in de kerrek gebore