Lid sinds

3 jaar 1 maand

Rol

  • Gewone gebruiker

#370 - Pixelpaaien

We leerden elkaar kennen via een spelletjessite. Zij pas achttien, ik nog net twintig. We hadden met z’n allen zopas de millenniumbug overleefd en het internet proefde nog naar frivole curiositeit.
Bij de term "Facebookklokkenluider" konden wij ons niets voorstellen.
Zij studeerde Geschiedenis te Gent en ik gaf aan hetzelfde te volgen in de stad waar Europa graag over zichzelf struikelt.
Ons eerste raakpunt.
Korte berichten mondden uit in lange avonden vol lichtschermvertier en een wederzijds vertrouwen bouwde zich gestaag op. Toch was ik waakzaam. “Caveat emptor las ik ooit in “De Noodzaak” van King.
Koper, wees op je hoede. Ware woorden wanneer je rondzwerft op het wereldwijde web, zelfs in het gezegende jaar 2000.
Maar was het verleidelijk om me te laten meesleuren in een cadans van heldere pings.
Ping*
‘Hey, hoe was de les moderne literatuur?’
Ping*
‘Pa is weer aan het … ‘
Ping*

Twee maanden later en we wisselden recente en wat minder recente, geklede en ontklede plaatjes uit en plaagden elkaar graag over fronsrimpels en lachkuiltjes.
“Pixelpaaien” noemde ik het op een avond en haar lachbui rolde over mijn scherm in korte lols. Ze vond het geweldig.
Ik zette uiteindelijk de eerste stap en stelde een ontmoeting voor, weg van het scherm. Ze aarzelde.
‘We knippen de kabel door die als een navelstreng onze band voedt en wagen een foetastische sprong naar de buitenwereld,’ suggereerde ik in een poëtische bui.
Uiteindelijk hapte ze toe.

Drie dagen later en hier zit ik, in het park, wat onderuitgezakt op een bankje, onder een witte paardenkastanje die me afschermt van een vroege lentezon. Sporadisch dwarrelen witte, gerimpelde kroonblaadjes naar beneden, alsof de boom als bruidskind de nakende ontmoetingsvreugde wil verhogen.
Ik wacht ongeduldig op haar komst. Ze is een kwartier te laat. Af en toe glijdt mijn hand nerveus door het weinige grijze haar dat me nog rest. Het linkerbeen houd ik gestrekt, nog herstellende van een pijnlijke jichtaanval.
Op dit vroeger uur ben ik gelukkig in beperkt gezelschap. Een oudere, corpulente man heeft zich zonet twee banken verder neergeploft. Hij leunt met één hand op een wandelstok en kijkt schichtig om zich heen.
Ik negeer hem en dagdroom even over een fris, blij gezichtje dat langzaam transformeert als de waarheid uiteindelijk doordringt.
Ik hoop dat dit exemplaar weet te relativeren. Pixelpaaien is een ondergewaardeerde kunst waarvoor haar voorgangers de nodige waardering ontbraken.
Mijn rusteloosheid neemt toe. Ik graai mijn Nokia uit de binnenzak van mijn jas en worstel me door zijn keuzemenu’s.
‘Waar blijf je??’ Ik typ het moeizaam.
Verzend.
Twee banken van mij weerklinkt plots een heldere ping. Ik schrik. Mijn brein vormt snel één onuitgesproken gedachte:

caveat emptor, ouwe pixelpaaier.
 

 

Lid sinds

11 jaar 6 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
  • Pluslid

Een verhaal dat maar weer aangeeft hoe de geschiedenis zich nog steeds naar het heden door laat trekken. Mooi geschreven. 

Wel twee dingen.

Je zet me wat op het verkeerde been. Bij 'Drie dagen later en hier zit ik ...' schakel je over naar de tegenwoordige tijd. Daardoor lijkt het of we in het heden zitten en denk ik even 'Zo die hebben lang gewacht om elkaar te ontmoeten', wat ik een grappige gedachte vind, maar dan kan ik de drie dagen niet plaatsen. Die gedachte van mij klopt dus niet.

Ik ga in dit verhaal uit van een vertellende 'hij' en een 'zij' die transformeert naar een oude corpulente 'hij'. Een klassieke 'bedrieger bedrogen'. Voor mijn gevoel is het onwaarschijnlijk dat die tweede persoon werkelijk op een ontmoeting in zal gaan. 

Maar dit allemaal terzijde. Ondanks dat, met plezier gelezen. En pixelpaaier is natuurlijk een goed woord. 

Lid sinds

5 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker

Hoi Tudor, het overschakelen naar de t.t. stoort mij niet. Het eerste deel is duidelijk de uitleg hoe het contact tot stand kwam, het tweede zoals het nu verdergaat. 

Pixelpaaier vind ik een geweldige vondst. Aan ons om de voorstelling van het einde af te ronden. Met plezier gelezen.

Lid sinds

7 jaar 7 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Tudor, wat goed, twee oude zakken die zich voordoen als een jonge deerne en een ne(p)ttwintiger. Heerlijke passages over de stad waar Europa struikelt en de beschrijvingen in het park. Je hebt de pixels uitstekend gepaaid!

Lid sinds

3 jaar 10 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Heerlijk verhaaltje Tudor, vol leuke vondsten buiten de "pixelpaaier" om. Lekker beeldend geschreven, de situering rond het millennium geeft je de mogelijkheid om het heden op de hak te nemen maar zet je ook voor een probleem - net als het dubbelspel dat je de netdaters laat spelen.
Zo zijn daar de "hij" en de "zij", die meer en minder recente pikante plaatjes uitwisselen. De "hij" is zijn tijd ver vooruit qua scamdating, maar krijgt alsnog het lid op zijn neus. Kan, maar juist door de details die je in het verhaal geeft gaat het wat wringen. Rond het millennium al zo oud en jichtig dat ik het wat moeilijk vind om me hem als fantasy dater voor te stellen - laat staan ook nog terugblikkend. Bij zijn tegenspeler wordt het nog iets bonter. Want dat  blijkt een corpulente man te zijn die op jongens valt en je "hij" naar het park heeft gelokt door zich voor te doen als aantrekkelijke Gentse studente, inclusief plaatjes. Beetje extreme vorm van grooming. Als beiden iets minder af hadden geweken van wat ze elkaar voorgespiegeld hadden had ik je finale meer gewaardeerd. Ook omdat je er wat lang naar toe werkt - op het moment dat je de corpulente date introduceert denk ik als lezer al "o, ja, zit het zo, maar..." En uiteindelijk blijkt het zo te zitten, en wordt het "maar" onder tafel gepoetst.
Daarmee samen hangt ook je tijdenkeuze. Door van het begin af aan te kiezen voor een "toen"-perspectief is verleden tijd een logische keuze. Als je de lezer meer het verhaal in wilt trekken door over te schakelen naar tegenwoordige tijd, kun je dat beter doen vòòr de date. ".....suggereer ik in een poetische bui. Uiteindelijk hapt ze toe." Je kunt daar zelfs nog een beetje op vooruitlopen door je bespiegelingen ook in het nu te plaatsen: "Maar (watis het verleidelijk om je mee te laten sleuren..."
Hoop dat je me dit fileren van je verhaal niet euvel duidt. Ik heb het met plezier gelezen, maar Nederlanders worden nou eenmaal geboren met een opgestoken wijsvingertje. Daarom ook de melding dat "neerploffen" geen wederkerend werkwoord is: "is neergeploft", "heeft zich neergezet"

 

Lid sinds

6 jaar 5 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Hallo Tudor, wat een tof verhaal! Mooi geschreven ook. Ik ben, in tegenstelling tot bovenstaande reacties, niet één keer gestruikeld. Chapeau!

 

Lid sinds

2 jaar 6 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Hoi Tudor,

Wat een topwoord: pixelpaaien! En je schrijft in een ritme dat heel fijn is om te lezen. Zeker in het eerste deel neem je me helemaal mee. In het tweede deel wordt het iets chaotischer, ook omdat je (zoals sommigen al zeiden) een vrij grote omschakeling moet maken als lezer.

Zelf had ik het fijner gevonden om al eerder wat subtiele hints over het ware verhaal te krijgen. Terwijl het feit dat die oude man op het bankje de 'catfish' is dan weer direct duidelijk is, waarna je er niet zoveel meer over zou hoeven zeggen. Wellicht kun je het verhaal nog een extra plottwist geven?

Groetjes,
Marieke

 

Lid sinds

2 jaar 6 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

"Ons eerste raakpunt." Grappig hoe je soms meer met elkaar gemeen hebt dan je had gedacht. Ik heb je verhaal met veel plezier gelezen.