Lid sinds

6 jaar 2 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Dat kleine groene ding/meewerkend voorwerp 357

 

Ooit kreeg ik hem van mijn kinderen op een verjaardag. Hoe lang geleden? Zes, acht, tien jaar? Of nog langer? Een klein, plat, groen, glimmend ding. Wat was het een gedoe om hem aan de praat te krijgen. Mijn kinderen wisten het wel…

En wat was ik er blij mee toen hij het deed. Het is nog steeds een kostbaar, onmisbaar ding voor mij.

’s Avonds laat in het donker, in bed waan ik me in een andere wereld en toch is het onze wereld.

Ik neem het mee op vakantie of een weekend weg. Als ik een lange treinreis moet maken geniet ik ervan terwijl het afwisselende landschap aan me voorbij trekt. Het helpt om me af te sluiten van alles en iedereen om me heen. Nee, ik ben dan echt niet sociaal.

Als het ooit stuk gaat of als ik het ooit echt kwijtraak? Wat zal ik het dan missen. ’s Avonds is mijn maatje soms zoek. Dan is het even schrikken. Ik heb hem toch niet met anderen spullen in de vuilnisbak gegooid? Want dat zou het ergste zijn. Vooral ’s nachts als ik niet kan slapen, bewijst het zijn diensten. Ik gebruik het om mijn kop stil te krijgen door de afleiding die het brengt. Niemand heeft nog zo’n ding volgens mij, ik hoor en zie het tenminste niet. Ik las het laatst in een boek. Hoe lang geleden werd dat boek geschreven? Waar zijn al die oude exemplaren van anderen mensen gebleven? In een of ander laadje of erger, in de vuilnisbak? Dat zou toch jammer zijn, want veel mensen kunnen er nog van genieten. Jammer is wel dat ik geen items meer kan toevoegen aan dat ding. Dat komt door de voortschrijdende technologie. Waarom hebben anderen zo’n ding niet meer? Ik verwonder me erover dat hij het nog steeds doet. Is dat toeval? Geluk? O wee als dat niet meer zo is, dat zou een ramp zijn. Ik leen hem nooit uit, met het risico dat ik hem niet meer terugkrijg. Trouwens dat wordt ook nooit aan mij gevraagd. Niemand wil het ding hebben!

Een kleinzoon en kleindochter vinden hem ook leuk. Ze willen altijd naar hun zingende en pianospelende moeder luisteren op mijn I pod! Iemand roept: de functies van de I pod zitten ook op je smartphone. Dat heeft de digikneus nog niet ontdekt.

 

 

Lid sinds

5 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker

Hoi Ria, mooi verhaal, alleen is het niet vanuit het meewerkend voorwerp geschreven maar vanuit de gebruiker. Ik mis dus hoe het ding het ervaart, wat de opdracht was. Je zou het ding kunnen laten vertellen dat hij door de kinderen aan haar is gegeven, hoe onmisbaar hij voor haar is en dat hij bijna weggegooid was en dat de gebruiker zich af kan sluiten als ze naar hem luistert. En op het eind dat blijkt zijn functies op iedere smartphone zit en hij zich ongerust maakt of hij ooit overbodig wordt, of zoiets. Dat zou je verhaal interessanter maken. Nu omschrijf je alleen het voorwerp.

Het is nog steeds een kostbaar, onmisbaar ding voor mij.  --> het herhalen van onmisbaar ding stroopt de tekst. Als je alleen zegt dat het nog steeds kostbaar en onmisbaar is, snapt de lezer wel dat het om dat ding gaat.

’s Avonds is mijn maatje soms zoek. Dan is het even schrikken. Ik heb hem toch niet met anderen spullen in de vuilnisbak gegooid? --> de tweede en derde zin kloppen niet als je schrijft "is soms zoek". Dan is het logischer als je zegt: Ik ben dan bang dat ik het met andere dingen heb weggegooid. 

Mijn kop --> of mijn hoofd?

I pod --> iPod

Iemand roept: de functies van de I pod zitten ook op je smartphone. Dat heeft de digikneus nog niet ontdekt. --> de tekst achter de dubbele punt moet tussen ah-tekens. Maar in de verhaaltrant die je hier gebruikt, zou ik eerder schrijven: Iemand roept dat de functies van een iPod ook op je smartphone zitten.

Lid sinds

7 jaar 6 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Ria, goed verhaal, zelf heb ik ooit een klein plat 'blauw' glimmend ding gewonnen bij een radioquizje. Bij mij heet dat ding een MP 3 speler (voorganger van de iPod?). Het schermpje doet het niet meer zoals het hoort maar er komt nog steeds geluid uit en is superhandig, precies omdat hij zo "discreet" is, alleen de oortjes verraden dat ik soms stiekem naar hem luister. Ik ben het wel eens met Fief dat je het voorwerp zelf aan het woord moet laten om aan de opdracht te voldoen.

Lid sinds

3 jaar 10 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Ria, vriendelijk verhaaltje  over jouw band met de iPod. Misschien dat je wat te lang aan het "ding" vasthoudt. Als je hem eerder benoemt als wat hij is gaat er niks verloren, het is geen raadseltje maar een verhaaltje waarin jij je gevoelens beschrijft. Je introduceert je iPod eerst als "hem", dan als het: ik zou zeggen, blijf bij "hem", maakt hem meer tot een maatje.

Lid sinds

3 jaar 10 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Hoi Ria, 

Je hebt een leuk verhaal geschreven met goede kenmerken van het voorwerp en de waarde daarvan. Toch ga je daarin net ietsje te ver. Je beschrijft de functies en de emotionele waarde van de Ipopd zodanig dat er niet echt een verhaal overblijft. Het zou beter gewerkt hebben als het vanuit het gezichtspunt van de Ipod zelf geschreven was. Dan pas krijg je echt door wat het voorwerp en de gebruiker samen allemaal hebben meegemaakt. Nu is het meer een beschrijving van wat de Ipod zo nuttig en fijn maak(te) dan een echte ode, waar je denk ik voor ging (?). 

Als je dit nog wil herschrijven, hou dan in gedachten dat een opsomming (van de functies) en de onthulling (we praten over een Iopd)  op zichzelf vrij magertjes is in opzet.  Probeer iets te laten gebeuren terwijl het verhaal wordt verteld. 

Groet, 

Nadine

Lid sinds

6 jaar 2 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Dank jullie wel voor de feedback. Ik doe sinds kort mee aan de wekelijkse schrijfopracht. vanuit het meewerkend voorweorp schrijven is inderdaad mooier. ik had niet in de gaten dat dat ook de bedoeling was. al doend leert men. ik ga het zeker nog herschrijven. 

Lid sinds

6 jaar 2 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

 

Ik, met mijn dunne groene lijf

Ooit, als verjaarscadeau van haar kinderen kwam ik bij haar terecht. Zes? Acht? Tien jaar geleden? Wat zat ze te hannesen om mijn functies te ontdekken. Gelukkig wisten haar kinderen het. Al snel bleek hoe blij ze met mij was. Ze ga overal mee naar toe. Tijdens lange treinreizen geniet ze van mijn functies en laat het landschap aan zich voorbijtrekken. Ze heeft dan alleen aandacht voor mijn functies en niet voor de mensen om haar heen. Nee, ze is dan echt niet sociaal. Overigens zie ik mijn collega’s niet meer in de trein. Liggen ze in een of ander laadje? Of op de schroot? Dat zou jammer zijn.

Word ik wel genoeg gewaardeerd? Ik betwijfel het, als ze naar bed wil gaan, moppert ze vaak dat ze me niet kan vinden. Ik ben vanzelfsprekend aanwezig.

‘Nee, ik lig niet in de vuilnisbak,’ wil ik roepen. Vaak lig ik onder een stuk krant of onder een stomme to do list. Bah wat slordig. Leg me meteen op mijn plek als je me opgeladen hebt!

Als ze me gevonden heeft mag ik in het donker, in haar bed de wereldse boodschappen doorgeven.

Vooral als ze niet kan slapen, bewijs ik mijn diensten. Ik ben er om haar kop stil te krijgen, door de afleiding die ik breng.

‘Luister je wel?’ vraag ik me weleens af. ‘Of gebruik je mij juist om in slaap te komen?’ Jammer is wel dat er geen items meer aan mij toegevoegd kunnen worden. Dat komt door de voortschrijdende technologie. Waarom moet dat? wij worden waardeloos. Ik ben nog steeds waardevol en onmisbaar. Kijk maar, ik word weer in het zijvak van haar rugzak gepropt. ‘Hé doe voorzichtig, ik kan ook stuk.’ Ik verwonder me erover dat ik nog besta. Toeval? Geluk? O wee, als dat niet meer zo is, dat zou een ramp zijn. En waar gaan we deze keer naar toe? later, in een ander bed dan het hare, prikt ze de oortjes weer in en zet me aan het werk.

Niemand vraagt me ooit te leen. Niemand wil mij hebben!

Een kleinzoon en kleindochter van haar vinden mij ook leuk. Ze luisteren altijd naar hun zingende en pianospelende moeder. Iemand roept: de functies van de I Pod zitten ook op je smartphone. Maar dat kan ze niet ha ha, Ze is een de digikneus. Gelukkig maar.