Lid sinds

3 jaar 4 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

#327 - De stilte.

De stilte.

Iets klopt er niet. Hij kan er niet de vinger op leggen. Hij eet een boterham. Hij poetst zijn tanden. Hij poetst zijn bril. Hij knoopt zijn veters. Hij stapt buiten. Hij wandelt naar de halte, in zijn linkerhand, de aktetas, in de rechter, zijn paraplu.

Op de tram staart hij voor zich uit. De anderen staan te dicht en praten te luid en de wattman rijdt te bruusk. 7u44: de liftdeur sluit achter hem. Zesde verdieping, ‘Klachten en Geschillen’. De groene, knipperende cursor op zijn vertrouwde computerscherm heet hem welkom. Hij logt in en doet wat van hem verwacht wordt.

16u15: Hij logt uit. Hij legt de omgekeerde weg af naar tram 4. Het regent niet. Het is niet koud. Het is niet warm. Het is niet zonnig. Het lijkt perfect. Minder zo op de tram. De anderen staan weer te dicht en ze stinken. Zijn blik blijft blanco. ‘Dassastraat’, zijn halte. Hij haalt de sleutel uit zijn jaszak. Er is geen post. Het huis is stil. Niettemin is het onmiskenbaar. Wat is er mis? Hij staat roerloos. Hij kijkt. Hij luistert. Niets.

Of toch.

Het antwoordapparaat. Het lichtje knippert. Dat doet het nooit. Een boodschap? Een boodschap! “Ik heb je verlaten. Eindelijk.” Hij spoelt terug. “Ik heb je verlaten. Eindelijk.” Nog een keer. Nog een keer. Nog een keer.

Was ze er vanmorgen nog? Lag ze naast hem in bed? Wanneer voerden ze laatst een gesprek? Hij kan het zich niet herinneren.

Ach.

De avond valt. Zijn afwas is gedaan. De boterhammen zijn gesmeerd, voor morgen. Schone sokken en onderbroek liggen klaar. Hij  zit. De donkerte kruipt in zijn hoofd. De stilte is alomtegenwoordig.

 

_____________
Hoofdpersonage op basis van volgende vragen van Proust.

  1. Wat is je grootste angst? Onvoorspelbaarheid.
  2. Met welk historisch figuur vereenzelvig je je het meest? Historische figuren zeggen me niets.
  3. Welke karaktertrek vind je het meest irritant aan jezelf? Onzekerheid.
  4. Welke verleiding kun je niet/ moeilijk weerstaan? Orde en netheid creëren.
  5. Waarvan heb je de meeste spijt? Dat ik niet vijfhonderd jaar later geboren ben, wanneer alle ziektes en milieuproblemen zullen uitgebannen zijn.
  6. Wanneer en waar was je het gelukkigst? Tijdens mijn legerdienst.
  7. Wat is jouw huidige gemoedstoestand? Gelaten.
  8. Je mag één ding aan jezelf veranderen. Wat zou dat zijn? Een kop groter.
  9. Wat is voor jou het dieptepunt van ellende? Wakker worden.
  10. Wat is jouw meest typerende eigenschap? Saaiheid, zo wordt beweerd.
  11. Wie zijn jouw helden? Ik heb een hekel aan helden.
  12. Hoe luidt jouw adagium? Doe gewoon.