Lid sinds

10 jaar 8 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Schrijfopdracht #302 Terug naar de kapper

De kappersstoel zag er versleten uit en was niet meer geschikt om iemand met veel gewicht te dragen. Bajan ging met zijn lange vingers over de stoelrand en gebaarde dat ik plaats mocht nemen. Al acht weken was hij dicht geweest en de broodloze weken moesten weer ingehaald worden. Om daarover een vraag te stellen vond ik nog wat te vroeg.

„Ik ben blij dat u mijn eerste klant weer bent,” zei hij.

En inmiddels hebben uw vaste klanten ook hun haren weer flink laten groeien, zei ik.

De kapper zag ik in de spiegel mijn gezicht bekijken.

„Maar voor de rest heb ik het wel zuinig aan moeten doen. Mijn familie is langsgekomen en twee vrienden heb ik nog geknipt, wat een klein beetje extra heeft opgeleverd.”

„Dan hebt u komende maand veel knipbeurten in te halen, zei ik. Hebt u trouwens aan de overzijde van deze lange weg ook de nieuwe kapsalon gezien, net naast het kleine café?”

De kapper haalde zijn schouders op.

„Ik zie steeds meer dumpzaakjes verschijnen die het niet lang uithouden."

Nu was het moment om over de nieuwe kapsalon door te praten.

„Solokappers heeft een ultramoderne en sjieke uitstraling en bijna overal spiegels. En je wordt er heel snel geholpen.”

„Mijn vaste klanten hebben genoeg vertrouwen in mij en zullen mij missen als ik zou ophouden.”

De kapper was duidelijk niet op zijn mondje gevallen voor concurrentie van een grotere kappersketen.

„Ze zijn al te zien op billboards langs de weg en op het grote treinstation.”  

„Ach, ik heb genoeg vrienden die bij nood kunnen bijspringen. Ik heb ze dankzij het werken in een modezaak leren kennen. Het zijn zakelijke contacten die veel voor mij betekenen.”

„Als je genoeg klanten wil blijven knippen zit je in deze grote straat wel goed.”  

„Hoe bedoel je dat precies?

„Zelfs op zondag komen hier nog genoeg toeristen langs, want je ziet hier heel gunstig voor toeristen.”

De kapper moest hier toch wel mee eens zijn.

„Je hebt wel gelijk, zeker nu het naseizoen ook heel zonnig schijnt te worden volgens de weerexperts op tv.”

Ik bedacht mij geen moment en zei: „Als je deze week meer klanten ontvangt dan voor de coronatijd mag je mij dat volgende maandag laten weten. Dan kom ik langs met mijn goede vriend die grotere kapsalons niet prettig vindt.”

„Dat is wel een goede reden om een nieuwe klant te mogen knippen."

Om te zeggen dat deze klant helemaal niet voor het knippen kwam vond ik nog te vroeg. Er moest nog ruimte zijn voor de onverwachte bezoeken die komende dagen de kapper weer konden redden van de coronatijd.