Lid sinds

4 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker

#293 - Lente

 

"Eindelijk!" denkt Cornelia bij zichzelf. "Dé grote dag is aangebroken!" Met een brede glimlach komt ze uit bed. Na acht weken ziekenhuisverblijf, mag ze vandaag weer naar buiten! Wat heeft ze hier naar uit gekeken. Ze weet niet hoe vaak ze hier over gedroomd en gefantaseerd heeft. Voor velen een banaal feit, voor haar hét moment van haar huidige leefomstandigheden. Welk moment dat is? Het moment dat ze  haar echtgenoot weer te zien zal krijgen. Zomaar; live; van vlees en bloed in plaats van een metalen beeld dat haar van ver een virtuele knuffel en zoen toewerpt.

De uren lijken vanmorgen éxtra traag voorbij te gaan - of te kruipen. Tot plots... Hij voor de deur van de afdeling staat! Haar hart bonst bijna uit haar borstkas, wanneer ze door de gang stapt die extra lang lijkt te zijn. 

Terwijl de verpleegster nog wat afspraken met hen maakt, staat het koppel onwennig naast elkaar. Social Distancing is immers nog steeds van kracht - zeker in het ziekenhuis. De vertrouwde geur van zijn eau de cologone prikkelt haar neusgaten - een zeemzoete geur die toch mannelijk aandoet. Ze geniet ervan, met volle "teugen" en droomt even weg. De droom brengt haar tot aan de vorige vakantie, toen ze samen vaak een bad namen en deze eau de cologne rijkelijk vloeide. Terwijl ze ietsje later naar de lift stappen denkt ze maar aan één ding. "We zijn bijna de hoek om, niemand kan ons daar zien..."

Ze stappen de lift in, een zenuwachtig glimlachje bespeelt zijn lippen. De geliefden laten plots alles vallen en vliegen elkaar in de armen. Wat doet het goed, zijn sterke armen rond haar te voelen. Wat doet het goed, haar hoofd eventjes te laten rusten op zijn borstkas. Ze hoort het geklop van zijn hart, het geluid dat ze zo goed kent en dat haar doet verlangen naar de avond. Het moment om samen in de zetel te hangen, écht samen te zijn. Ondertussen probeert ze het moment volledig in zich op te nemen, bang dat het allemaal maar een droom zal blijken te zijn.

Wanneer ze uit de lift stappen, slaat de koude haar om het lijf. Van achter het ziekenhuisraam had het een warme lentedag geleken, maar de gure westenwind doet eerder winters aan. Hij snijdt in haar gezicht, tranen in haar ogen opwekkend. En toch, is ze blij buiten te zijn. In de buitenlucht, met haar echtgenoot aan haar zijde. Nu kan haar leven weer heropstarten. De zon is van de partij, ze voelt hoe de stralen door de autoruit op haar huid terechtkomen en daar in kleine warmtekratertjes veranderen.

Zoveel sensaties, zoveel indrukken, de mooiste lentedag die ze in jaren heeft meegemaakt.

 

Lid sinds

7 jaar 2 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Hoi Caroline, ik merk het aan alles wat je hier over de lente schrijft en vooral HOE je erover schrijft; het wordt een TOPlente! Geniet er met volle teugen van!

Mvg Ton Badhemd

Lid sinds

5 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker

Hoi Caroline, wat een mooi geschreven verhaal. Knap hoe je dat moment beschrijft dat ze nog afstand moeten houden terwijl de drang zo groot is om elkaar weer in de armen te sluiten.

En de teleurstelling dat de belofte van een mooie lentedag geen waarheid blijkt tot ze weer achter het glas zit.

Met veel plezier gelezen. De wens van veel mensen op dit moment.

Lid sinds

13 jaar 5 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

@Caroline

Ik ben wat minder lovend. Het verhaal lijkt me in beduidend minder woorden te kunnen zonder beelden en boodschap te verliezen.

Je schrijft vanuit het perspectief van Cornelia. Dat is prima, maar dan past het niet als ze over "haar echtgenoot" spreekt. Dat schept afstand, terwijl je boodschap juist het verlangen naar de gemiste intimiteit is.

Ook wat taalzeurtjes.

- Gedachten gaan niet tussen aanhalingstekens
- uit gekeken >> uitgekeken (aaneen)
- Het beletselteken hoort los van het woord, tenzij het woord zelf is afgebroken