Opdracht #281 - Zei de kersttomaat tegen de komkommer
“Je huid wordt er niet beter op.”
“Wat wil je daarmee zeggen Kaat?”
“Dat je wat minder strak in je vel begint te zitten. Gaat het nog wel goed met je?”
Teeltje, de kersttomaat dacht even na wat ze van de opmerking van Kaat moest vinden.
“Ik lig hier ook al van voor de kerst. Weet je wat dat met je doet?”, antwoordde ze geërgerd.
Kaat woonde nog maar kort in de Groentela van de stilistische koelkast, maar ze had al sinds het begin het hoogste woord gevoerd. Ze was een betweter, zeker voor een komkommer. Teeltje had haar van het begin al niet gemogen. "Zie mij is mooi groen en recht wezen veel mooier dan de broertjes en zusjes buitenbeen”, had ze gezegd. De buitenbeentjes waren de paprika’s die sinds vorige week allemaal waren vertrokken. Er keerde zelden iemand terug naar de koelkast wanneer ze eruit werden gehaald. Alleen gladde Berry in de botervloot en magere Moo Moo, het melkpak hadden een retourtje en keerde tot nu toe steeds terug. Al werd Berry wel elke keer een stukje kleiner en Moo Moo werd er inhoudelijk ook niet beter op. Teeltje was na kerstavond met haar zusje en broer één keer uit de koelkast geweest. Ze waren samen lekker gewassen en toen hadden ze een tijdje samen op het aanrecht gelegen. Uiteindelijk was ze terug in de groenten la gestopt. Haar broer en zus had ze nooit meer gezien. Ze waren met z’n zessen begonnen, netjes aan de steel, maar nu was ze alleen over.
“Wat zit je toch zuur te worden T”, vroeg Kaat op zeer onaangename manier.
“Wacht maar totdat jij hier zolang ligt”, antwoordde Teeltje. ”Toen ik hier kwam heb ik een andere komkommer gezien, ze was bruin en week, zacht als een banaan. Ze had hier al weken gelegen, eenzaam en vergeten. Ze was zo dun geworden, dat haar cellofaantje veel te groot was geworden. Je mag nu nog wel strak in het vel zitten maar schoonheid duurt niet voor eeuwig.”, ging ze verder.
“Ach meid, daar ben ik niet bang voor, ik ben voor de consumptie gekweekt, pure A-kwaliteit je denkt toch zeker niet, dat er ook maar iemand is die mij niet wil consumeren?”
“Je bent wel vol van jezelf hé?”
“Wat?”
“Dat je een Waterhoofd hebt”
“Ik heb niet eens een hoofd”, pareerde Kaat.
“Lang niet alle groenten worden hier uiteindelijk uitgehaald. Heinz ketchup van boven, vertelde me vorige week dat hij hier al maanden woont en hij heeft verteld dat hij meerdere keren heeft gezien, dat groente en fruit hier wegkwijnt eenzaam en alleen. Totdat ze witte baarden krijgen en zwarte puntjes en enorm beginnen te stinken. Heinz mag er dan wat leeg uitzien ik denk wel dat we hem kunnen geloven”, ging Teeltje verder. Kaat moest hier even oven nadenken en het was eindelijk een beetje stil in de koelkast. Teeltje begon net in te dommelen van het zachte geluid van het ruisen van de koelelementen, toen Kaat zei: ”Ik denk dat het wel mee zal vallen met ons. Het is per slot van rekening Januari, tenminste dat vertelde ze me in de kassen voordat ik in de supermarkt belandde. En het schijnt dat mensen dan meer groenten en fruit eten. Iets met balansen heet dat, heb ik me laten vertellen.” Daar had Teeltje ook van gehoord, toen ze nog met de hele familie aan de plant hadden gehangen. Dat was een gezellige tijd geweest. Heerlijk in de warme kas onder de oranje lampen, ze werd er zo zoet en sappig van. Ze miste die tijd, maar ja ook zei was net als Kaat voor de consumptie. Consumptie, dat is waar ze allemaal van droomde. De hemel van de groenten. “Hoe denk jij dat consumptie er uit ziet, Kaat”, vroeg Teeltje serieus.
“Geen idee maar het schijnt het einde te zijn”, zei Kaat euforisch.
Op dat moment ging de koelkast open en werden Tilly en Kaat samen met Majo de mayonaise en Tik en Tok de eieren uit de koelkast gepakt. “Schat, wil je ham en kaas bij je broodje gezond?”, hoorde ze allemaal en het werd weer donker in de koelkast.