schrijfopdracht 139 Hondengek vs hondenhater
Hondengek vs hondenhater Schrijfopdracht #139
Arthur loopt in de pauze het park in, vlakbij zijn werk. Even een frisse neus halen.
Hij hoort stemmen en blaffende honden. Even verderop ziet hij een paar vrouwen. Drie spelende honden horen kennelijk bij hen. Als hij het groepje nadert komen de dieren nieuwsgierig op hem af. Ze draaien om hem heen. Arthur aait ze en geeft ze vriendschappelijke klopjes op de rug.
“Ha, stelletje bandieten”, lacht hij. “Zijn jullie lekker aan het rauzen?” Hij zit nu op zijn hurken, bijna verstopt tussen de honden en begint een potje te stoeien. Als hij opstaat strijkt hij zijn kleren en zijn haren glad. “Ik kon het niet laten, dames!” lacht hij. Hij zwaait even en vervolgt zijn weg.
Het is veel drukker dan anders in het park. Logisch, iedereen wil naar buiten vandaag.
Arthur doet zijn jasje uit en stroopt de mouwen van zijn overhemd op . Misschien is zijn favoriete bankje nog vrij. Hij boft. Als hij zit kijkt hij tevreden naar de spelende kinderen op het grote grasveld voor hem.
Voorzichtig haalt hij een drinkbeker te voorschijn en een broodtrommeltje. Hij ruikt aan de boterhammen, hmm, lekkere ham. Plotseling staat er een hond voor hem. Hij heeft de ham ook geroken. Arthur houdt de boterham hoog in de lucht. De hond ziet het als een spelletje en springt op. Geërgerd gaat Arthur staan, zijn hand nog steeds hoog opgeheven.
De hond gromt en springt. Arthur duikt naar zijn spullen en graait alles bij elkaar. Wegwezen!
Hij rent zigzaggend het pad af met het beest achter zich aan, blaffend en happend naar zijn been.
Hallo Annemieke, Heerlijk hoe