Anna is haar naam. Zij was mijn al. Haar lach, haar humor. Anna is blond, rond. Rok, shirt, trui, jurk of kostuum: staat haar fantastisch. Zij: twintig jaar jong, strak, vitaal. Ik: vijftig jaar oud, stram. Stijf. Dankzij viagra, nacht vol van hartstocht. Vijfmaal, trots maar mijn stamina was op. Ik naast haar lichaam, zo warm, zacht. Plots stond daar haar pa, vol haat, zwijgzaam, pijp in zijn mond. Hij dacht dat ik haar nam, haar had ontmaagd. Naast haar pa stond groot, in uniform, klabakman. Stad, dorp, straat. Alom sprak gats, bah! Hang dat stuk vuns op. Nu aanvaard ik mijn lot, staand voor mijn schavot. Bruut, zijn kap zwart staand naast mijn stroplus. Jacky staat naast haar pa. Zij kijkt naar mij op, wulps, rond. Zij knipoogt naar mij, doortrapt, sluw. Jailbait, wat is dat woord toch raak! Mijn hart bost vol lust naar haar, ook vlak voor mijn dood. Haar grijns volgt rap. Zij nam mij in plaats van ik haar. De strop om mijn nek, ik hang.