Lid sinds

9 jaar 8 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Mijn naam is

10 april 2016 - 21:46
Ik ben geboren in 1944, op een zondagmorgen in juli, uit een Joodse moeder en een niet-Joodse vader. Mijn broer Hans is 3 ½ jaar ouder. Ik heb later gehoord dat Joodse vrouwen niet zwanger mochten zijn in de oorlog. Mijn moeder heeft ook de Joodse ster gedragen. Ik probeer me een voorstelling te maken van hoe het voor haar geweest moet zijn om gestigmatiseerd te worden: Kijk mensen, deze vrouw is een Jodin, een slechte vrouw. Mijn ouders vernoemen mij naar de moeder (Anna) en de zuster (Marie) van mijn moeder. Door haar 'gemengde huwelijk' is mijn moeder aan de Jodenvervolging ontkomen. Mijn ouders trouwden in 1936. 'Gemengd' trouwen werd pas verboden in maart 1942. Natuurlijk heeft bijna niemand geweten dat die vervolging zou uitmonden in een poging tot algehele uitroeiing. Welk normaal mens zou, voor de tweede wereldoorlog, zoiets bizars hebben kunnen geloven? Ook de politieke en militaire leiders van de geallieerden zijn daar pas langzaam, vanaf 1942, achter gekomen, al blijft men dat veelal ontkennen en volhouden dat pas na mei 1945 de feiten aan het licht zijn gekomen. Men kan moeilijk anders: hoe is het gebrek aan actie met betrekking tot de vernietigingskampen te verklaren als men ervan wist, tenzij men aanneemt dat het redden van de Joden, zigeuners, homoseksuelen, geen prioriteit had. Er wordt bij ons thuis nooit over de oorlog gesproken, met geen woord. Wel zegt mijn moeder een paar keer tegen me: “Vertel nooit aan iemand dat je Joods bent”. Ik merk weinig van het feit dat mijn moeder Jodin is. Met Pasen eten we altijd matzes en 4 mei is heilig. Bij achten staan we met zijn vieren voor het raam te wachten tot de lantaarnpalen gaan branden en de dodenherdenking begint.

Lid sinds

11 jaar 8 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
11 april 2016 - 17:46
Annemarie1944, Je eerste bericht, welkom. Ik neem aan dat het over jezelf gaat. Je vertelt/schrijft over je achtergrond op een samenvattende manier - alsof het er in een keer uit moet. Misschien is dat ook zo. Ongevraagd advies: neem de tijd om je verhaal te vertellen. Doe je ogen dicht en probeer die eerste dodenherdenking voor de geest te krijgen: hoe was dat als klein meisje en wat deed het met je toen je ouder werd. Probeer die ervaring(en) te verwoorden. Op het eind van het fragment geef je al een aanzet.
Bij achten staan we met zijn vieren voor het raam te wachten tot de lantaarnpalen gaan branden en de dodenherdenking begint.
Die zin ontroert me omdat ik het voor me zie. Een verhalende vorm werkt het best.

12 april 2016 - 9:49
Hallo Annemarie, Als je in je titel noemt om welke schrijfopdracht het gaat, dan kunnen de schrijfcoaches zien op welke teksten ze moeten reageren. Dit is altijd een hashtag en een nummer, bijvoorbeeld #71. Schrijfcoach Corrie