Lid sinds

12 jaar 3 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

# 79 A Oud en Nieuw

De traan die zich gevormd had in een ooghoek rolde naar beneden. Bij een rimpel aarzelde hij: zou hij naar links of naar rechts afbuigen. Haar hand steunde zwaar op het koude, granieten aanrechtblad. Zonder te kijken wist ze welk zwart tegeltje van de tegeltjesbak een hoekje miste. Ze zag hoe een druppel zich langzaam vormde aan de verroeste kraan, tot hij te zwaar werd en uiteen spatte op het zwart witte mozaïek. Hoeveel druppels had de kraan al verspild in al die jaren? In gedachten hoorde ze het langzame tik, gevolgd door het korte, felle tak van de Friese staartklok die in de gang had gehangen; tik-tak, tik-tak. De klok hing nu in haar nieuwe, moderne appartement aan de wand. Hij klonk anders daar. Ze rook de geur van zondagse sperzieboontjes met draadjesvlees. Zoals alleen zij die klaar kon maken. Als alle kinderen op bezoek waren, had ze er ook nog stoofpeertjes bij geserveerd. Maar de kinderen kwamen niet meer, te druk, werd er dan gezegd. Ze waren hier alle drie geboren, maar nooit kwamen ze langs. Uit schuldgevoel hadden ze het appartement voor haar geregeld in een verzorgingstehuis. Maar de sperzieboontjes smaakten anders daar, om het maar niet over het draadjesvlees te hebben. Ze wilde niet terug naar die zogenaamde gezelligheid, het bingoën en klaverjassen. Ze wilde hier blijven, denkend aan haar Jan. Hoe hij elke avond de aardappelen schilde boven het houten schillenbakje. Hoe hij de fluimen van zijn pruimtabak in de witte, emaillen kwispedoor uitspuugde. Resoluut zette ze alle pitten van het gasfornuis aan, zij zou knallend het Nieuwjaar in gaan.

Lid sinds

13 jaar 6 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
@Craig Het eerste blok tekst wissel je met de tweede zin van perspectief en dat tikt me uit het verhaal (bij de derde zin). De tekst kan in zijn geheel strakker zonder informatieverlies. Dat maakt de tekst minder uitleggerig, engagerender. De Resoluut-zin komt voor mij uit de lucht vallen. Taalzeurtjes: - DE tak, DE tik (of HET getik/getak) - uiteenspatten is aaneen - zwart witte mozaïek >> zwart-witte (prefereer ik boven zwartwitte wat voor mij meer als een mengsel voelt), of zwart-met-witte. Taaljuicher: - Ze rook de geur van zondagse sperzieboontjes met draadjesvlees. (Al zou ik de constructie maken: ze kon nog de geur ruiken). Beeldend nostalgisch met een vleug verdriet geserveerd. De zin erna kan weg (dat denk je niet van jezelf; bovendien is de juichende zin al volstrekt helder op dit punt).