“Ik zie rood, oranje, geel, groen, blauw…hè, en dan nog een keer blauw met een beetje paars erdoorheen en dan paars.” zegt Panda met een frons tussen zijn ogen. Ook het gouden aapje vindt dit vreemd. “Is het niet donkerblauw en lichtblauw?”. “Nee, want de blauwen zijn even donker.” Panda denkt heel hard na. “Ik ga het aan de oude vis vragen, die weet vast veel over blauw.” Panda gaat met zijn grote, zwarte poten boven het meer hangen en steekt zijn snoet diep in het water. “Gurbel Wurbel Flurbel” hoort het aapje boven water. Onder water zegt Panda: “Joehoe meneer oude vis, kun je me helpen met de kleur blauw?”. Een grote vis komt sloom aangezwommen. De vis stopt een klein stukje voor de snoet van Panda en knippert heel langzaam met zijn ogen. Hij smakt een paar keer met zijn dikke vissenlippen en begint dan wijs en langzaam te praten. “Er zijn ontelbare kleuren blauw. Er is cyaan zoals het blauw in de meest heldere zee bij een tropisch eiland. En dan is er nog aquamarijn, turquoise, hemelsblauw en ga zo maar door." Panda kan zijn adem niet zo lang inhouden. “Meneer vis, ik zoek een kleur donkerblauw die ook paars is. Weet u daar de naam van?” “Aaah, Indigo is de kleur blauw die je zoekt. Indigo is een hele mooie kleur die alleen tropische vissen hebben. Zal ik je er een verhaal over vertellen?” vraagt de oude vis met zijn deftige stem langzaam. “Nee dank u wel. Goedendag meneer oude vis!” zegt Panda snel. Panda komt boven water en hij neemt gelijk een paar flinke happen lucht. Het gouden aapje staat al rond te springen van ongeduld. “En, en? Welke kleur is het?” Panda zegt tevreden: “Indigo. Dus het zijn de kleuren rood, oranje, geel, groen, blauw, indigo en paars.”