# De angst van mijn hoofdpersoon.
Pap tilt mijn gezicht in zijn beide handen naar hem op. Zijn indringende blik laten mijn ogen pas los als hij een afscheidskus op mijn voorhoofd geeft. Dit doet hij iedere morgen als hij naar zijn werk gaat maar nu lijken zijn lippen langer op mijn voorhoofd te rusten waardoor de kus intenser aanvoelt. Ik knijp mijn ogen samen als ik hem nakijk maar krijg geen kans om wat te zeggen want Mam komt in mijn gezichtsveld. Ze aait over mijn wang. Op mijn andere wang voel ik haar zachte lippen.
Jara en ik geven Mam meestal tegelijk een kus, ieder op een wang, anders gaat ze scheef lopen.
Maar waarom glinsteren haar ogen nu? We gaan toch iedere dag naar school!
Mam zucht, slaat haar ogen neer en draait zich zwijgend om. Ze laat de vragen bij mij achter.
Ik krijg kippenvel en met een schok herken ik mijn nachtmerrie van ruim twintig jaar geleden. Ik sla rillend mijn armen om mij heen.
Mijn ogen gaan zoals aangeleerd, op zoek naar een deur om deze nachtmerrie te ontvluchten. Ik slik als het beeld van Pap en Mam innig omarmd in deze lege, witte ruimte weer op mijn netvlies komt. De wetenschap dat ze straks verdwijnen in de mist, vergroot mijn angst.
Lucht wordt er uit mijn longen geperst als Jara haar armen troostend om mij heen slaat.
Ze legt haar oog tegen mijn wang en knippert met haar wimpers. Ik glimlach als ik het vlinderkusje voel die Mam altijd gaf als ze op tournee ging. De herinnering aan de laatste keer, een week voor onze zestiende verjaardag, veegt mijn glimlach uit. Pap bracht Mam met de auto weg en een ongeluk zorgde ervoor dat ze nooit meer thuis kwamen. Mijn hoeveelheid tranen zijn nog steeds een nietige uiting van mijn verdriet.
Jara doet een stap naar achteren maar houdt mijn handen stevig vast. Wij delen ons verdriet. De stilte benauwt mij. Mijn volwassen spiegelbeeld rukt haar handen los en rent naar onze ouders toe. Met open mond staar ik haar na.
Wat gebeurt er? Dit klopt niet! Waarom gaat Jara naar Pap en Mam? Waarom blijft ze niet bij mij, net als toen?
De vragen bereiken mijn stembanden niet. Ik sluit mijn ogen. Mijn keel vernauwt zich.
Ik gluur door mijn wimpers en zie dat Pap zijn armen steviger om Mam en Jara heenslaat. In zijn ogen herken ik het verdriet dat hij had toen Oma dood ging. Mam verbergt haar gezicht in Pap zijn schouder en ik zie haar schokken. Zonder te bewegen wordt de afstand tussen hen en mij groter.
Ik lees mijn naam op Jara haar lippen als we een stap naar elkaar toe zetten. We strekken onze armen maar onze vingertoppen blijven buiten elkaars bereik.
‘We verlaten je nooit!’ De echo van Jara’s stem kaatst terug op de bodem van mijn ziel.
Een sluierende mist absorbeert ze langzaam. Plotseling steekt een koude bries op. De wind wakkert aan en rukt als een storm aan hun kleding. De tyfoon pakt ze op en neemt ze mee.
Ik blijf achter in een vacuüm getrokken leegte, vergezelt door stilte.
Mijn ogen zoeken de pikzwarte ruimte af. Een geruis zwelt aan tot oorverdovend en ik word door een golf van gemis overspoeld. De grond slaat onder mijn voeten vandaan zodat ik zweef in de stilte na deze storm.
Mijn overlevingsdrang komt van diep, maar overwint en zorgt ervoor dat mijn longen zich weer vullen.
’Nee!’
Ik schiet overeind door mijn rauwe schreeuw. Verwilderd kijk ik rond. Mijn haren plakken om mijn gezicht. Ik voel opluchting als ik mijn eigen zitkamer herken, maar mijn ademhaling klinkt nog gejaagd. Ik slik moeizaam en sluit mijn ogen.
Adem in en uit.
In en uit.
Deze nachtmerrie heeft een oude diepe wond opengescheurd. Ik herken de pijn van gemis en het voelt ondraaglijker dan ooit.
Hebben de jaren mijn nachtmerrie veranderd? Een naar gevoel beheerst mijn buik. Ik heb behoefte aan de geruststellende stem van Jara. Hoofdschuddend bedenk ik me dat ik nu een volwassen vrouw ben.
Ik wrijf over mijn natte prikkende ogen en haal mijn neus op.
Maar waarom ging Jara nu met Pap en Mam mee?
Met een zucht laat ik mij voorover vallen op mijn bank met mijn gezicht boven de vloer.
Door mijn haren heen zie ik tot mijn verbazing een lege fles Pina Colada liggen, tussen vele losse foto’s van ons samen met familie en vrienden. Ik probeer de vieze smaak in mijn mond weg te slikken en herinner me vaag gisterenavond de foto’s te hebben bekeken. Geluk en verdriet worden vermengd als ik met mijn vingers door de foto’s woel. Ik zie onze liefdevolle hechte band als tweelingzussen terug in deze momentopnames. Net als de drank gisterenavond, verzachten deze emotievolle herinneringen even mijn scherpe pijn.
Mijn ogen focussen zich op de gekleurde kaart die er tussen ligt en met bevende handen pak ik het op. Huiverend streel ik de roosjes en de vlinders op de voorkant, glitters dwarrelen in het rond. Ik open de kaart, en zie Jara haar naam in zilveren letters.
De kille ijzeren klem klapt om mijn hart.
‘Nee!’
Met mijn gebalde vuist vermorzel ik haar rouwkaart.
Heel mooi en heel
Lid sinds
12 jaar 6 maandenRol
Jij doet jouw naam eer aan
Lid sinds
10 jaar 11 maandenRol
Marietje, je hebt helemaal
Lid sinds
12 jaar 6 maandenRol
Een aangrijpend verhaal. De
Lid sinds
10 jaar 8 maandenRol
bartsnel schreef: Marietje,
Lid sinds
10 jaar 11 maandenRol
Dank je wel @Johanna B. Dit
Lid sinds
10 jaar 11 maandenRol
Pap bracht mam weg en een
Lid sinds
15 jaar 7 maandenRol
@Tja- dank voor jouw reactie-
Lid sinds
10 jaar 11 maandenRol