schrijfopdracht # 308 - Macht
Macht
Er was eens een machtig man, een goed echtgenoot, trotse vader van een bloedmooie, dochter, directeur van een groot bedrijf die zich op een dag in duizend bochten had gewrongen om te verhinderen dat zijn dochter in het huwelijksbootje zou stappen.
Hij had gebruld, gestampvoet, gedreigd haar te onterven om te voorkomen dat ze zou trouwen met die nietsnut van een vent die volgens hem alleen op haar geld uit was, maar al dat brute geweld had geen enkel effect en stuitte op haar onverzettelijkheid die ze trouwens van hem geërfd had.
Als een tijger in een kooi liep hij heen en weer in de gang van het ziekenhuis die naar de verloskamer leidde om zich na het sein dat de baby geboren was over de wieg te buigen, zijn kleinzoon te bekijken, die met grote, heldere oogjes onder een blond kuifje hem bekeek en hij, de grote geweldenaar, bezweek voor de macht van het kleine, hij schreide van geluk.