Zullen we er maar gewoon mee kappen?

Check je airco bij onze dealer, hoor ik iemand zeggen tijdens een reclame op de radio. De presentator heeft het erover dat we iets kunnen checken op zijn website: www.blablablaSLASHetc.nl. We kunnen ook een mail sturen naar radioATradio.nl.

Die ed, slesj en sijt zitten er al aardig in, evenals heel wat andere Engelse leenwoorden, termen en uitdrukkingen. Je kunt er boos om worden, verdrietig om zijn of zelfs blijheid uitstralen dat wij zo ruimdenkend zijn en niet zo stompzinnig nationalistisch doen, zoals bijvoorbeeld die rare Fransen. We leven nu eenmaal in een globaliserende wereld en taal leeft.

Allemaal waar en in andere landen zijn ze ook niet vrij van het dominerende Engels. In het Frans wensen jongeren elkaar een bon weekend en heeft een Duitser het over een handy. Maar een ieder die erop let, een beetje Europa kent en één vreemde taal meer spreekt dan alleen Engels moet kunnen zien dat wij de meest verengelste natie van Europa, en misschien wel van heel de wereld zijn. En als je erop let, is het schrikbarend.

Onverschillig

We verontschuldigen ons al dik een halve eeuw met een sorry, vloeken inmiddels met een welgemeende shit en fuck, juichen met een luide yes en dit alles zonder blikken en blozen. Niet dat het Engels zo´n geweldig praktische taal is dat beter uitkomst biedt dan het Nederlands. We doorspekten onze taal al eerder met Latijn, Frans en Duits. En zeg nu zelf, als in de VS pak hem beet Deens de landstaal was, dan hadden we het nu over ´verdeensing´ en niet over ´verengelsing´. Dan klonk Deens zoveel mooier, was het Deens zoveel pakkender en waren we veel interessanter als we onze zinnen doorspekten met Deense woorden. De draagwijdte van het glansbeeld, zogezegd.

Zit er dan een of ander minderwaardigheidscomplex in onze gemeenschappelijke mentaliteit? Is het een puberachtige drang om ergens bij te willen horen? Is het gebrek aan eigenwaarde, zelfkennis? Onmeetbaar ontzag voor de wereldheersers? Dit speelt mee, maar het dodelijkste ingrediënt is de onverschilligheid.

Geüpdatet

Vergelijk onze taal eens met andere talen. Als ik een product koop, stikt de productomschrijving en benaming dikwijls van onvertaald Engels. Als ik vertalingen op de verpakking vergelijk met wat voor taal dan ook, springen wij er bovenuit. Als ik reis buiten ons taalgebied per trein of vliegtuig en ik wandel door winkelstraten, dan zie ik overal de vluchthavenborden en treinkaartmachines aangeduid in twee of soms zelfs meer talen. In geen winkelstraat buiten het VK en Ierland zie ik zoveel sale en deals op de winkelruiten staan als bij ons.

Toen in Denemarken de roep om Engelse studies op de universiteiten groot werd om zo aansluiting te behouden met de globaliserende wereld, kwamen er verhitte discussies in de Deense samenleving. Naar ik heb vernomen is er een gulden middenweg gevonden tussen Engelstalige en Deenstalige studies. In Nederland zijn alle masterfases in het Engels en zijn Wageningen,Tilburg en Maastricht trotse Engelstalige bastions op het Europese vasteland geworden, geen haan die er naar kraait.

Er blijkt meer ´gekraaid´ te worden om de boel nog meer te verengelsen. Gezonde debatten hierover zijn niet onoorbaar in andere gerespecteerde landen. Daardoor ga je op Reykjavik naar een Hliö en niet naar een gate, heeft een Noor het over een datamaskin en niet over dat onvertaalbare woord computer, en zo hebben de meeste Europese talen een woord weten te bedenken voor dat moeilijk vertaalbare woord download. Vooralsnog houden wij een openkroegbeleid, plakken er een ´en´ aan vast, registeren het in een boek en creeëren dyslexie veroorzaakte woorden als geüpdatet, want geactualiseerd is natuurlijk veel lastiger.

Alles of niets

Ikea verovert de wereld met Zweedse productbenamingen, er rijden kinderwagens van het Franse merk Jané met de opdruk mon petit bijou door de alle straten, en FC Barcelona promoot zichzelf in het Catalaans. Zie jij Philips al met Nederlandse productnamen op zijn handelswaar? Zelfs op mijn Heinekenflesje staat geen woord Nederlands.

Ik denk dat we toch eens heel hard wakker moet worden in Nederland. Een taal van 22 miljoen sprekers, de 37ste taal van de wereld, de vierde officiële taal van de Unie van Zuid Amerikaanse Naties en de grote taal gesproken in Zuid Afrika en Namibië zou toch van zich af moeten bijten en gezond trots mogen zijn? Of zullen we er maar gewoon mee kappen?

Rogier Oud (32) werkt op de afdeling IT van een vermaarde bank. Schrijven is één van zijn grote liefdes en hij droomt ervan hier ooit meer mee te doen.

Comments

In Vlaanderen is het nog veel erger. En weten dat nog niet zo heel lang geleden Vlaamsgezinden borden, wegwijzers en opschriften overschilderden omdat ze in het Frans waren. Wat Wals is vals is! Ook heden nog spreekt men er schande van wanneer een Franstalige minister niet voldoende het Nederlands beheerst en onze taal verhaspelt. Vreemd genoeg zien dezelfde personen er geen graten in om de eigen taal te doorspekken met Engelse woorden. Als het maar Engels is! Luister eens een uurtje Vlaamse radio. Weet dat nog niet zo heel lang geleden presentatoren en nieuwslezers op de vingers werden getikt als ze een taalfout hadden gemaakt. Yes! Let's go, kids! (uit een kinderprogramma) Een eeuw geleden was het universitair onderwijs in Vlaanderen... in het Frans. Het heeft heel wat voeten in de aarde gekost om dat te veranderen. Tegenwoordig geeft men lessen in het Engels... Geen haan die... (vul zelf maar aan) groeten lucien

Het is niet vreemd dat deze discussie met enige regelmaat weer boven komt drijven. We zijn een onzeker volkje dat bij voorkeur om het hardst gaat schreeuwen als het zich bedreigd voelt. Toen Prinses Maxima ons vertelde dat ze de Nederlander nooit is tegengekomen viel men met hernieuwde nationalistische geestdrift over haar heen. Maar ze had gelijk. Hetzelfde geldt voor het Nederlands, dat bestaat ook niet. We kunnen miljoenen regels in groene boekjes schrijven, maar hiermee kunnen we de taal niet dicteren. De taal is van de straat en van de streek en met name Nederlanders, met hun licht anarchistische insteek, zullen zich niet laten zeggen hoe ze deze moeten bezigen. Taal is democratie. Wij bepalen zelf wel hoe wij praten. Als we daarbij gebruik willen maken van de Engelse woorden die ons nu eenmaal vanaf dag een via de media toegeworpen worden, mogen we dat zelf weten. Daarnaast is het een kwestie van economie. Wij zullen altijd beïnvloed worden door andere talen omdat wij nu eenmaal een handelsnatie zijn. Wij moeten ons openstellen naar andere culturen, andere volkeren en andere talen omdat onze portemonnee dat van ons vraagt. Dit is een kenmerk van alle handelsnaties. Ook van onze grote buurman overzee, Engeland. Het Engels is een taal die gegroeid is uit Keltisch, Saksisch en Frans en heeft zelf een schat aan leenwoorden. Het Engels is niet geheel toevallig de taal met misschien wel de meeste Nederlandse leenwoorden in de wereld zoals bijvoorbeeld drunkard, decoy en sketch. We zouden daarom wellicht kunnen zeggen dat wij onze leenwoorden vandaag de dag gewoon met rente terugkrijgen en dat dus ook een niet nader te benoemen Nederlandstalige blogger zonder schaamte ingeburgerde woorden met een Engelse oorsprong mag gebruiken: bijvoorbeeld het oer-Hollandse werkwoord promoten.

Met de economische kwestie tikt u de nagel op de kop: overleven is het toverwoord! Maar het heeft ook te maken met mentaliteit, zowel van deze als van gene zijde. Op mijn werk kwam jarenlang een Frans ingenieur. En in al die tijd heeft hij niet één Nederlands woord gesproken. "C'est difficile pour moi!" Mij maak je niet wijs dat een universitair geschoold iemand er geen tweede taal bij kan nemen. Het Nederlands, dat bestaat niet. We kunnen er ons aan ergeren, maar eigenlijk is het een logische evolutie: taal verandert nu eenmaal. Anders zouden wij over de hele wereld nog steeds dezelfde oertaal spreken. Gevaarlijke redenatie: dan kunnen wij meteen alle taalregels afschaffen of op zijn minst versoepelen. In naam van de vooruitgang.

Ik wil absoluut niet zeggen dat we onze hele taal op losse schroeven moeten zetten. Het is erg belangrijk dat we taal- en spellingregels handhaven, zodat zo veel mogelijk mensen een touw aan het geschreven dan wel gesproken woord vast kan knopen. Dit is dan de grote gemene deler van onze taal en hier mogen we best een beetje streng zijn. Het gaat mij in de eerste plaats om taal in de dagelijkse omgang, daar mag van mij alles. Daarnaast heeft de geschiedenis laten zien dat leenwoorden zich nu eenmaal vastklinken in onze taal, daar kunnen wij gewoonweg niets aan doen. Dat iemand uit een ander land die veel te maken heeft met de Nederlandse taal dat weigert te leren vind ik een zwaktebod van die persoon en bovendien vanuit mijn eerder genoemde economische oogpunt gezien dom. Het kan voor ons voelen als een diskwalificatie van ons kleine taaltje en we kunnen ons hierdoor beledigd voelen, maar is het niet heerlijk om in een gezelschap van mensen die alleen maar een van die grote talen spreekt als Nederlanders en Vlamingen onder elkaar een eigen geheimtaal te hebben?

"is het niet heerlijk om in een gezelschap van mensen die alleen maar een van die grote talen spreekt als Nederlanders en Vlamingen onder elkaar een eigen geheimtaal te hebben?" Ha! Daar kan ik echt van genieten: op vakantie gesprekken van andere hotelgasten 'afluisteren' terwijl zij geen bal begrijpen van wat wij onder elkaar zeggen. En het verbaast die mensen telkens weer: dat een Nederlander of Vlaming drie of vier (of zelfs meer) verschillende talen spreekt! Een economisch pluspunt: onze jobs (hier komt de kruideniersmentaliteit naar boven) worden niet zo snel ingepikt door andere Europeanen. Maar om bij het oorspronkelijke artikel van de heer Oud te blijven: in veel bedrijven geldt reeds als voertaal het Engels. Vergaderingen worden in die taal belegd, mededelingen verschijnen in het Nederlands én het Engels, medewerkers dragen Engelse titels, op de deur van lokalen hangt een bordje in het Engels... Dan denk ik: als we het nu eens in het Deens, of in het Spaans, of voor mijn part in het Chinees zouden doen?

Gelukkig bestaan er handige lijstjes zoals http://snn.vvb.org/2400lijst.htm Wat mij betreft mogen er in teksten gerust buitenlandse woorden gebruikt worden ("jobs"), zolang er of geen goed Nederlands alternatief bestaat ("banen") of een Nederlands woord niet het juiste gevoel overbrengt. In spreektaal heb je niet de tijd om dit allemaal tegen elkaar af te wegen, maar laten we bij het schrijven van teksten wel zorgvuldig proberen om te gaan met onze taal.

Als taalpurist is het schrijven van Rogier mij uit het hart gegrepen. En het woord 'maar' of 'ja maar' zou verbannen moeten worden uit de Nederlandse taal. Toch gebruik ik het hier omdat het mag. Ja maar Rogier. Ooit schreef ik een liedje met de titel 'Veronica Gefaar'. Daarmee refereerde ik naar het zendschip destijds. Zij begonnen als eerste met het populair maken van het .Amerikaanse Engels. Ik verafschuwde dit maar deed er tegelijkertijd vrolijk aan mee. Alleen al voor de woorden blowen, stuf, weed en drugs wisten wij geen vertalingen. En als geboren en getogen Fries vond ik de roofbouw op onze taal wellicht nog erger dan niet-Friezen. Ik wist immers als geen ander hoe het is je taal verkwanseld te zien worden. Toen sprak ik met mijn ex-schoonvader. Een Neerlandicus, cum laude geslaagd en ter zake deskundig dus. Hij vond dat taal leeft en dus veranderd. Hij had er totaal geen moeite mee dat het Fries tot uitsterven gedoemd is en het Nederlands op termijn ook. Na enig nadenken was en ben ik het met hem eens. Mijns inziens is taal slechts bedoeld ter communicatie. En niet bedoeld om vanuit misschien elitaire overwegingen het 'echte' Nederlands te devalueren tot kunst met een grote K. Slechts bereikbaar voor een minority. :D Gerrit