Laat weg wat de lezer zal overslaan

De onlangs overleden Elmore Leonard gaf ook schrijftips. Zijn top tien  is vrij sterk. Zelf ben ik het meest gesteld op tip tien: ‘Leave out the parts readers tend to skip.’

Het is en blijft lastig om iemand met aspiraties (bijna iedereen dus) een bindend schrijfadvies te geven. Als je, om maar een voorbeeld te noemen, tegen Lev Tolstoj had gezegd dat Anna Karenina best driehonderd bladzijden eerder onder de trein had mogen stappen, dan was er misschien een ‘strakker’ boek uitgekomen, maar dan het was niet langer Tolstojs boek.Dan was het een ‘product’ geworden, een samenspel tussen redacteur en schrijver.

Zou dat erg zijn geweest? Nee. Maar het had ons wel beroofd van een overdadig, soms alleen tandenknarsend te lezen meesterwerk. En dat zou wél erg zijn geweest.

Misschien is Leonards tip daarom alleen leuk om te lezen, en klopt er in de praktijk niets van. Het is de geslepen zin van een zeer vakkundige schrijver. Daarom ben ik eerst geneigd ermee in te stemmen. Hij zégt het zo mooi.

Schrijven laat zich nauwelijks aan regels binden. Dat is het mooie én afschrikwekkende aan het ambacht. Want een ambacht, dat is schrijven zeker. Een ambacht dat - hier komt een schijnbare tegenstelling om de hoek kijken - alleen goed kan worden uitgeoefend door mensen die er talent voor hebben.

Veel schrijfadvies ziet nou net dát aspect over het hoofd. Het is ‘passie’ voor en ‘passie’ na, en de meeste schrijvers in spe denken dat literaire bevlogenheid genoeg is om in te kunnen stappen. Maar ja, ik voel me soms ook helemaal geïnspireerd als ik een elektricien aan het werk zie. Toch komt het niet in me op om de leidingen eens zelfstandig te gaan omleggen.

Schrijven... Er zijn weinig beroepen die zoveel cultureel kapitaal vertegenwoordigen, en zo weinig echt kapitaal binnenhalen. Wie schrijft mag al blij zijn als hij een minimum inkomen bij elkaar schraapt. Om vervolgens door de goegemeente voor sukkel te worden uitgekreten. Want als je product niets oplevert, moet je maar iets anders gaan doen.

Schrijvers kunnen een rol spelen in de maatschappij, maar zolang iedereen met drie jaar VMBO Kader zichzelf schrijver of schrijfcoach (of allebei) kan noemen, en de meeste bladen volstaan met artikelen waar de meligheid van afdruipt, is het óók zaak om eens te onderzoeken of dat niet wat minder kan, voor sommige van die schrijvers of schrijfcoaches (of allebei).

En ondertussen is tip tien van Elmore Leonard, ondanks alle bedenkingen, onverminderd van kracht.

De top tien van Leonard vind je onder meer hier terug.

Comments

Ik weet niet wat een schrijver bezielt om zijn collega schrijvers tips te geven. Is hij een altruïst die anderen, zijn concurrenten dus, alle succes toewenst? Of is hij iemand die alleen maar in de belangstelling wil staan, al dan niet in de overtuiging dat hij de schrijfwijsheid in pacht heeft? Wellicht gaat het om beide. En misschien zijn er nog motieven in het spel. Boeken over schrijven gaan vlot van de hand. De mammon is nooit ver weg. Maar hoe dan ook, één motief steekt er altijd met kop en schouders bovenuit. Hoe zeg je? Waarom ik dit schrijf? Goede vraag. Niet om iemand wijzer te maken, ik heb weliswaar een goed hart, maar een slecht karakter. Iets aan verdienen doe ik ook niet en mezelf in de kijker zetten al evenmin. Geen hond die de hondennaam Noek kent, tenzij een andere hond. Tja, waarom doen we wat we doen? Ik denk dat ik weer stof heb om over na te denken wanneer ik straks naar het park ga.

Dit stuk gaat niet over lezers maar over schrijvers. Dat een schrijver die van zijn hobby zijn werk wil maken eerst zal moeten vaststellen of hij daarvoor überhaupt wel talent genoeg heeft. Passie voor schrijven zou geen uitgangspunt moeten zijn. Ik ben het hier volkomen mee eens. Zoals ik ook niets begrijp van degenen die zich schrijfcoach noemen terwijl ze dit nergens aan kunnen ontlenen. Alleen in eigen beheer een boekje hebben uitgegeven waar pijnlijke taalfouten in staan. Hoe haal je het in je hoofd om je dan schrijfcoach te noemen? Zelfs al heb je enig aanleg en talent voor schrijven dan nog dien je bescheiden te blijven en de tijd te nemen om jezelf te ontwikkelen. Beseffen dat jij niet de enige bent en dat er tig schrijvers en dichters zijn die met hun schrijven hogere kwaliteit bieden. Zitten lezers wel te wachten op jouw werk? Ook die vraag zou men zich eens wat vaker moeten stellen. Dat is dan ook de reden dat ik geen uitgevers benader maar wapenfeiten verzamel. Eerst jezelf veel meer ontwikkelen, bewijzen dat je een constante kwaliteit kunt leveren voor je ook maar aan iets anders gaat denken. Het is een ambacht die je moet leren beheersen om verder te komen.