Afbeelding

Biechtstoel

cottonbro via Pexels

Wat als je personage iets te bekennen heeft?

Zoveel personages, zoveel uitwerkingen. In de tipreeks ‘Wat als?’ worden er veelvoorkomende scenario’s die personages overkomen onder de loep genomen. Zo leer je een algemeen gegeven uit te werken op een manier die perfect bij jouw unieke personage past. Deze week: Wat als je personage iets te bekennen heeft?

Als je personage een geheim heeft, kan dat op een bepaald moment te veel worden. Dan wil het iets opbiechten. Omdat dat narratief gezien smullen is, gebeurt er na een biecht veel met het plot en besteed je er ook de nodige aandacht aan om het uit te werken. Daarom is er een aantal dingen die je in de gaten moet houden als je personage iets moet bekennen.

Kijk goed naar je thema

Neem je thema nog eens goed onder de loep als je een bekentenis in je verhaal verwerkt. Een geheim kan namelijk je verhaalthema vormen. Maar als je personage opbiecht de hele familie voor bakken met geld te hebben opgelicht, dan is het thema eerder verraad.
Omdat het thema op verschillende manieren en op verschillende momenten in het verhaal terugkomt, hoor te je weten hoe je dat gaat invullen. Je zal er subplots en extra personages bij moeten bedenken. Ga dus goed na hoeveel gewicht (het opbiechten van) een geheim heeft of moet krijgen in je verhaal. Dat kan het volledige plot van je verhaal bepalen.

Wanneer komt het hoge woord eruit?

Als de biecht op het moment suprême van het verhaal komt, heb je een fikse aanloop nodig en dien je je personage mentaal klaar te stomen voor dat moment. Dat vormt dan het centrale conflict: met vallen en opstaan en twijfels en overwegingen verzamelt het de moed om zijn geheim op te biechten.

Als de biecht in het begin van je boek komt, zijn er twee opties:

  • Je laat de lezer merken dat je personage met deze biecht uit een comfortzone komt en dat hij in bepaalde aspecten van zijn leven bij nul moet beginnen. De heldenreis vormt dan: opnieuw zijn plaats in de wereld vinden.
  • Je gaat met flashbacks werken en laat de lezer er langzaam maar zeker achter komen wat tot deze biecht geleid heeft. Op hetzelfde moment leert de lezer het plot en de personages kennen. Aan het einde van het boek kent de lezer het figuurlijke hele verhaal en heeft hij bewondering voor de held die de heldenreis op pagina 1 al voltooid heeft.

Deze verschillende opties vragen afzonderlijke manieren van uitwerken. Kijk goed welke informatie je achterhoudt voor een mogelijke plottwist of wat je überhaupt al dan niet vertelt aan de lezer om het verhaal altijd interessant te houden.

Waarom nu? Waarom aan deze persoon?

Vóór de biecht is er een geheim. Dat geheim wilde je personage niet voor niets in stand houden. Bedenk waarom je personage juist op dit moment besluit iets te bekennen. Vergeet ook niet aan wie je personage iets opbiecht. Vertrouwt je personage de ander? Is er sprake van een oneerlijke machtsverhouding en móet je personage nu wel gaan praten?
Aan wie je personage ook iets bekent en ongeacht de reden, neem de relatie met dat andere personage mee in je uitwerking. Omdat een biecht iets groots is voor het plot, is het onvermijdelijk dat de relatie tussen de twee personages dat ook is. Geef die daarom ook de nodige aandacht.

Over de auteur

Nadine van de Sande is freelance copywriter en schrijfster. Op verhaalentaal.blog post ze wekelijks een uitgebreide tip voor creatief schrijven. Daarnaast doceert ze een cursus autobiografisch schrijven bij de ondernemersschool. 

Techniek