Afbeelding

Pixabay.com

Taalpolitie: Vijf veelgemaakte voorzetselfouten

Voorzetsels gebruik je niet alleen als de bekende ‘kastwoorden’ (voor de kast, op de kast, naast de kast, etc.). Ze worden ook gebruikt in combinatie met werkwoorden. Alleen is het soms onduidelijk welk voorzetsel bij welk werkwoord hoort. Wij zetten vijf veelgemaakte fouten voor je op een rijtje:

Introduceren aan

Deze fout zien mensen vaak over het hoofd, omdat ze denken aan de combinatie ‘voorstellen aan’. Deze combinatie is correct. Bij introduceren hoort echter het voorzetsel bij. Voorbeeld:

-Ik introduceer mijn vriendin bij mijn vrienden.

-Ik stel mijn vriendin aan mijn vrienden voor.

Door de war zijn

Je kunt in de war zijn, of iets door elkaar halen. Vandaar deze veelgemaakte fout. Voorbeeld:

-Deze getallen brengen mij in de war.

-Deze getallen haal ik door elkaar.

Vervangen voor

Het voorzetsel voor is te combineren met de woorden inwisselen of verruilen. Dat geldt niet voor het woord vervangen. Deze wordt gecombineerd met het voorzetsel door. Voorbeeld:

-Ik vervang elke lente mijn winterjas door mijn zomerjas.

-Ik wissel elke lente mijn winterjas voor mijn zomerjas.

-Ik verruil elke lente mijn winterjas voor mijn zomerjas.

Weerstand bieden tegen

Deze fout wordt gemaakt omdat mensen denken aan de combinatie ‘verzetten tegen’. Maar als je het woord weerstand gebruikt, dan geldt de combinatie: weerstand bieden aan. Voorbeeld:

-Aan dat idee kan ik geen weerstand bieden.

-Ik kan me niet verzetten tegen dat idee.

Herkenbaar door

De vaste combinatie is niet herkenbaar door, maar herkenbaar aan. Deze fout wordt gemaakt omdat mensen het verwarren met ‘bekend zijn door’. Voorbeeld:

-Zij is herkenbaar aan haar zuivere zangstem.

-Zij is bekend door haar zuivere zangstem.


Bron: onzetaal.nl, taaladvies.net

Dossier