Afbeelding

actief of passief schrijven

Bron Pixabay

Actief schrijven: bewust omgaan met de passieve vorm

actief of passief schrijvenPassieve constructies, ze sluipen zo in je tekst. Je herkent ze aan de hulpwerkwoorden worden of zijn en een voltooid deelwoord (ofwel passief deelwoord). In een passieve zin zit het onderwerp als het ware lui op de bank, terwijl er dingen ‘worden gedaan‘ door een (soms ontbrekend) lijdend voorwerp. Passieve zinnen zijn grammaticaal correct, maar je bewijst je teksten er geen dienst mee.

Door Ivor Helberg 

Wat is een passieve zinsconstructie?

In een passieve zin ondergaat het onderwerp de actie in plaats van deze uit te voeren. In de passieve zin 'Mijn fiets is gestolen.' ontbreekt de dader. Het onderwerp 'mijn fiets' ondergaat de actie die de werkwoorden samen aanduiden. Daarom noemen we zo’n constructie ook wel de lijdende vorm. Passieve constructies hebben bestaansrecht. Immers, ook als je niet weet wie de dader is moet je over diefstal kunnen praten.

Maar ook de zin 'Mijn fiets is gestolen door Jantje.' is passief. En hier begint het te schuren. 'Mijn fiets' is nog steeds het onderwerp, terwijl we voor deze rol nu een veel betere kandidaat hebben, een die het gezegde kan bedrijven: Jantje. Door zulke passieve constructies worden zinnen onnodig lang en onduidelijk. Persoonsvorm 'is' staat als hulpwerkwoord vooral in dienst van 'gestolen' zonder betekenis toe te voegen en we hebben 'door' nodig om duidelijk te maken dat Jantje de dader is.

De actieve variant van deze zin is: ‘Jantje heeft mijn fiets gestolen.’ ‘Jantje’ is het onderwerp en ‘mijn fiets’ het lijdend voorwerp. Nu spelen alle zinsdelen hun rol naar behoren en kun je de zin ook in de tegenwoordige tijd zetten zonder hulpwerkwoord: 'Jantje steelt mijn fiets.'

Waarom gaat de aandacht dwalen van passief taalgebruik?

De lezer verliest al snel zijn concentratie als een tekst veel passieve constructies bevat. Hoewel passieve zinnen inhoudelijk hetzelfde zeggen als actieve zinnen hebben ze daarvoor meer woorden nodig. En wanneer het onderwerp uit de actieve zin ontbreekt (zoals in ‘Mijn fiets is gestolen.’), krijgt de lezer maar het halve beeld mee. Dat maakt een tekst vaag. Een goede schrijver wil dat de lezer zijn energie steekt in het begrijpen van de stof; het begrijpen van de tekst moet automatisch gaan.

Waarom gebruiken schrijvers de lijdende vorm?

Bij een passieve zin ligt de nadruk op de lijdende partij. Er zijn situaties waarin dat je voorkeur kan hebben. Zo kan het, om nadruk op één onderwerp te houden, nodig zijn dat het onderwerp in de hoofdzin actief is, in de bijzin passief en in de daarop volgende zin weer actief: “Onze appels groeien in de zon en worden pas geplukt wanneer ze helemaal rijp zijn. Daarom zijn ze extra sappig wanneer ze bij u in de winkel liggen”
Ook in de zin ‘De Olympische Spelen worden in Tokio gehouden.’ is de lijdende vorm een goede keuze, omdat het onderwerp in een actieve variant moeilijk te omschrijven is. Want wie houden de Spelen precies? De Internationale Olympische Beweging? Nogal een mond vol en je komt niet dichter bij een helder beeld. Door de bedrijvende partijen weg te laten, communiceer je in dit geval directer.

Het probleem is niet zozeer dat mensen passieve zinnen gebruiken, maar dat ze dit doen ten koste van de helderheid.

Slinkse passieve vormen

Wanneer een actief onderwerp ontbreekt omdat de schrijver of spreker iets te verbergen heeft, dan lijdt de helderheid daaronder. Dat is het geval bij de lenige retorische frase ‘Er zijn fouten gemaakt’, waarmee een spreker tegelijk verontschuldigingen aanbiedt en schuld ontwijkt.

Om dezelfde reden kan een werkgever ervoor kiezen een besluit als een voldongen feit te presenteren: ‘Er worden dit kwartaal geen bonussen verstrekt.’ Komt hem mooi uit, nu lijkt het net alsof hij daar geen invloed op heeft.

Maar aan zulke ontwijkende formuleringen kan ook laksheid ten grondslag liggen. Soms weet de schrijver niet hoe de vork in de steel zit en biedt de lijdende vorm hem een uitweg waardoor hij dit niet hoeft uit te zoeken: ‘Er wordt gezegd dat zout de bloeddruk verhoogt.‘ Van wie heb je dat? denkt de lezer nu. Je tante, de arts, de encyclopedie? Kritische lezers willen specifieke informatie.

Passieve zinnen actief maken

Door actief te formuleren ga je vlotter schrijven, maar zelfs als je je hiervan bewust bent, kunnen passieve zinnen in je teksten sluipen. Scan daarom altijd even je tekst op vormen van de werkwoorden worden en zijn. Als je op een passieve vorm stuit, vraag je dan af: Heeft mijn tekst deze passieve vorm nodig? Wordt mijn tekst er vlotter door? Als het antwoord nee is, kun je de zin altijd actief maken door de bedrijver van het gezegde als onderwerp te nemen van je zin.

Over de auteur

Ivor Helberg is freelance copywriter en de kop achter Kopje Copy. Op zijn blog geeft hij schrijftips voor online teksten. Vlotte copy staat dikwijls op gespannen voet met de taalregels, weet hij. Daar kun je onzeker van worden, maar je kunt het ook zien als een vruchtbaar spanningsveld. Daarom hoopt hij lezers enthousiast te maken over mooi taalgebruik, niet als een set geboden, maar als een bewegend samenspel, begeleid door behulpzame principes.

Techniek