UKV's van de week in de schijnwerpers

In de groep Schrijven Magazine: Ultrakorte Verhalen dagen we schrijvers iedere dag uit om een ultrakort verhaal te schrijven: een heel verhaal in maximaal 99 woorden. Zowel voor beginnende als ervaren schrijvers is dit een fijne oefening om kort en krachtig een verhaal te kunnen vertellen. Iedere week zetten we er vijf in de spotlights als aanmoediging en waardering. Deze vijf vielen ons deze week op, vanwege hun originaliteit, verrassende wending, kwaliteit of spraakmakendheid. 

In Gods huis – Walther Ligtvoet

28 april

Verdoofd kijk ik in het rond. Afkeurende blikken en gegiechel. Een gezicht vlakbij kijkt mij vol walging aan. De kerkbank loopt vrijwel leeg waar hij net nog propvol was, voor en achter me klinkt gestommel. Ik voel een pijn beneden. De geur van zwavel hangt om mij heen. De duivel komt mij dan toch halen, zelfs hier in Gods huis. Hangend aan het kruisbeeld boven het altaar kijkt Jezus naar me en de pastoor laat duidelijk zijn teleurstelling zien. Ik heb maar één vraag; wat heb ik in godsnaam gegeten?

De inbraak – Louise Jonkman

28 april

Meneer Alzheimer kwam op bezoek, begerig strekte hij zijn hand uit naar het kastje met haar herinneringen. Trok het laatje 'kortetermijngeheugen' open, vond wat hij zocht en vertrok zonder te groeten.
Alles veranderde na deze inbraak, ze kon het niet benoemen.

Meneer Alzheimer kwam vaker, ze liet hem binnen omdat bezoek zo schaars was en hij zo keurig in driedelig grijs. Hij sloeg zijn slag en vertrok met haar 'langetermijngeheugen.'

Een merel floot...
Door droevenis bevangen, was de lente niet langer uitbundig.

Meneer Alzheimer kwam nog eenmaal terug.
Hij stal alles, inclusief mijn naam.

Verdwenen – Daan Bos

30 april

Het miezert af en toe. Tussen de buien door probeert een enkel zonnetjestraaltje tevergeefs het haar van het wandelende meisje aan te raken. Waterdruppeltjes spatten op als haar hond de riem strak trekt. Het reikende licht grijpt de druppels en laat ze flikkeren.

Heel in de verte rijdt een kar met een guitig paardje ervoor. Twee meisjes zitten op de gestapelde strobalen. De kromme boer op de bok lijkt van steen. Langzaam verdwijnen ze uit beeld. 
Hoog in een boom fluit een merel hard maar helder zijn lied. Zijn zang overstemt zelfs de traag achterop komende auto.

Verboden – Maud Bredius

1 mei

Hij is de mooiste man die ze kent. 
Niet knap, glad, spieren, dat soort gedoe. Maar een sterk mens, slim, lief, gaat zijn eigen gang. Onafhankelijk. 
Ze houdt meer van hem dan van wie ook. Tuurlijk.
Maar vannacht droomde ze van hem.
Jezus. Wat de fuck is er mis met haar? 
Ze kampeerden ergens in de duinen, stoeiden, bekogelden elkaar met rauwe eieren, renden toen de zee in om de rotzooi af te spoelen en eindigden in elkaars armen in de branding. Soort van From Here to Eternity-achtig.
Is ze ziek of zo?
Hij is haar zoon.

Brutus – Stella Mantel

1 mei

De taxichauffeuse was drie kwartier te laat om me op te halen van het stadsdeelkantoor.
Geen probleem hoor, koffie, krantje...
De vrouw had nog drie tanden maar was toch wel aardig.
We kwamen op het onderwerp Hema en dan vooral op Hemaworst. De lekkerste worst.
Haar ex lustte niks anders, evenals de hond.
¨Leg die worsten nou in de koelkast,¨ had ze gezegd. Niet dus.
Komt ze thuis van het werk, liggen er zes loodjes in de keuken. Worst opgevreten door Brutus, die drie dagen niet meer at.
¨En toen?¨ Maar we waren er al...