Lid sinds

13 jaar 10 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Perspectiefwisselingen

Karin ging zitten op de tuinstoel. Hij was gammel en vies van aanslag. Ze moest hem nodig afspuiten. In de zinnen hierboven ligt het perspectief in de eerste en derde zin bij Karin en in de tweede bij de tuinstoel. Kan dit zo? Of moet ik Hij veranderen in De tuinstoel? En Ze in zin 3, kan ik daar ze gebruiken of moet ik weer aanduiden dat het om Karin gaat?

Lid sinds

13 jaar 5 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
Volgens mij heeft dit niets met perspectiefwisseling te maken. Dat hij gammel en vies van aanslag was wordt ons door de ogen van Karin vertelt. Ze is duidelijk een reflectie van Karin. Kan prima zo, Anna!

Lid sinds

14 jaar 6 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
Er is idd geen perspectiefprobleem. De zinnen zijn prima zo.

Lid sinds

13 jaar 3 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
Perspectief is niet het onderwerp van aandacht, maar de bron van aandacht. Dus hier prima. Je kunt misschien hij door die vervangen omdat het om een zaak (niet een persoon) gaat.

Lid sinds

14 jaar 8 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
  • Pluslid
  • Moderator
Karin ging zitten op de tuinstoel. Hij was gammel en vies van aanslag. Ze moest hem nodig afspuiten. In de zinnen hierboven ligt het perspectief in de eerste en derde zin bij Karin en in de tweede bij de tuinstoel. Kan dit zo? Of moet ik Hij veranderen in De tuinstoel? En Ze in zin 3, kan ik daar ze gebruiken of moet ik weer aanduiden dat het om Karin gaat?
Als je het doet, zoals je zelf voorstelt, krijg je dit: Karin ging zitten op de tuinstoel. De tuinstoel was gammel en vies van aanslag. Karin moest hem nodig afspuiten. Als je deze methode constant gebruikt in je tekst, wordt de lezer er doodmoe van, denk ik. Het perspectief ligt in dit fragmentje in alles bij Karin. Nu denk ik wel dat wanneer je gaat zitten op een tuinstoel, je kunt voelen dat hij gammel is (dat kun je ook aan de lezer laten 'voelen', meer dan enkel noemen), maar hoe zie je nog dat hij 'vies van aanslag' is? Als het een leunstoel was, kon je het zien aan de leuningen, bijvoorbeeld - maar een leunstoel: daar ga je in zitten, niet op. Als je op een stoel zit, zie je niets van de stoel (probeer maar eens). Dus ook niet dat hij vies van aanslag is. In die zin klopt het perspectief - het point of view - van Karin niet, omdat het point of view haar geen zicht geeft op de stoel en zijn viezigheid. Dat ziet ze eerder al. Je zou in de tekst een kleine structuurverandering moeten aanbrengen: de gedachte / waarneming dat de stoel vies is, moet ze zien vóór ze gaat zitten. Nu ja, misschien zijn je zinnen maar een voorbeeld. Hopelijk heb je er toch iets aan.

Lid sinds

14 jaar 8 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
Als je op een stoel zit, zie je niets van de stoel (probeer maar eens). Dus ook niet dat hij vies van aanslag is. In die zin klopt het perspectief - het point of view - van Karin niet, omdat het point of view haar geen zicht geeft op de stoel en zijn viezigheid. Dat ziet ze eerder al. Je zou in de tekst een kleine structuurverandering moeten aanbrengen: de gedachte / waarneming dat de stoel vies is, moet ze zien vóór ze gaat zitten.
Dat is precies wat ik dacht toen ik het stukje las. Dit punt van Therese brengt ook de volgende vraag: waarom gaat Karin op een vieze stoel zitten?

Lid sinds

11 jaar 11 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
Dat is precies wat ik dacht toen ik het stukje las. Dit punt van Therese brengt ook de volgende vraag: waarom gaat Karin op een vieze stoel zitten?
Mooi. Het antwoord op de vraag, verwerkt in de tekst, blaast denk ik leven in een karakter.

Lid sinds

14 jaar 11 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
  • Pluslid
Ik vind de eerste zin prima. Waarom ze op een vieze stoel gaat zitten? Omdat er geen andere stoel is. Liever op een vieze stoel zitten dan de hele tijd staan.

Lid sinds

11 jaar 11 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
Waarom ze op een vieze stoel gaat zitten? Omdat er geen andere stoel is. Liever op een vieze stoel zitten dan de hele tijd staan.
:) Precies wat ik bedoel.

Lid sinds

14 jaar 3 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
Volgens mij heeft dit niets met perspectiefwisseling te maken. Dat hij gammel en vies van aanslag was wordt ons door de ogen van Karin vertelt. Ze is duidelijk een reflectie van Karin. Kan prima zo, Anna!
Is dat wel zo? Karin ging zitten op de tuinstoel. Hij was gammel en vies van aanslag. Ze moest hem nodig afspuiten. De tuinstoel baalde er stevig van dat hij zo verwaarloosd werd. En Karin maar gebruik maken van zijn diensten met haar dikke kont! De druk op zijn groen aangeslagen poten werd groter toen Karin achterover leunde. Hij probeerde met al zijn kracht om recht te blijven, maar het mocht niet baten. Het was de linker achterpoot die het als eerste begaf en met een luide krak voelde de stoel hoe hij onder Karin bezweek. Samen stortten ze onherroepelijk ter aarde.

Lid sinds

13 jaar 5 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
@Via #12 Jij breit er een vervolg aan waarin het perspectief verandert. Dat is vals spelen ;) Maar om je vraag te beantwoorden (ervan uitgaande dat 'dat' niet refereert aan 'Kan prima zo, Anna!': ja.

Lid sinds

13 jaar 10 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
Via, hoe zou jij de mogelijke verwarring (die mij onmogelijk lijkt gezien het om een tuinstoel gaat) ongedaan maken in de voorbeeldzinnen?

Lid sinds

15 jaar 11 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
Ik denk dat Via een grapje maakt, maar mijns inziens is die verwarring (hoewel die in mijn ogen al zeer theoretisch is) al voorkomen door de zin over de tuinstoel direct achter de eerste zin te zetten (dus op dezelfde regel). In principe begin je bij een perspectiefwissel namelijk op een nieuwe regel; beter is nog een nieuwe alinea of zelfs hoofdstuk.

Lid sinds

13 jaar 10 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
:p Ja, Zjaan, zo dacht ik ook dat het in principe steeds duidelijk is, door tekst achter elkaar door te schrijven wat bij hetzelfde perspectief hoort. En bij een wisseling hanteer ik een witregel. Bedankt!