Ik ga striptekenaar worden

‘Ik heb de verkeerde aspiraties,’ bedacht ik onlangs. ‘Ik kan veel beter tekenen. Of fotograaf worden.’

Vorige maand was ik voor m’n werk op een congres over Onderwijs en Social Media. Een dag met keynotes en workshops over de digitalisering van onderwijs en de verbinding met studenten via Social Media. Een interessante dag, waar ik wegging met nieuwe invalshoeken en frisse ideeën.

Tegelijkertijd zette het mij ook aan het denken over de toekomst van het geschreven woord. Want web 1.0 gaat zoetjes aan over naar web 2.0. Is web 1.0 al een vorm waarin teksten zo kort en krachtig mogelijk zijn met de belangrijkste informatie eerst, zodat de lezer zelf bepaalt wat hij wel of niet leest; web 2.0 gaat nog een stap verder en zet interactie tussen de gebruikers voorop, waarbij de inhoud soms zelfs door de gebruikers gecreëerd wordt in plaats van door de zender. 

Saai

Zo lijkt tekstcreatie steeds minder relevant te worden. Zelfs lettertoetsen verdienen het niet meer om tastbaar op een apparaat te zitten, maar bestaan slechts als touchscreen in de digitale wereld.

Waarschijnlijk omdat jongeren die toetsen nauwelijks meer gebruiken, aangezien ze taal maar saai en ouderwets vinden. Ze verplaatsen zich niet voor niets steeds meer van Facebook naar Instagram of Snapchat. Social Media waarbij beeld de boventoon voert en woorden overbodig zijn. 

Lekker tikken

En daar zit ik dan achter m’n laptop. Een eind weg te tikken op een heus toetsenbord. Een verhaal te verzinnen met een begin, midden en eind, met plotpoints en mooi geformuleerde zinnen. Maar is dit niet vreselijk oubollig? Neemt iemand in de toekomst nog de moeite om al die zinnen tot zich te nemen? Die zorgvuldig geconstrueerde inleiding tot de eerste wending te lezen? Of bladeren ze gewoon door naar het punt waar het verhaal echt begint en lezen ze skimmend door naar het volgende keerpunt?

Heeft men nog het geduld om zelf een fantasiewereld op te moeten roepen via woorden? Of willen ze die wereld liever in hapklare brokken visueel voorgeschoteld krijgen? Een beeld schijnt immers meer te zeggen dan 1.000 woorden.   

En is het nog wel wijs om als auteur solitair te schrijven? Of moet ik de samenwerking zoeken en mijn netwerk aanhaken om met elkaar een verhaal te creëren? Co-creatie is immers de nieuwe manier van produceren.

Houdbaarheid

Soms twijfel ik aan m'n werk. Dan ben ik geneigd om die hele vorm met die drie akten gewoon te wissen en mijn verhaal te beginnen met het belangrijkste moment eerst. Dan kan de lezer tenminste meteen bepalen of hij het interessant genoeg vindt om verder te gaan. Of dan denk ik dat ik beter een script kan schrijven, aangezien films waarschijnlijk meer houdbaarheid hebben dan een boek. Mijn ambitie te willen schrijven is immers al van twintig jaar geleden. Een ambitie die niet mee is gegroeid met de digitale vooruitgang.

Dus waarschijnlijk blijven verhalen wel bestaan. Maar heb ik misschien het verkeerde medium gekozen. En moet ik gaan filmen. Of striptekenen.

Karin van der Laan werkt als redacteur en communicatieadviseur. Daarnaast heeft ze de ambitie om fictie te schrijven en werkt ze aan een aantal korte verhalen. Omdat ze nogal snel afgeleid wordt, schrijft ze een blog (www.karinvdlaan.blogspot.com) en verzamelt ze alles wat haar inspireert op een Facebook pagina (https://www.facebook.com/karinlvd) om zichzelf schrijvende te houden.