Afbeelding

Docent Pim Wiersinga

Diagnose; writer's block

De Topklas draaide een aantal maanden en liep als een speer. Om de week kwamen we bijeen, wisselden, onder de bezielende leiding van docent Pim Wiersinga, nieuwe tekst uit, en bekritiseerden deze. Alle schrijvers leken hun verhaallijn te hebben gevonden. Na de worsteling die ik in eerdere blogs beschreef, beleefde ik een periode van flow.

Omdat mijn verhaal Lucht kussen emoties bevat die ik zelf verwerken moest, maakte ik met mijn hoofdpersoon een intense tijd door, waarbij er regelmatig dikke druppels verdriet op mijn toetsenbord landden. Sommige zinnen las ik wel tien keer over, beseffend dat de pijn die ze opriepen, nooit meer ongedaan kon worden gemaakt. Mijn verhaal bevat immers het leed van mijn moeder. Mijn moeder is dood. De persoon die haar hart en geest aanvrat, is dat ook. Het enige dat ik kon doen was erkenning geven aan wat zij nooit durfde te claimen, en mijn eigen emoties doorleven en verlichten.

Omdat het verhaal dicht bij mijn verwerking lag, volgde er op de fase van ‘high on writing’ al snel een nieuw probleem. Want plots was daar de dag dat ik dacht, ‘zo, genoeg gejankt, nu is het tijd voor lichtheid.’ En elke keer, als ik na een bijeenkomst Topklas, mijn tekst moest bijschaven, koos ik voor héél andere belangrijke zaken; reclamefolders doornemen, teennagels lakken, beetje Netflix, enzo.

‘Aha!’, concludeerde ik glimmend van zelfinzicht, ‘uitstelgedrag!’ Dus greep ik mijzelf, sleurde me naar mijn laptop, en… staarde een uur lang glazig naar het beeldscherm terwijl mijn vingertoppen weigerde ook maar één toets te beroeren. De diagnose was een feit; writer’s block.

Zware nachten volgden. Vol donkere dromen waarin ik in een volgestampt Donner, (de boekhandel aan de Rotterdamse Coolsingel, waar de lancering van VERS 3 op 20 juni plaatsvindt), met vurige konen moest bekennen, dat het mij, die Rotterdamse grote mond, niet gelukt was een verhaal te schrijven.

Er moest iets drastisch gebeuren. Ik moest over een andere boeg. Nog een paar weken te gaan, en ik besloot tot het schrijven van een compleet nieuw verhaal. Ik verlangde naar lichtheid, en zo zou het zijn. Mijn block loste op. Het nieuwe vertelsel leek papier te kunnen vreten. Enthousiast, en met verwachting naar lof, presenteerde ik mijn verhaal aan de Topklas. ‘Eh, nee hoor’, zei Wiersinga, terwijl hij argeloos een hand door zijn eeuwig verwarde haardos haalde, ‘je hoofdpersoon is niet interessant. En het verhaal boeit ook niet.’ Hulpeloos keek ik ‘de klas’ rond. Mijn medeschrijvers staarden strak voor zich uit, of werkten op slag ijverig hun aantekeningen bij. Ik was verslagen. Met nog een fractie Topklas te gaan, wist ik niet wat te doen.

De dagen erna speurde ik naar wat nodig was. En besefte dat ik behoefte had aan meer. Meer meningen! Ik benaderde zes personen in mijn omgeving, van wie ik wist dat ze het aandurfde eerlijk te zijn. Ik stuurde hen mijn schrijfsels, en de vraag naar een ongezouten oordeel. De uitkomst was zonneklaar. Lucht kussen was favoriet, en mijn proeflezers bestookten me met zoveel vragen en kritiek, dat het verhaal opnieuw mijn interesse won. Met volle overtuiging onderzocht ik hun opmerkingen, verwerkte ze in mijn tekst, of besloot ze te negeren. Er ontsproten opnieuw, mooie stukken verhaal. En ik besefte dat Pim’s directheid, het zwijgen van de Topklas, de oprechtheid van mijn proeflezers, maar bovenal, mijn keuzes in wat ik daar wel, of niet, mee deed, gezorgd hadden voor een groeispurt in mijn ontwikkeling als schrijver.

Nieuwsgierig naar meer Topklas? Kijk dan hier.

Belinda volgen, eerdere blogs lezen, of haar benaderen voor een schrijfopdracht. Dat kan, kijk op haar FB pagina: Belinda Leeft.

Techniek