Valt mijn gedicht onder poëzie? Zes richtlijnen.

Je gedicht is klaar. Voor jouw gevoel klopt het. Toch slaat dan vaak de twijfel toe. Vooral beginnende dichters van het vrije vers worstelen met die ene vraag. Valt mijn gedicht onder poëzie? Is het wel een gedicht of meer een mijmering? Dat de vorm van het vrije vers zelf bepaald kan worden betekent niet automatisch dat je alle kenmerken van poëzie uit het oog mag verliezen. Feedback vragen aan anderen kan verhelderend werken. Opbouwende kritiek is prettig maar een beoordeling van een gedicht is altijd subjectief. Hieronder zes richtlijnen om zelf te beoordelen of jouw gedicht onder poëzie valt.

Is het lezenswaardig?

Lezenswaardig betekent dat het niet alleen waarde voor jezelf heeft maar dat je er een groter publiek mee aanspreekt. Dit is het meest wezenlijke kenmerk van poëzie. Vraag jezelf af wat de toegevoegde waarde is van jouw gedicht. Biedt het herkenning of schud je de lezer wakker? Ontroert het of kom je cynisch uit de hoek? Roept het vragen op of zet je de wereld op zijn kop? Alles is goed zolang je de lezer maar iets brengt waardoor je hem aanraakt. Dan ga je voorbij de mijmering.

Komt de emotie over?

Roept je gedicht emotie op bij de lezer of alleen bij jou? Wanneer je puur hebt omschreven wat jouw gevoel is, creëer je afstand tussen jou en de lezer. Die zit namelijk niet te wachten op jouw gevoel en stagneert als het ware. Dat is zonde en het tegenovergestelde van wat je wilt bereiken. De lezer verwacht dat jij bij hem gevoel teweegbrengt! Je zuigt hem in je gedicht door een gevoel uit jezelf zo te verwoorden dat het juist de ander raakt. Dan ontstaat er herkenning van een gevoel dat je samen deelt.

Zeg je meer met minder?

Poëzie is geconcentreerder dan proza, je zegt veel meer met minder woorden. Zinnen kunnen een dubbele betekenis hebben. Schrap alle overbodige woorden en wees zo impliciet mogelijk. Ieder woord in je gedicht moet een functie hebben. Zorg voor een goede samenhang. Dat brengt de boodschap over en houdt de aandacht van de lezer vast.

Maak je gebruik van stijlmiddelen?

Ook in het vrije vers staan alle stijlmiddelen tot je beschikking. Het gebruik ervan is een belangrijk kenmerk van poëzie. Niet alle stijlmiddelen hoeven gebruikt te worden. Het is maar net waar je voorkeur ligt. Wat de klank betreft maken bijvoorbeeld alliteratie, herhaling, assonantie (klinkerrijm) en rijm en ritme je gedicht muzikaal. Stijlmiddelen die de betekenis betreffen brengen diepere lagen aan in je gedicht. Denk bijvoorbeeld aan beeldspraak, meerduidigheid (dubbelzinnigheid) en vergelijking.

Ben je concreet en beeldend?

Abstracte begrippen zoals liefde en vrijheid  brengen geen direct gevoel over en moet je vertalen naar concreet pakkende beelden. Geef een levendige voorstelling. Vermijd clichés en wees origineel. Dit doe je door gebruik te maken van associaties en metaforen. Speel met de taal en maak het spannend voor de lezer! Neem het abstracte begrip lente. In de eerste poëtische regel van het gedicht Februarizon beschrijft Paul Rodenko het prille begin hiervan in een concreet pakkend beeld. Je weet wat hij bedoelt zonder dat hij het woord lente gebruikt. 

“Weer gaat de wereld als een meisjeskamer open”

Hoe zit het met de vorm?

De vorm van het vrije vers kun je helemaal zelf bepalen. Toch een paar tips: een korte zin houdt de aandacht vast, ook in een gedicht zonder strofes. Het gebruik van strofes schept orde en biedt overzichtelijkheid. Als je strofes gebruikt dan is het mooier als ze op zichzelf een eenheid vormen en op natuurlijke wijze doorlopen in de volgende. Maar uiteindelijk bepaal jij dit helemaal zelf.

Door: Janine Jongsma, lees meer op haar website.

Het schrijven heb ik van huis uit meegekregen. Van blogs tot columns van artikelen tot proza, ik doe het met veel plezier. Mijn allergrootste passie ligt echter bij de poëzie en het schrijven van gedichten. Sinds begin 2012 houd ik mij hier serieus mee bezig.