Afbeelding

Boeken

Foto: Pexels

Schrijf een feel-good verhaal in zes stappen

Veel mensen lezen omdat ze het leuk vinden. Wanneer je als schrijver hieraan tegemoet wilt komen, moet je dus leuke verhalen schrijven. Maar hoe doe je dat?

Wat is leuk?

Volgens Van Dale is leuk: aardig, vrolijk, grappig. Dit is iets anders dan humoristisch. Humor heeft de uitdrukkelijke bedoeling mensen aan het lachen te maken. In leuke verhalen is dat niet het primaire doel. Als schrijver van een leuk verhaal wil je de lezer vermaken door hem een positief gevoel te geven.

1. Niet iedereen vindt hetzelfde leuk

Wees je ervan bewust dat mannen andere dingen leuk vinden dan vrouwen. Uit een onderzoek van Jardine en Watkins blijkt dat mannen vooral graag lezen over vervreemding en afwezigheid van emoties, terwijl vrouwen juist het liefst lezen over grote gevoelens en de strijd om moeilijkheden te bedwingen.

Wil je dus leuke verhalen schrijven, dan houd je deze informatie in je achterhoofd en speelt ermee om een zo groot mogelijke groep lezers te bereiken.

2. Bedenk een leuk conflict

Elk verhaal - verslag van een gebeurtenis - kent een conflict. Een conflict is niet per definitie iets zwaars, iets moeilijks. Het kan ook  het verlangen van een arm, Fries schoenmakertje zijn dat in Amsterdam rijkdom hoopt te vinden. Leuke conflicten roeren geen grote thema’s aan, zoals religie of politiek. ‘Leuk’ is voor een grote groep mensen, niet voor ingewijden.

3. Een leuke locatie is een normale locatie

Leuke verhalen ontwikkelen zich op normale locaties. Het zijn namelijk niet de locaties die een verhaal leuk maken, maar de personages en hun gedachtes c.q. handelingen, bijvoorbeeld: ‘In Brussel heb ik dit weekend mijn oude vriend Wim weer eens opgezocht.’ (uit het leuke verhaal ‘Eerlijk’, uit: Bij nader omzien, Simon Carmiggelt). Is er een normalere stad dan Brussel (behalve Zwolle)? Laat daarom de locatie de bescheiden achtergrond zijn die de personages en hun handelingen goed uit de verf laat komen.

4 Bedenk leuke personages

Schrijf een feel-good verhaal in zes stappenLeuke personages kunnen beschikken over een behoorlijke mate van eigenzinnigheid die hen laat ageren tegen alles wat alledaags is en vooral tegen het gezag. Daarbij blijven ze trouw aan zichzelf, zodat ze wel problemen veroorzaken, maar geen oorlog. Voor het gros van de lezers is dit de juiste balans tussen opwindend en bevredigend - dus leuk.

Voorbeelden: van Pippi Langkous (1945) tot Dolfje Weerwolfje (1996-2014), en van Tijl Uilenspiegel tot Carlos Gardeboe. Ook underdogtypes als Charlie Brown en Manuel of juist een assertief personage als Bugs Bunny vinden veel mensen erg leuk.

‘Leuk’ wil ook zeggen: vertrouwd, bekend. Spreekt dat je aan, neem dan een voorbeeld aan the girl next door,  à la Linda met wie velen zich kunnen identificeren.

Welk personage je ook bedenkt, zorg dat hij consistent is in ideeën, gedachtes en reacties, zodat je publiek een band met hem kan opbouwen.

5 Gebruik leuke woorden

Leuke woorden kunnen vriendelijk, eenvoudig en toegankelijk zijn, bijvoorbeeld:

‘René?’
‘Zeg het eens, ouwe reus.’
‘Ik wil graag een boek over je schrijven.’
‘Nou, is toch goed, pikkie?’
‘Ja?’
‘Tuurlijk wel. Boekie, altijd leuk.’
(de eerste zinnen uit ‘Gijp’, Michel van Egmond, 2012)

Leuke woorden kunnen ook zelfbedacht of innoverend zijn, zoals De Blijdschapper van Maarten Toonder of De Qualastofont van Herman Brusselmans.

6. Wees eerlijk: dit is leuk!

Wees niet bescheiden, laat je lezer onomwonden weten dat hem iets leuks te wachten staat; geef je verhaal daarom een titel die daarnaar verwijst, bijvoorbeeld De Olijke Tweeling of Donald Duck, een vrolijk weekblad.

Geloof tot slot niet dat literaire schrijvers geen leuke verhalen (kunnen) schrijven; zelfs Gerard Reve schreef ze, bijvoorbeeld: Eendje Kwak kookt zijn eigen potje.

Door: Thérèse Major 

Over de auteur

Thérèse Major is auteur en schrijfcoach. Haar werk verscheen bij o.a. de uitgeverijen Querido en Nieuw Amsterdam. Bij Schrijven Online verzorgt zij de cursus Literair proza schrijven, kun je dat leren? en Ieder kind kan verhalen schrijven. In de Taalwerkplaats Drenthe organiseert zij o.a. elke eerste zondag van de maand een Schrijverscafé.