Afbeelding

Foto Tineke de Lange

Weerbarstig

WeerbarstigIn de aanloop van de uitreiking van de VSB Poëzieprijs 2015 bespreekt Remco Ekkers de genomineerde bundels. Deze keer Vlinderslag van Piet Gerbrandy.

De titel van Piet Gerbrandy’s nieuwe bundel is een tegenstrijdigheid: Vlinderslag; het zachte verbonden met het harde. Dit vind je in zijn poëzie terug. De bundel is een beurtzang met drie stemmen. Op de linker bladzijden staan prozateksten met een poëtisch karakter, dat wil zeggen een tekst die verrast door zijn openheid, onverwachte wendingen, tegenstellingen, herhalingen, ongrammaticaliteiten, ellipsen. De ik pakt zijn fiets, kijkt naar de wolken en rijdt in de richting vanwaar zij komen. Hij kiest voor tegenwind. 'Zodra ik een pad gekozen heb, wijzen mijn voeten verder de weg. Die is slechts in zoverre bepaald dat ik uiteindelijk wil uitkomen waar ik vertrokken was.' Hij vindt dat hij moet verhuizen als alle routes gereden zijn. 'Of opnieuw beginnen. Verhuizen is beter.' Hij zoekt naar 'het ritme in de boventonen. Die vormen het eigenlijke verhaal.'

Hij wil geen verhaaltjes vertellen. Hij is als een schilder die tijdens zijn bezoek aan Venetië geen schilderijen maakt van lagunes of paleizen, maar met zijn rug naar de werkelijkheid kleuren kiest, een compositie, een binnenwereld. De woorden van de dichter flitsen vanzelf tevoorschijn.

Piet Gerbrandy waarschuwt de besprekers van zijn poëzie, vooral degenen die willen analyseren, bloot leggen. Hij zou het eens zijn met Tonnus Oosterhof, die vindt dat blootleggen een schoolse term is. Je leest gedichten en de toon, woordkeus, beeldspraak, bevalt je of niet. Zo niet, ga je wat anders lezen.

WeerbarstigOnder aan de bladzijden staat in cursief een uitspraak. Het lijkt alsof de dichter het wonder van de poëzie wil dempen door nuchtere regels, axioma's, stellingen of maxime’s, gemakkelijke geruststellingen na een verontrustend tafereel. Op de rechter bladzijde vinden we gedichten, strofen met afgebroken regels.

Als Gerbrandy schrijft over een geliefde lijkt het ook wel te gaan over poëzie. Hij zegt dat scherpte een wapen is dat ontleedt. Je moet niet teveel naar details kijken. Als hij kijkt naar de geliefde, wordt zij 'de mij meest vertrouwde vreemdheid'. Zo moet de lezer kijken naar de gedichten. 'Om je lief te kunnen hebben moet ik je op afstand houden.'

In een langere tekst Golfslag vinden we een laat-antieke dialoog. Eén van de sprekers zegt dat dichters niet graag over hun intenties spreken. Ze willen iets onmogelijks onder woorden brengen. 'De onderwereld, die bron van chaos en verschrikkingen, bevindt zich niet onder het aardoppervlak, maar in onszelf.' Ik denk dat Gerbrandy dat herkent. Het verklaart ook zijn vaak weerbarstige taalgebruik.