UKV's van de week: Eieren en Gesprek

Iedere week zetten wij vijf ultrakorte verhalen in de schijnwerpers. Wil jij ook een ultrakort verhaal schrijven? Doe mee in onze Facebookgroep.


Elka Le Mair - Levenslang?

30 september

Al op voorhand is ze gespannen. Het omarmen heeft ze geprobeerd. Nu gaat ze voor het negeren. Maar de sirenes in haar hoofd laten zich niet negeren. Net zomin als die ellendige koppijn.
Ze móet slapen. Ze functioneert niet meer. Rustig! Angst is geen goede bedpartner, dat weet ze donders goed. 
Focus op je buikademhaling, drenst het door haar heen. Sirenes lachen haar uit, schreeuwen haar tegemoet. 03.34 Uur. Naar de wc en opnieuw beginnen. Adem in, adem uit. Ze moet weggevallen zijn. Zodra ze wakker wordt, is er herrie. Eerst en altijd de sirenes, nu ook de wekker.

Aaltje VanWieringen - Eieren

1 oktober

Gespannen, met de handen op de knieën, hurkt de bijna tweejarige Anne in het jonge gras en kijkt toe hoe de kip opstaat, arrogant wegloopt, en dan een ei laat vallen uit haar achterste. Luid kakelend loopt de jonge hen door de bongerd tussen de fruitbomen, haar bruin verenpak glanzend in de zon. De kleine meid staat op en houdt stil bij het ei. Het gezichtje één groot vraagteken, rolt ze met een vingertje het ei heen en weer en dribbelt dan naar de openstaande keukendeur: ’Mamma! Onze tip teutelt eiwewen. Waalom is mij teuteltje zacht en bwuin?’

Cora van B - Verloren strijd

1 oktober

Voor ons stapt een jongetje op zijn fietsje, stralend slingert hij voor ons uit. Zijn moeder kijkt, haar aandacht half bij hem, half bij haar smartphone.
‘Mama, kijk, het gaat best’ roept hij. Ze reageert niet. Hij keert, stopt bij ons: ‘Mooie fiets hè?’
Dat beamen wij. Hij fietst verder, zijn knietjes opzij, toch raakt er een soms het stuur, dan belandt hij bijna in een heg.
‘Voorzichtig’ roepen wij eenstemmig.
Hij stopt: ‘Mama zegt ik moet een nieuwe fiets. Ik ben te groot.’
Hij streelt het stuur, zijn lippen trillen: ‘Ik wil geen nieuwe fiets. Ik wil deze.’

Maria Ines Vallejos - GESPREK

2 oktober

Opnieuw een inert lichaam. Dit is mijn moeder niet. Je anders zo mooie haar is vettig en naar achteren gekamd, je gezicht gezwollen, je karakteristieke groene ogen gesloten. 
Ik dwing mijzelf je te herkennen. 
Ik wil je omhelzen maar apparaten maken dat onmogelijk. Ik praat maar tegen jou alsof we een gesprek voeren, zoals altijd. Ik vertel je wat ik aan heb, de laatste familieroddels, dat de prijs van de biefstuk weer omhoog is gegaan. 
Ineens is er nog maar weinig tijd. Ik fluister in je oor: ‘Mama, welke jurk wil je aan doen; ik zal je mooi maken.’

Lisette van Eerten - Eieren

5 oktober

Ze slaat ze stuk op de rand van de schaal, een voor een, zes stuks. Tk, splots, tk, splots, tk splots. Dan klutst ze ze met een garde door elkaar. Tsssk, tsssk, tsssk. Ze hakt een ui en een paprika -pk pk pk- en mikt alles in de pan. Ssshhh.
Drie borden pakt ze. De eerste landt met een klap op tafel. Pok. Even staat ze stil voor ze de volgende zachtjes neerzet. Papa eet niet thuis vandaag en wij hebben omelet met bekoelde woede.