Afbeelding

Beeld Pexels

Preview: Show, don’t tell

Preview: Show, don’t tellShow don’t tell, wat is dat nu eigenlijk? Het begrip ‘Show, don’t tell’ verwijst naar het onderscheid tussen vertonend en vertellend schrijven en geeft tevens een waardeoordeel: vertonen geniet volgens deze uitdrukking de voorkeur boven vertellen. In dit artikel wordt het onderscheid tussen beide vertelwijzen toegelicht, met speciale aandacht voor zintuiglijk schrijven, en wordt het adagium ‘show, don’t tell’ genuanceerd.

Door Carla de Jong

De zintuigen vormen een ezelsbruggetje om het onderscheid tussen vertonen en vertellen in de gaten te houden: kun je de scène zien/horen/voelen/ruiken/proeven? Als een of meerdere zintuigen direct worden aangesproken, is er sprake van vertonen.  

Zintuiglijke beschrijvingen in de literatuur helpen de lezer zich in het verhaal te verplaatsen, het te beleven. Taal schenken aan geluiden, beelden, geuren, tastzin en smaaksensaties: de schrijver dient er zijn pen voor te slijpen. Bovendien lenen zintuiglijke beschrijvingen zich uitstekend voor het gebruik van metaforen. 

Zien: beginnende schrijvers gebruiken vooral ‘hun ogen’. Dat is niet verwonderlijk omdat veel mensen sterk visueel zijn ingesteld. Door dit zintuig in te zetten in de literatuur kun je een wereld laten zien aan de lezer.  

Horen: de schrijver die ook zijn gehoor aanspreekt, en daarmee dat van de lezers, krijgt er een arsenaal aan mogelijkheden erbij. Geluiden zijn overal; in de natuur, in de stad en in de interactie tussen mensen. Denk aan het gesmak van de vader van Frits van Egters uit De avonden van Gerard Reve! 

Wil je leren hoe je alle zintuigen gebruikt mét extra tips en oefeningen? Lees dan het komende nummer van Schrijven Magazine dat op 4 augustus verschijnt.

Nog geen abonnee? Profiteer vóór maandag 24 juli 16:00 u. van de introductieaanbieding.

Word abonnee  Geef Schrijven Magazine cadeau

Techniek