3 veelgemaakte fouten bij het schrijven van een prentenboek

Een prentenboek voor kinderen schrijven klinkt vrij makkelijk: er is maar een kort en simpel verhaal nodig, de illustraties doen de rest wel. Maar een prentenboek schrijven en belangrijker nog, uitgegeven krijgen, is moeilijker dan het lijkt. Deze 3 fouten komen vaak voor bij prentenboeken. 

1. Te simpel plot

Elk prentenboek draait om een idee, een zinnetje of een gek personage. Maar vaak blijven auteurs te veel bij dit ene idee steken en vergeten ze dat er in het korte verhaal wel degelijk een plot met begin, midden en einde moet zitten.
Bijvoorbeeld: Winky de lapjeskat wil graag één kleur hebben in plaats van twee. Ze gaat naar de kattensalon om haar vacht te laten verven.
Oké, daar heb je een idee. Met deze gebeurtenissen kun je makkelijk het hele prentenboek vullen: de lapjeskat kijkt in de spiegel en is ontevreden, ze is onderweg naar de salon en komt een hond tegen, haar vacht zit in de verf en na het uitspoelen kijkt ze tevreden in de spiegel. Het is een verhaaltje, maar te hol en nietszeggend. Zit je met een verhaalidee in je hoofd, die te simpel is? Plak er eens ‘maar dan,’ achter. Bijvoorbeeld: Winky de lapjeskat wil graag één kleur hebben in plaats van twee. Ze gaat naar de kattensalon om haar vacht te laten verven. Maar dan ontdekt ze dat alle kattenverf in de stad gestolen is. Wie zit er achter de diefstal?

2. Te prekerig

‘Ik wil kinderen leren dat het belangrijk is elke dag hun tanden te poetsen.’
‘Ik wil kinderen leren dat behulpzaamheid loont.’
Heel nobel, maar kinderen willen verhalen lezen die hen vermaken en op avontuur sturen. Het is een misverstand dat kinderboeken moralistisch of educatief van aard moeten zijn. Natuurlijk is het niet aan te raden om je hoofdpersonage een rokende, wodkadrinkende krokodil te laten zijn, maar het hoeft ook absoluut geen brave moraalridder te zijn. Focus je op het verhaal dat je wilt vertellen, zorg dat je iets schrijft wat kinderen onthouden en wat ze vermaakt. Het is absoluut goed om je boek een betekenisvolle tweede laag te geven die kinderen onbewust oppikken, maar het verhaal moet te allen tijde centraal staan.

3. Open deuren intrappen

Lisa heeft vandaag haar eerste schooldag. Dat vindt ze heel spannend!
Joris krijgt een nieuw broertje, en dat vindt hij maar niks.
Bovenstaande situaties zijn voor vrijwel alle kinderen herkenbaar, en daarom zijn ze verleidelijk om te kiezen als thema voor een prentenboek. Origineel zijn ze echter allerminst, en je kunt potentiële uitgevers al diep horen zuchten wanneer je je eerste regel op papier zet. Prentenboeken zijn, in vergelijking met tekstboeken, vrij duur om te printen. Daarom zullen uitgevers extra kritisch kijken naar je verhaal: is het origineel, is het grappig, is het herkenbaar? Thema’s als ‘de eerste schooldag’ hoef je zeker niet te vermijden, maar als je ze gebruikt, geef je verhaal dan unieke twist of invalshoek waardoor je verhaal toch heel bijzonder wordt.

Door Marije Catsburg