Lid sinds

6 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker

#484 De dienende prinses


Er was eens een prinses in een koninkrijk ver, ver weg. Dit koninkrijk was eigenlijk geen koninkrijk meer. Het hoge paleis was vernietigd door een verschrikkelijke brand. De witte torens waren ingestort met luid geraas. Door de hitte was zelfs al het water in de slotgracht stoom geworden en verdwenen. Iedereen in het paleis was gestorven, behalve de prinses.

De prinses was nu zeventien jaar oud en woonde op straat. Ze had geleerd te bedelen, maar deed dat wel met de gratie van een prinses. Op dezelfde sierlijke manier waarmee ze als kind had geleerd om haar hand uit te steken, zodat een knielende dienaar haar ring kon kussen, stak ze nu haar hand uit in hoop op een dukaat. Er was wel één verschil. Als ze vroeger haar hand uitstak, zodat deze gekust kon worden, was haar palm naar beneden gekeerd. Nu opende haar hand naar boven.

Alle mensen op de straat negeerden haar, behalve één man. De prinses herkende hem. Ooit was hij komen bedelen bij haar vader, op één van de vele koninklijke audiënties. Deze man had een vreselijke glimlach gehad; ze had de rillingen gekregen.

‘Oh koning,’ had hij gezegd, ‘voor mijn bedrijfje heb ik nieuwe bedden nodig, zou u mij dat geld kunnen lenen? Ik bied zoveel mensen onderdak!’

Haar vader had hem met donderende stem weggejaagd. Hij had zelfs nog een soldaat de opdracht gegeven hem met de zweep te verjagen, voor het lef om het heilige paleis binnen te treden.

‘Ik kan je helpen,’ zei de man.

Ze kroop instinctief naar achteren, met haar rug tegen een koude muur.

‘Niemand kijkt naar je om,’ zei hij.

Het was waar. Net zoals de burgers ooit hadden geaccepteerd dat ze een prinses was, hadden ze nu geaccepteerd dat ze een bedelaar was geworden. Als ze haar naam zei, dan keken ze bedroefd: ja, wat een treurnis, het verlies van ons koningshuis.

‘Maar ik ben de prinses!’

‘Maar meisje,’ zeiden ze dan (ze noemden haar altijd meisje op de één of andere manier), ‘zonder koning is er helemaal geen prinses.’

Als ze dat hoorde, dan moest de prinses verschrikkelijk huilen. Niet omdat ze geen prinses meer was, maar omdat ze haar vader mistte.

‘Kom met me mee,’ zei de man. Hij had eczeem, of schurft, op zijn wang. Het benadrukte die smerige glimlach. ‘Ik vergeef je vader, de koning. Hij begreep niets van noodzakelijke bedrijven, zoals die van mij. Daar kan jij niets aan doen.’

Hij had een warme mantel van nertsenbond aan. Vele ringen sierden zijn hand, veel meer dan haar vader had gedragen. Met een stok met een glazen bol erop, tikte hij tegen haar voeten.

‘Je verliest je voeten nog op deze manier. Ze zijn blauw bijna. Kom met me mee. Ik ken mensen die het heel zonde zouden vinden als je die mooie voetjes zou verliezen.’ Hij grijnsde breed alsof hij een heel gemeen binnenpretje had.

De prinses hield zich stil.

Opeens keek de man kwaad. Nu prikte hij met de stok. ‘Of weiger je te dienen? Ben je zo arrogant geworden?’

Wees nooit arrogant, had haar vader gezegd. Kijk niet neer op het volk, maar wees één van hen. Ook wij zijn dienaars.

Ze stond op. Het was te koud buiten, te eenzaam, en het laatste dat ze wilde was haar zelfrespect ook nog verliezen. Dat zou haar vader verdriet doen, ook al was hij er niet meer.

Ze wankelde. De man ondersteunde haar.

‘Goed zo,’ zei hij. ‘Braaf meisje. Je bent een heel braaf meisje. Ook al kan je helemaal niets, mijn prinsesje, het zal je verbazen hoe goed je mijn klanten zal kunnen dienen. Je zal warm zijn. Lekker warm zijn.’

 

Lid sinds

5 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker

Hoi Karel, ik vind dit niet zo'n heel gezellig sprookje. Een sprookje moet voor mij een happy end hebben. De boodschap die ik er nu uithaal, is dat als je een tegenslag in het leven hebt, het alleen maar erger wordt. Is dat de boodschap/moraal die je in jouw verhaal wil meegeven? Of lees ik het verkeerd?

Je verhaal overschrijdt het voorgeschreven aantal woorden. (615 ipv 500). De tweede alinea kun je naar mijn idee in minder woorden schrijven. Zo zijn er meer zinnen die je strakker zou kunnen schrijven.

Er staan veel witregels die geen functie hebben. Ze trekken zinnen die bij elkaar horen in een alinea, uit elkaar.

in een koninkrijk ver ver weg. --> ik mis een komma tussen ver ver

Het hoge paleis was vernietigd door een verschrikkelijke brand. ---> actiever leest het: 
Een verschrikkelijke brand vernietigde het hoge paleis. 
In de eerste helft van het verhaal zijn er meer zinnen die je passief schrijft. Actiever leest naar mijn idee beter, maar dat is wellicht een kwestie van smaak.

Ik vergeef je vader, de koning. Hij begrijpt niets van noodzakelijke bedrijven, ---> de koning is gestorven, begrijp ik uit de tekst. Begrijpt moet in deze zin begreep zijn.

De prinses hielde zich stil. ---> hield

en het laatste dat ze wilde is haar zelfrespect ook nog verliezen. ---> is moet was zijn.
 

Lid sinds

6 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker

Tnx Fief voor je zeer uitgebreide feedback!! Ik heb al enkele dingen aangepast, en zal er morgen nog naar kijken om de grotere thema's te onderzoeken.

(Op je vraag over de moraal: de opdracht ging over aandacht vragen voor armoede en sociale misstanden, dus ik had dit verhaal bedacht omdat dit nog wel vaak gebeurt. Dat als mensen niet naar arme mensen op straat omkijken, iemand met kwade bedoelingen dat wél doet. Die moraal wordt misschien niet heel helder, dus ik ga nog kijken of ik dat meer kan laten zien, alleen dan moet ik wel ergens anders schrappen, anders ga ik nog verder over de limiet...)

Lid sinds

7 jaar 7 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Karel, Fief gaf al een rits van onnauwkeurigheden aan. Er staan nog meer fouten in de tekst, maar  sorry die nodigt niet uit om er verdere aandacht aan te besteden. 

Lid sinds

3 jaar 3 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Een goede poging om flashbacks en een verhaal in het nu te mixen, ik denk dat dat beter zou werken met TT en VT, om duidelijker te maken wat, waar is. Je weet dat ik houd van verhalen die de grens opzoeken, en dat deed je hier mooi, al kan het nog wat heftiger (zonder perse expliciet te worden)

In de eerste alinea vond ik het al onwezenlijk dat iedereen van het paleis stierf, maar het plebs vrolijk blijft rondlopen om de prinses te laten bedelen... het zou kunnen, maar de waarom daarvan verdient wat meer aandacht imho.

GG!

 

Lid sinds

6 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker

 

Wat een grimmig sprookje schreef je Karel! In de commentaren lees ik je uitleg, en ik snap wat je hier wilde laten zien, ik weet niet zeker of ik vind dat dit dan een sprookje is. Ik kreeg er een ongemakkelijk gevoel bij, dus dat heb je goed opgeroepen. Dit beeld vond ik mooi gevonden, heel beeldend; ‘Op dezelfde sierlijke manier waarmee ze als kind had geleerd om haar hand uit te steken, zodat een knielende dienaar haar ring kon kussen, stak ze nu haar hand uit in hoop op een dukaat. Er was wel één verschil. Als ze vroeger haar hand uitstak, zodat deze gekust kon worden, was haar palm naar beneden gekeerd. Nu opende haar hand naar boven.’

Om hier toch een(grimmig) sprookje van te maken, zou de prinses op wonderbaarlijke manier ‘gered’ moeten worden, of zichzelf redden, zodat ze alsnog het ‘kwaad’ overwint – en misschien beseft dat ze haar voormalige onderdanen beter op een andere manier kan ‘dienen.’

 

Lid sinds

6 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker

Hoi Lizette! Dank voor je feedback! Gezien ook de andere feedback, kan het een stuk beter geschreven worden, dus daar moet ik nog echt aan werken.

Wat betreft een "grimmig" sprookje, ging ik hier toch voor het klassieke sprookje :). Bijvoorbeeld de echte versie van Sneeuwwitje, nou... daar wordt niemand gered, of wint het goede.