Lid sinds

7 jaar 7 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

#484 Reuzegroot of superslim

Er was eens een reus die heel rijk was. Hartje winter ontmoette hij een klein mager meisje. 
“Dag meneer,” sprak ze. “Wat ben jij groot, zeg.”

“Dag kind, dat komt omdat jij zo piepklein bent, eet jij wel genoeg?"
“Niet elke dag. Ik kom uit een arm gezin. Maar ik kan best veel. Wat kan jij dat ik niet kan?”
“Ik kan supersnel lopen, zelfs als het spekglad is”, opperde de grote kerel.
“Maar niet sneller dan ik”, glimlachte het meisje. “Wat geef je mij als ik win?”
“Dit krijg je als je de eerste bent.” De reus nam uit zijn jaszak een goudstuk en zette zich klaar om een stap te zetten van wel honderd meter ver.
Het meisje greep de veter van zijn schoen. Net voor hij zijn voet neerzette liet zij zich los en kwam voor de reus in de sneeuw terecht.

“Zo, waar bleef jij zolang? Geef op dat goudstuk.”
“Ben jij hetzelfde meisje van daarnet of ben jij haar tweelingzusje?” vroeg de reus.
“Ik heb geen zusje. Wel een broertje en die is nog kleiner dan ik want die is nog maar net geboren.”
“Zo, die is dan pieperdepieper klein”, lachte de reus.
“Kan je wel iets dat ik niet kan?” vroeg de kleine meid opnieuw.
“Natuurlijk, kleintje, ik kan over die hoge berg kijken”, pochte de reus.
“Doe maar en zeg me daarna wat je hebt gezien.”
“Even mijn hoed opzetten want de zon schijnt anders in mijn ogen.”

Zodra de reus naar zijn hoofddeksel greep, hield het meisje zich vast aan de rand.  Boven op het reuzenhoofd zag ze in de verte  de blauwe zee met een witte vuurtoren. Op het water lag een roodgeverfd schip met bruine zeilen. Dan legde de reus zijn hoed neer op een stoel en zag niet dat het meisje langs de poot naar beneden gleed.


“Waar ben je”, vroeg de reus.
“Hier ben ik, meneer de reus”, zei het meisje parmantig. “Ik zal jou drie dingen opsommen die jij achter de berg hebt gezien. Telkens iets juist is geef je mij opnieuw een goudstuk.”
De buik van de reus schudde van het lachten. “Akkoord wijsneusje,  zeg op.”  
“Ten eerste was er een blauwe zee.” De reus sperde zijn ogen wijd open.
“Ten tweede was er een witte vuurtoren.” Nu trok de reus zijn wenkbrauwen op.
“Ten derde was er die rode boot op de zee.” De mond van de reus viel wijd open van verbazing.

“Dat kan niet. Dat is toverij”, stamelde hij en haalde drie goudstukken uit zijn zak.
“Oh ja, reusje en heb jij die rare kleur van de zeilen van dat schip gezien? Die waren niet wit zoals gewoonlijk, maar bruin.” De reus kon zijn oren niet geloven.
“Dit is onmogelijk”, kreunde hij en gaf wel tien goudstukken extra.

“Zal ik je wat verklappen, reusje lief?” vroeg het meisje.
“Ja, zeg mij alsjeblief hoe dit kan”, smeekte de reus.
“Wel, reusje,” lachte het meisje: “ wie niet groot is, moet slim zijn!”

 

 

Lid sinds

7 jaar 7 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Een compliment doet altijd deugd, maar als het van een talentvol schrijver komt geeft het dubbel voldoening. Dankjewel, Hadeke. 

Lid sinds

6 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker

 

Dit lijkt wel een sprookje dat zichzelf geschreven heeft Gi, erg mooi! Mooi in eenvoud, duidelijke personages, gedragen door de dialoog, en beeldend door het summiere gebruik van kleuren, zoals het blauw van de lucht en die rode boot. En natuurlijk het arme meisje dat door haar slimheid wint van de rijke reus, heel symbolisch - een fijne levensles. Inderdaad, top.

(Iets kleins, in deze zin vergat je het woord ‘als’ ; ‘Telkens –als - iets juist is geef je mij opnieuw een goudstuk.’)

 

Lid sinds

5 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker

Hoi Gi, wat een leuk verhaal. Goed gevonden, mooi uitgewerkt.
Ik heb wel een zeurtje: in het verhaal komt het woord "reus/reusje" voor mij iets te vaak voor. Misschien kun je daarin nog iets variëren. 
Verder met plezier gelezen. Een echt sprookje.

Lid sinds

7 jaar 7 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Dank je Fief. In mijn kladversie kwam het woord reus nog meer voor. Ik heb het al op veel plaatsen vervangen of weggelaten. Het is natuurlijk die kleine drommel die het woord alsmaar gebruikt, maar ik kijk nog eens na of er nog ruimte is voor meer variatie. 

Lid sinds

6 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker

Hoi Gi, mooi sprookje! Van genoten, leuk dat ze het lef heeft de reus uit te dagen, en allerlei slimmigheidjes heeft. 

Tips:
- De blauwe zee en de witte vuurtoren was ik niet helemaal fan van, omdat ze dat ook zou kunnen weten als ze ooit zelf de bergen had beklommen. Wellicht kun je daar drie veranderende details, zoals bijvoorbeeld de boot met de bruine zeilen.

Lid sinds

7 jaar 7 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Karel, bedankt voor het reageren. De tips houden geen steek en leg ik naast mij neer. 

Lid sinds

6 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker

Hoi Gi! Aangezien je aangeeft dat mijn opmerking geen steek houdt, nog een kleine toelichting:

De twee andere verschijnselen die ze noemt (de zee en de witte vuurtoren) zijn natuurlijk altijd al aan de andere kant van de bergen. De boot niet, want die beweegt.

Als iemand bijvoorbeeld zou zeggen dat hij jou kan vertellen wat er achter jouw huis staat, met zijn ogen dicht, dan is het voor jou (hopelijk) niet zo indrukwekkend zijn als hij vertelt dat daar een flat staat (ervan uitgaande dat daar een flat staat). Die kennis kon hij ook eerder hebben opgedaan. Als hij kan benoemen dat er nu een kindje staat te springen, dan is dat nieuwe informatie. Dat is indrukwekkender (met de ogen dicht).

Zo ook in jouw verhaal is een varende boot indrukwekkender, dan vaste eigenschappen van het landschap, zoals de zee en de witte vuurtoren.

Hopelijk is het zo helderder :).

Lid sinds

7 jaar 7 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Karel, bekijk eerst nog eens even jouw vorige reactie. Ik denk dat er een aantal woorden in je pen (klavier) zijn blijven steken. Voor het overige is al die uitleg niet nodig, ik bedoelde dat wat je suggereert geen steek houdt in dit sprookje. Kinderen staan daar niet bij stil. Achter de berg had bijvoorbeeld ook een stad kunnen liggen, enz...