Lid sinds

14 jaar 11 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
  • Pluslid

# 127B Oudjaar

Heb ik een verhaal in gedachten en blijkt er geen oudejaarsopdracht te zijn. Zal ik het toch maar schrijven? Ik stel voor om ongeveer 100 woorden te schrijven. Oudjaar Ik heb mijn FB-vrienden uitgenodigd om op oudejaarsavond voor een drankje langs te komen. Wel heb ik erbij gezet dat ze zelf een stoel moeten meenemen, omdat ik nogal klein behuisd ben. Aangezien er niet veel FB-vrienden in mijn omgeving wonen, zijn die stoelen misschien niet eens nodig. De kans is groot dat er niemand komt. Het is half acht als de bel voor de eerste keer gaat. Voor de deur staat een man die zich als "Kauwgum'' voorstelt. Die naam herken ik. Hij lacht en zegt: 'Ik heb mijn vrouw en twee zoons ook meegenomen. Wij houden wel van een beetje afwisseling tijdens de jaarwisseling. We hebben klapstoeltjes bij ons. Die passen tenminste in de auto.'

Lid sinds

12 jaar 4 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
... zij duiken de gangkast in die vrijgekomen is. De vuige dampen van het krampachtige samenspel tussen de goddeloze godenzoon en die blonde slet etsen hun oogleden, maar hun hunkering naar elkaars strelingen wordt er niet door aangetast. Integendeel, eenmaal bedwelmd, laten ze alle schroom varen en leven zich uit zodat water- en gasmeter van slag raken. Het gesteun en gekreun trekt de aandacht van de feestgangers, die koste wat het kost willen meemaken hoe die twee vrijbuiters zich het nieuwe jaar in beuken. De kastdeur staat al op een kier en de dominee ligt op de grond te gluren en kwijlt van al hetgeen zijn Vader hem verboden heeft. Het wordt me nu echt teveel. Hier wordt te vroeg in het jaar gepiekt. Bovendien maak ik me zorgen om de gas- en waterrekening. De meters zijn dermate gehavend dat een achterdochtige meteropnemer frauduleus handelen mijnerzijds zou kunnen vermoeden. De bel klinkt als een verlossing, maar niets blijkt minder waar. Als ik de deur open, word ik getrakteerd op de sadistische grijns van een aap gehuld in de bedrijfskledij van Essent. 'Goedemorgen op dit godvergeten uur. Wijnhof is de naam. Uw smartmeter vertoont ernstige onregelmatigheden. Bent u een illegale oliebollenproductielijn begonnen?' 'Hier wordt enkel geschoren poedel genuttigd,' stamel ik. 'Oh gesel Gods, het is een bonobo,' krijst Klauwaard. De Angelettes, die ook op dit uur enkel en alleen op bevrediging van hun lage lusten uit zijn, vertonen simultaan een glimlach die amper door hun oren wordt begrensd. De aap, die aan minder dan een half woord genoeg lijkt te hebben, springt over me heen. In de woonkamer slingert hij zijn staart rond de kroonluchter en laat zien dat het achterblijven in de evolutie zo zijn voordelen heeft. Aan zijn staart zwierend bevrijdt hij de sloeries binnen tien seconden in onnavolgbare bewegingen met handen en voeten van hun satijnen bustiers. De borsten van hun bustierjuk bevrijd staren de dominee aan die geveld ter aarde stort. ‘Ik ben een genderdominee en eis een gendertoilet in mijn eigenste safespace,’ snikt hij. Achmed gaat dicht tegen hem aanliggen met z’n voluptueuze derrière naar het oosten en haalt wat gesplashte poedel van zijn wang. ‘Iek blij.’ Dan lijkt het alsof manna uit de hemel neerdaalt, alleen is het pleisterkalk dat zich spontaan van het plafond afscheidt door het continue geruft van de in de kroonluchter hangende Essent-aap. Kruitdampen trekken door de ruimte, het is bijna middernacht. ‘Krijg het heen en weer’, verzucht de slingerende aap en laat zich teleurgesteld uit de kroonluchter vallen. Wat hij achter de bustiers te zien kreeg was voornamelijk voorgevormde opvulling van PUR- en andere chemische origine. Hij rent op zijn vier poten terug naar de gang. Zijn Essent vermomming zit hem in de weg. Daar ontdoet hij zich van. Voor de nu wijd geopende deur van de gangkast ligt de nog steeds kwijlende en raaskallende dominee Klauwaard. Hij wordt liefdevol omklemt door Achmed, waarvan de aap voornamelijk het ontblote achterwerk te zien krijgt. Het lijkt wel een wijngaard, zo denkt de aap. Tussen Achmed's billen hangt een tros rode druiven. Het blijkt een fleurig bos aambeien te zijn. Naast de voordeur, onder de brievenbus, ligt Angus. Hij ziet bleek en kan niet meer tot tien tellen. De laatste krachtinspanningen in het oude jaar zijn hem teveel geweest. Hij moet erkennen dat de krachten van een krasse knar terminaal zijn. Hij heeft rust nodig. De nu naakte aap trekt de kastdeur nog iets verder open. Daar ziet hij Mili staan. Ze kijkt hem aan en glundert van oor tot oor. Wat zeg ik..? Zij glundert met héél haar lijf. Zij mag Angus dan wel afgemat hebben, zelf heeft ze er geen sikkepit onder geleden. Ze straalt van top tot teen, alsof ze kenbaar wil maken dat ze er nog wel pap van lust. Ondertussen fatsoeneert ze haar guêpière, die hier en daar gescheurd is. Twee ballijnen steken door het satijn en een jarretelle is van het bovenlijfje gerukt. Het Bonobo-mannetje knikt haar welwillend toe, ten teken dat hij bereid is zijn onvervalste, pre-evolutaire kunsten met haar te delen. Zoals bij bonobo’s gebruikelijk, laat hij het initiatief over aan het vrouwtje. Op het gelaat van het vrouwtje in kwestie zie ik tekenen van inkeer verschijnen als de pendule zich roert om het nieuwe jaar aan te kondigen. Haar gezichtsuitdrukking toont als bij klokslag, vergeef me, serene tekenen van een opwellende devotie. 'Dit wordt het jaar van de diepgang,' klinken haar woorden welhaast plechtstatig. Het is de toon die de muziek maakt. De verhitte bonobo lijkt te beseffen dat zijn klokkenspel op dit moment geen rol van betekenis krijgt toebedeeld. Verslagen door een pendule. 'Diepgang kan ook gevonden worden in de Kama Sutra,' probeert hij nog. Maar het lijkt vergeefs. Teleurgesteld dat Mili niet op zijn avances reageert, keert de aap zich van haar af. Wat zou er in haar gevaren zijn, dat takkewijf, denk hij even oneerbiedig. En plein public voor schut gezet worden brengt primitieve oerwoudgevoelens in hem naar boven. Het kost hem zichtbaar moeite zich in te houden. Hij zoekt beschaafde ondersteuning bij Angus, die nog steeds onder de brievenbus ligt maar al duidelijk verder dan tien kan tellen. Bij klokslag twaalf springt hij op en wens de aap als allereerste de beste wensen. Teleurgesteld reageert aap Wijnhof: ‘Wat kan ik daar nou mee? Je wenst mij de beste wensen. Als jij de enige bent die mij dit wenst -en dat zit er dik in- dan heb ik geen wensen om de beste uit te kiezen en dan heb jij me in feite niets gewenst. Nou bedankt, hoor.’ ‘Zo heb ik het niet bedoeld, apie. Ik wens je gewoon het allerbeste. Zo beter? Heb jij trouwens gezien wat er met Mili aan de hand is? Ze houdt kuis haar arm voor haar boezem en een hand voor haar kanten kruis. Een paar minuten geleden heb ik haar tijdens het kwartetten nog heel anders beleefd. Daarover geen uitweiding. Wat ik wel weet is dat ze vroeger in Frankrijk overste in een klooster is geweest. Zou ze…, ' Angus heft het hoofd ten hemel en vervolgt dan; '...onder een dekmantel een huis van plezier hebben gedreven?' 'Die kans acht ik bepaald niet onaanzienlijk,' antwoordt Dos. 'Ik heb een aantal van haar schrifturen gelezen. Die handelden bepaald vaak over vrouwen uit mijn herkomstgebied; van beneden de evenaar. Ik sluit niet uit dat een en ander gevoed werd door haar ervaring in mensenhandelpraktijken.' Angus knikt bedachtzaam. 'Vandaar waarschijnlijk dit plotse moment van inkeer, Dos. Hoe groter de zonden in het verleden, hoe sterker het belijden in het heden. Sinds de bekering van Paulus is er weinig tot niets veranderd.' 'Wat heeft Paulus de boskabouter met deze verstoring van de openbare orde te maken?' interrumpeert een man in uniform met een rode neus en een stevige kegel. Angus grijpt naar de binnenzak van zijn azuurblauwe colbert en nog voor de agent de gelegenheid heeft naar zijn identiteitspapieren te vragen overhandigt hij zijn rijbewijs, dat in de vorige eeuw al verlopen was. De agent, die verzuimd had ooit bij Specsaver binnen te wippen, onderzoekt zijn papieren, keurt ze goed en vraagt welke halve of hele zool er van hieruit gebeld heeft met de melding dat er een dode gevallen is.

Lid sinds

10 jaar 1 maand

Rol

  • Gewone gebruiker
Mili trippelt naar voren en legt een handje op de arm van de agent. Haar kanten voile laat ze kuis op haar wipneus heen en weer gaan. ‘Meneer de agent, ik wil een jaar van diepgang. Komt u toch vooral mee naar de plaats delict.’ Angus in zijn azuurblauwe colbert kijkt Mili niet meer aan, heftig teleurgesteld dat hij geen nachtblauwe smoking heeft aangedaan. Naar aap Dos sist ze: ‘ik heb je wel gehoord,’ en slaat met haar stilettohakken zijn ogen lek. ‘Kom,’ zegt ze temerig tegen de politieman. ‘Ik heb als lijk een poedel, jakkes, hij was al geschoren voordat die ging, en ik denk dat de dominee zich heeft verenigd met de Heer.’

Lid sinds

12 jaar 4 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
De plotselinge verschijning van Mili in haar rose guêpière met de aangegespte zijden kousen, doen de agent wankelen. In zijn hele carrière heeft hij nooit aan zoveel verleiding bloot gestaan. Van enige devotie en inkeer, die Angus na de klok van twaalf meende waargenomen te hebben, is nu geen spoor te bekennen. De agent neemt zich voor sterk in zijn schoenen te blijven staan, wat er ook moge gebeuren. Een schandaal vlak voor zijn pensionering, kan hij zich niet permitteren. Het sissende geluid waarmee Mili aap Wijnhof zijn ogen en kassen aan gruzelementen slaat, werkt erotiserend, merkt hij tot zijn schrik. ‘Mevrouw’, zo antwoordt hij, 'voor ik me door u laat meetronen naar de plaats-delict, moet ik u erop attenderen dat daar’, hij wijst achter Mili’, 'een aap ligt dood te bloeden uit beide oogkassen. Als u niet snel ingrijpt moet ik u arresteren voor moord of doodslag. De rechter zal uitmaken met of zonder voorbedachte rade.’

Lid sinds

14 jaar 11 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
  • Pluslid
Hoewel ik me lang heb stilgehouden vind ik het tijd om me nu met het gezelschap te bemoeien omdat het uit de hand dreigt te lopen. 'Hoho, mensen. Kennelijk is jullie iets ontgaan. De kerken hebben het contract met de Heer verbroken. Ze preken nu voor eigen parochie. Dat komt omdat veel mensen zeggen dat ze de verhalen in de bijbel niet geloven, waardoor het geloof naar het nulpunt is gezakt. Speciaal voor jou Mili wil ik wel even zeggen dat een politieman geen misbruik van de situatie mag maken. Distantieer je van agenten en dominees.' 'Maak je niet druk, Tja. Het enige wat ik met die mannen wil is hun lid couperen.' Daarna haalt ze een scherp mes uit haar broekzak.

Lid sinds

10 jaar 1 maand

Rol

  • Gewone gebruiker
Een uitklapbare machete. Nuff Said, een pro in het couperen, wil Mili assisteren. Het duurt niet lang voordat de vrouwen, als de reinste bitches, het mes bevechten. Ledematen springen op om in een hoek te belanden en de politieman heeft de grootste moeite met de reconstructie. Aap Wijnhof ligt er verloren bij en denkt aan zijn geboorteland. Zijn bonoboziel scheurt langzaamaan af en vertrekt naar Afrikaanse broodbomen waar zijn moeder op hem wacht. Angus, nog steeds gekleed in het azuurblauw, raapt zijn sletjes, slechts gekleed in naadkousen op en dirigeert ze naar de uitgang. En ik …

Lid sinds

16 jaar 1 maand

Rol

  • Gewone gebruiker
´O, heremetiet, o heremiet.´ Brave Willem maakt zijn entree. Hij overziet het slachtveld en doet een graai in zijn broekzak. Heeft hij genoeg bij zich? 'Ik kom jullie redden van de ondergang,' zegt hij. Mili kijkt hem verdwaasd aan. Redden? Dat was helemaal de bedoeling niet. Vergaan moet alles en iedereen. Ze rukt de kanten voile van haar gezicht. 'Willem, bemoei je met je eigen zaken. Ga heen en vermenigvuldig je niet. Er lopen al genoeg dwazen op deze wereld rond.' 'Maar, Mili, ik wil alleen maar helpen.' Hij haalt zijn hand uit zijn zak en laat Mili een bruin flesje met een pipetje zien. 'Kijk dan, wietolie voor je Bonobolief en ... Wacht, mijn vrouw belt - ik kom eraan liefje, hou je het eten warm voor me? Dag schatje, dag honnepon. Ik ook van jou. Daag, dag dag. Ik meer van jou. Kusje. Dag poppie.' Willem kijkt op van zijn gsm. Niemand meer te zien. Waar is iedereen zo gauw gebleven?

Lid sinds

10 jaar 1 maand

Rol

  • Gewone gebruiker
‘En nu oprotten naar je liefhebbende mokkel. Ben je blind of zo?’ Mili is opgedoken op één been, zonder armen, spat vuur en drijft in het bloed. ‘Is ome popo soms voor niets in hoeken aan het zoeken om te weten wat van mij of Nuff Said is?’ ‘Ik ben van de Jehovagetuigen.’ ‘Und?’ krijst Mili. Haar opa was NSB’er. ‘Maar wil je de wietolie dan niet aannemen, samen met de Wachttoren?’ ‘Aaplief is al lang naar z’n moer en Nuff Said blaast haar laatste adem in de nek van de dominee uit. Karel kwam niet, de hufter.’ ‘Zijn er soms anderen die mij aan willen horen?’ ‘Nee,’ grauwt Angus in het voorbijgaan; de ongeschonden Angelettes blazen een kushandje. Mili knalt de deur dicht en krijst als laatste: ‘Achmed krijg je niet, die is van een andere gezindte en de gastvrouw is aan het dweilen.’

Lid sinds

14 jaar 11 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
  • Pluslid
Dat is een grote vergissing. De gastvrouw dweilt nooit. Ook niet als de grond onder kots ligt. Lieve hemel, wanneer rotten die mensen eindelijk eens op? Ik ben toch wel duidelijk genoeg geweest dat ze hier niet kunnen blijven slapen? Niemand trekt zich daar iets van aan. Ze liggen zelfs in de tuin te slapen met gepikte dekens en hoesbedden. Ik twijfel of ik de politie zal bellen. De agent die in het huis vertoeft, is er alleen maar uit eigen belang. Zijn functie is hij vergeten. Wat een onbenul. 'Sodemieter op, allemaal,' roep ik luid. Geen mens die zich iets van mijn bevel aantrekt. Dominee Klauwaard komt naast me staan. Op een zalvende toon stelt hij voor om samen te gaan bidden, waardoor de mensen weer bij zinnen komen. 'Welk gebed heb je in gedachten?' vraag ik cynisch, 'Ga jij maar lekker preken. Tot nu toe heeft jouw aanwezigheid hier alleen maar voor extra gedoe gezorgd.' Teleurgesteld door mijn reactie, druipt hij af.

Lid sinds

11 jaar 11 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
Angus zit op de stoeprand. Hij trekt een laatste keer aan een Camel filter en schiet daarna de peuk richting limousine die aarzelend, maar toch vastbesloten, optrekt. Hij haalt de schouders op, gaat staan, en slaat de vouwen uit zijn pantalon. Met verrassend vaste tred, de handen in zijn broekzakken gestoken, loopt hij richting buitengebied. Alsof er nooit een oudejaarsavond geweest is, op weg naar goede voornemens.

Lid sinds

12 jaar 4 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
Door schande, maar vooral ook door schade wijs geworden, druipt ook aap Wijnhof af. Op de tast, want zijn oogballen hangen als leeggelopen ballonnetjes uit zijn oogkassen en beperken zijn gezichtsvermogen. Bij de voordeur loopt hij Mili tegen het lijf. Hij herkent haar aan het satijn. Enkele minuten geleden nog werd zijn aanbod van naastenliefde bijna letterlijk met voeten getreden. Jamais aimée?! Dank je de koekoek. Zij opent de voordeur en duwt hem de trappen af. Beneden op het trottoir helpt Tja hem overeind. ‘Volgend jaar niet zoveel drinken’, zegt ze en kust hem het nieuwe jaar in. Op de stoeprand zit Angus, blij dat hij het kwartetten heeft overleefd.

Lid sinds

10 jaar 1 maand

Rol

  • Gewone gebruiker
Mili stampvoet. 'Nooit heeft iemand van mij gehouden! Heupwiegende salsamannen niet, geen twijfeldominees, voor Achmed ben ik een lellebel, Angus heeft me nog nooit zien staan en die blinde aap kan alleen mijn satijn betasten.' 'Het zit je niet mee,' zegt Tja. 'Nee,' snikt Mili. 'Ik tieft op en kom nooit meer weerom.'

Lid sinds

14 jaar 11 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
  • Pluslid
Wat heeft mij in godsnaam bezield om mensen uit te nodigen? Ik wist dat ze niet spoorden. Maar ja, ik doe wel vaker domme dingen. Ik ga naast Angus zitten en zeg: 'Wat een klus om aap Wijnhof overeind te helpen. Meestal moet ik overeind geholpen worden. Onbeschaamd dat ze zo lang blijven hangen. Volgend jaar bij jou, Angus? (Ik denk dat dit verhaal geen bestseller wordt)

Lid sinds

16 jaar 1 maand

Rol

  • Gewone gebruiker
Ik had gewoon net als vroeger mijn voet tussen de deur moeten zetten. Willem gooit zijn Wachttoren in de dichtstbijzijnde container, loopt honderd meter door, keert terug en vist het blad er weer uit. Bijna mis, dit moet in de oud papierbak. Hij haalt zijn mobiel uit zijn zak en belt zijn vrouw. 'Liefje, ik kom eraan. Waar ik geweest ben? Ik weet het niet precies. O, wacht - hier op het straatnaambord staat Sodom en Gomorra, zegt jou dat iets?' Tevreden met zichzelf en zijn rustige leventje met Saar loopt Willem door, naar huis. Toch had hij er stiekem, heel stiekem wel een klein beetje bij willen horen - maar niet ten koste van een oog, of ledemaat. Misschien volgend jaar.